Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatsblad 2005, 406 | AMvB |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Verkeer en Waterstaat | Staatsblad 2005, 406 | AMvB |
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 april 2005, nr. HDJZ/AWW/2005-1075, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 26, 36, eerste lid, 37, derde lid en zesde lid, 38, 48, derde lid, 50, tweede lid, 56, 58, tweede lid, onder f, 62, tweede lid, 71 en 73, tweede lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, artikel V, tweede lid, van de wet van 29 maart 1996 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994, houdende regeling van de verzelfstandiging van de Rijksdienst voor het Wegverkeer alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 257), artikel IV, twaalfde lid, van de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281) alsmede artikel 104, onderdeel c, van de Wet personenvervoer 2000;
De Raad van State gehoord (advies van 1 juli 2005, nr. W09.05.0172/V);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 8 juli 2005, nr. HDJZ/AWW/2005-1570, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Het Kentekenreglement wordt als volgt gewijzigd:
In HOOFDSTUK 2 KENTEKENS wordt na het opschrift een artikel ingevoegd, luidende:
Als categorieën bromfietsen, bedoeld in artikel 37, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet waarop artikel 36 van de wet niet van toepassing is, worden, voor zover deze voertuigen voldoen aan de begripsomschrijving van bromfiets in artikel 1, eerste lid, onder e, van de wet, vastgesteld:
a. motorrijtuigen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 6 km/h;
b. motorrijtuigen die bestemd zijn om door een voetganger te worden meegevoerd, en
c. motorrijtuigen met drie symmetrisch geplaatste wielen, waarvan een wiel aan de voorzijde en twee wielen aan de achterzijde, die voornamelijk zijn ontworpen voor gebruik buiten de wegen en voor vrijetijdsbesteding.
Artikel 3 komt te luiden:
Aan een erkend bedrijf of aan een natuurlijke persoon of rechtspersoon als bedoeld in artikel 42, eerste lid, onderdeel b, kan, mits wordt voldaan aan hoofdstuk 5, voor de in artikel 37, derde lid, van de wet bedoelde voertuigen een kenteken worden opgegeven bevattende:
a. voor wat betreft motorrijtuigen, met uitzondering van bromfietsen, de lettergroep HA, HF of FH en twee groepen van twee cijfers;
b. voor wat betreft bromfietsen de lettergroep HC en twee groepen van twee cijfers, of
c. voor wat betreft aanhangwagens de lettergroep OA en twee groepen van twee cijfers.
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt «landbouwtrekkers» vervangen door landbouw- of bosbouwtrekkers.
2. Onder vernummering van het vijfde tot en met achtste lid tot vierde tot en met zevende lid vervallen het vierde en negende lid.
Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt de zinsnede «de lettergroep BN, GN, GV of BO» vervangen door: de lettergroep BN, GN of GV.
2. Het vijfde lid komt te luiden:
5. Een kentekenbewijs, bevattende de lettergroep FH, HA, HF, HC of OA en twee groepen van twee cijfers, bestaat uit een deel I.
In artikel 19, eerste en tweede lid, wordt de zinsnede «artikel 4, eerste tot en met vierde en zesde tot en met negende lid» telkens vervangen door: artikel 4, eerste tot en met derde en vijfde tot en met zevende lid.
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid vervalt.
2. Het derde lid wordt vernummerd tot tweede lid en komt te luiden:
2. Bij ministeriële regeling kunnen kentekenbewijzen worden aangewezen waarvoor het eerste lid niet geldt.
Artikel 37, derde lid, onderdeel e, komt te luiden:
e. de reden waarom het kentekenbewijs bevattende de lettergroep BN, CD, CDJ, GN, GV of ZZ is afgegeven, is vervallen,.
Aan artikel 46 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van artikel 46, onderdeel f, door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
g. de bevoegdheid om een onderzoek te verrichten als bedoeld in artikel IV, tweede lid, van de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281).
Het Voertuigreglement wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 1.1, onderdeel m, komt te luiden:
m. bromfiets:
a. motorrijtuig op twee wielen, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45 km/h, uitgerust met een verbrandingsmotor met een cilinderinhoud van niet meer dan 50 cm3 of een elektromotor met een nominaal continu maximumvermogen van niet meer dan 4 kW, niet zijnde een gehandicaptenvoertuig;
b. motorrijtuig op drie wielen, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45 km/h, niet zijnde een gehandicaptenvoertuig, uitgerust met:
1°. een motor met elektrische ontsteking met een cilinderinhoud van niet meer dan 50 cm3,
2°. een motor met inwendige verbranding en een netto maximumvermogen van niet meer dan 4 kW voor andere dan onder 1° genoemde motoren, of
3°. een elektromotor met een nominaal continu maximumvermogen van niet meer dan 4 kW; dan wel
c. motorrijtuig op vier wielen, niet zijnde een gehandicaptenvoertuig, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45 km/h en een ledige massa van minder dan 350 kg, de massa van de batterijen in elektrische voertuigen niet inbegrepen, uitgerust met:
1°. een motor met elektrische ontsteking met een cilinderinhoud van niet meer dan 50 cm3,
2°. een motor met inwendige verbranding en een netto maximumvermogen van niet meer dan 4 kW voor andere dan onder 1° genoemde motoren, of
3°. een elektromotor met een nominaal continu maximumvermogen van niet meer dan 4 kW.
In ieder geval wordt als bromfiets aangemerkt een voertuig dat blijkens het afgegeven kentekenbewijs als bromfiets is aangeduid;.
In de artikelen 1a.2, vijfde lid, 1a.3, vierde lid, en 2.4, onderdeel g, wordt «motorrijtuigen, zijnde fietsen met trapondersteuning» telkens vervangen door: fietsen met trapondersteuning.
Artikel 5.6.1 komt te luiden:
1. Bromfietsen moeten voldoen aan de volgende eisen:
a. het voertuig is in overeenstemming met de op het voor het voertuig afgegeven kentekenbewijs en in het kentekenregister omtrent het voertuig vermelde gegevens;
b. het identificatienummer is op een vast voertuigdeel ingeslagen en is goed leesbaar;
c. de kentekenplaat is voorzien van het in artikel 5 van het Kentekenreglement voorgeschreven goedkeuringsmerk en moet deugdelijk aan de achterzijde van het voertuig zijn bevestigd;
d. het kenteken is goed leesbaar en de kentekenplaat is niet afgeschermd;
e. het merk of de fabrieksaanduiding is goed leesbaar op het voertuig aanwezig.
2. Het eerste lid is niet van toepassing op voertuigen als bedoeld in artikel 2.4, onderdelen a, b en g.
Artikel 5.6.8 komt te luiden:
1. Bromfietsen moeten bij voortduring blijven voldoen aan de op het kentekenbewijs of in het kentekenregister vermelde maximum constructiesnelheid, vermeerderd met 5 km/h.
2. Bromfietsen mogen niet zijn voorzien van een voorziening met het kennelijke doel de controle op de in het eerste lid genoemde maximum constructiesnelheid te bemoeilijken of te beïnvloeden.
3. Onze Minister stelt regels vast omtrent de wijze van meten van de in het eerste lid bedoelde snelheid.
Artikel 5.6.11, vierde en vijfde lid, komt te luiden:
4. Bromfietsen mogen in de nabijheid van de uitmonding van het uitlaatsysteem geen hoger geluidsniveau kunnen produceren dan de waarde die voor het voertuig is vermeld op het kentekenbewijs of in het kentekenregister, vermeerderd met 2 dB(A).
5. Bromfietsen waarvoor geen waarde als bedoeld in het vierde lid is vermeld, mogen in de nabijheid van de uitmonding van het uitlaatsysteem geen hoger geluidsniveau kunnen produceren dan 97 dB(A) voor bromfietsen die blijkens de gegevens in het kentekenregister of op het voor het voertuig afgegeven kentekenbewijs zijn geconstrueerd voor een maximum snelheid van meer dan 25 km/h en niet meer dan 90 dB(A) voor andere bromfietsen.
Artikel 5.6.29, derde lid, komt te luiden:
3. Onze Minister stelt regels vast met betrekking tot het tweede lid, onderdelen c, f en g.
Na artikel 6.15a wordt aan paragraaf 2 een artikel toegevoegd, luidende:
Bij wijziging van de maximum constructiesnelheid, zoals vermeld op het kentekenbewijs of in het kentekenregister, van bromfietsen voldoet het voertuig aan de in de hoofdstukken 3 en 5 opgenomen eisen omtrent:
a. algemeen;
b. algemene bouwwijze van het voertuig;
c. motor;
d. ophanging;
e. reminrichting, en
f. verlichting.
Artikel 1 van het RVV 1990 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel i vervalt.
2. Onderdeel z komt te luiden:
z. motorvoertuigen: alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen, fietsen met trapondersteuning en gehandicaptenvoertuigen, bestemd om anders dan langs rails te worden voortbewogen;.
3. Onderdeel af komt te luiden:
af. snorfiets: bromfiets die blijkens de gegevens in het kentekenregister of het voor het voertuig afgegeven kentekenbewijs is geconstrueerd voor een maximumsnelheid die niet meer bedraagt dan 25 km/h;.
Het Besluit personenvervoer 2000 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 75 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het vierde lid en vijfde lid tot vijfde en zesde lid, wordt het derde lid dat aanvangt met de tekst «De chauffeurspas is geldig» vernummerd tot vierde lid.
2. In het zesde lid wordt «vierde lid» vervangen door: vijfde lid.
In artikel 118 wordt in de opsomming van artikelen «artikel 75, eerste, tweede en vierde lid» vervangen door: artikel 75, eerste, tweede, derde en vijfde lid.
Kentekens bevattende de lettergroep BO en twee groepen van twee cijfers, afgegeven voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C, van dit besluit zijn ongeldig.
Een kenteken bevattende de lettergroep HH en twee groepen van twee cijfers, afgegeven voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel B, van de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281) is ongeldig:
a. op het moment dat voor de betrokken bromfiets een kentekenbewijs is afgegeven op grond van artikel IV van die wet, of
b. indien op het tijdstip waarop artikel IV van die wet vervalt voor de betrokken bromfiets nog geen kentekenbewijs is afgegeven op grond van dat artikel.
De artikelen 1.1, onderdeel m, 5.1.4, 5.6.1, 5.6.8, 5.6.11, vierde en vijfde lid, van het Voertuigreglement en artikel 1, onderdelen i en af, van het RVV 1990 zoals deze luidden voor het tijdstip van de inwerkingtreding van de artikelen II en III van dit besluit blijven van kracht:
a. voor wat betreft een bromfiets die op dat tijdstip reeds in het verkeer is gebracht tot voor de betrokken bromfiets een kentekenbewijs is afgegeven op grond van artikel IV van de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281), of, indien dat later is,
b. tot het tijdstip waarop artikel IV van die wet vervalt.
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281) in werking treedt.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnootDe Minister van Verkeer en Waterstaat a.i.,
M. C. F. Verdonk
Uitgegeven de achttiende augustus 2005
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
Het onderhavige besluit betreft wijziging van het Kentekenreglement, het Voertuigreglement en het RVV 1990 in verband met de invoering van de kentekenregistratie voor bromfietsen. De kentekenregistratie voor bromfietsen houdt in dat de – technische – gegevens omtrent bromfietsen en de tenaamstellingsgegevens van de eigenaren of houders daarvan worden opgenomen in het kentekenregister van de Dienst Wegverkeer (RDW). In dat kader krijgen bromfietsen een kenteken en wordt aan de eigenaren/houders daarvan een kentekenbewijs afgegeven. Tot nu toe behoorden bromfietsen tot de categorie voertuigen die van de kentekenplicht waren vrijgesteld. Door deze voertuigen nu onder het kentekenregime te brengen, wordt het systeem zoals dat nu van toepassing is op andere gekentekende voertuigen in beginsel ook op bromfietsen van toepassing. Teneinde dit – op het niveau van de formele wet – te realiseren is de Wegenverkeerswet 1994 aangepast (Stb. 2005, 281). Voor een nadere toelichting in dit verband wordt verwezen naar de memorie van toelichting bij evenbedoelde wetswijziging. De wijzigingen op het niveau van de amvb worden door middel van het onderhavige besluit tot stand gebracht.
Ten gevolge van het feit dat het bestaande kentekensysteem vrijwel volledig van toepassing is op bromfietsen, is het aantal wijzigingen van het Kentekenreglement beperkt gebleven. De wijzigingen hebben slechts betrekking op het vervallen van het bijzondere HH-kenteken voor bromfietsen die gebruikt worden in het buitenland waar wel een kenteken werd vereist, en de invoering van een speciaal handelaarskenteken voor bromfietsen, te weten het HC-kenteken.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een andere wijziging in het Kentekenreglement aan te brengen, namelijk het laten vervallen van het zogenoemde BO-kenteken. Dit kenteken is ter gelegenheid van de invoering van de afzonderlijke kentekenplicht voor aanhangwagens ingevoerd voor die aanhangwagens die afkomstig waren uit een land waar nog geen afzonderlijke registratie voor deze aanhangwagens bestond. Als gevolg van het feit dat het gebruik van dit kenteken in de praktijk op grote bezwaren stuitte, is besloten dit per 1 september 2005 af te schaffen. Ten slotte is een aantal wijzigingen van technische aard aangebracht.
De wijzigingen in het Voertuigreglement betreffen enerzijds de aanpassing van de begripsomschrijving van «bromfiets» aan de omschrijving zoals die nu in de formele wet is opgenomen en anderzijds de administratief-technische aanpassingen die als gevolg van de kentekening van bromfietsen in het Voertuigreglement moeten worden aangebracht. De voertuigtechnische wijzigingen van het Voertuigreglement zijn in een separate wijziging opgenomen, dit in verband met het feit dat deze wijzigingen aan EU-notificatie zijn onderworpen. In de artikelsgewijze toelichting zal nader worden ingegaan op de betrokken wijzigingen.
De wijziging in het RVV 1990 betreft eveneens de begripsomschrijving van «bromfiets». Tevens is in verband daarmee de begripsomschrijving van «snorfiets» aangepast.
De kosten van het kentekenen van brom- en snorfietsen worden gedragen door de gebruikers. De uitvoeringstoets die de RDW op verzoek van de minister van Verkeer en Waterstaat heeft gedaan, leidt tot een tarief van € 22,50 voor het kentekenen van bestaande bromfietsen. Voor nieuwe bromfietsen is dit tarief circa € 43. Het lagere tarief voor bestaande bromfietsen komt omdat de RDW voor deze groep slechts dekking hoeft te vinden voor de variabele kosten. Naast dit kentekentarief zijn er kosten voor de schouw van bestaande bromfietsen en voor de kentekenplaat(zowel voor bestaande als nieuwe bromfietsen). Zowel de kosten van de schouw als die van de kentekenplaat komen tot stand op basis van concurrentie. Indicatief gaat het zowel voor de schouw als voor de kentekenplaat om een bedrag van circa € 10.
Uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid
Over de uitvoering van het onderhavige besluit is overleg gevoerd met een breed scala van organisaties, te weten de RDW, de ministeries van Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (en binnen deze ministeries zijn het Openbaar Ministerie en de politie geconsulteerd) het verbond van verzekeraars, de BOVAG, de RAI en de ANWB. Alle organisaties werken in een of andere vorm mee aan de uitvoering van de kentekening van brom- en snorfietsen.
In het kader van de zogenoemde uitvoeringstoets heeft de RDW aangegeven dat er geen personele of organisatorische belemmeringen zijn voor deze dienst om tot uitvoering over te gaan. De kosten worden gedekt door de gebruikers van brom- en snorfietsen, naar analogie van de kostendekking van de kentekening van andere motorvoertuigen. Verder heeft de RDW aangegeven een periode van 14 maanden nodig te hebben om alle bestaande bromfietsen van een kenteken te voorzien. Om de daarbij noodzakelijke spreiding te realiseren, worden diverse acties ondernomen waaronder direct-mailing door de verzekeraars.
Voor wat betreft de handhaafbaarheid van de in het besluit voorziene maatregelen kan het volgende worden opgemerkt. De handhaving van de kentekening zal geschieden zoals ook die van andere motorvoertuigen en zal naar verwachting niet tot problemen leiden zodra alle bromfietsen van een kenteken zijn voorzien. In de overgangsperiode, waarin nog niet iedere bromfiets van een kenteken behoeft te zijn voorzien, kan het handhaven van de kentekenplicht niet eenvoudig plaatsvinden, omdat niet onmiddellijk te zien is of een bromfiets al dan niet van een kenteken moet zijn voorzien. Het gaat daarbij om een periode van 14 maanden.
Bedrijfseffecten en administratieve lasten
In het kader van de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281) zijn de administratieve lasten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen in kaart gebracht. In de memorie van toelichting bij deze wet is reeds uitvoerig ingegaan op de bedrijfseffecten en administratieve lasten die aan de kentekening van bromfietsen zijn verbonden.
Door middel van dit besluit komt verder het zogenoemde BO-kenteken te vervallen. Dit leidt voor de betrokken ondernemingen tot lagere bedrijfskosten en een vermindering van de administratieve lasten.
De RDW zal door middel van gerichte voorlichtingsacties de verschillende doelgroepen informeren omtrent de onderhavige wijzigingen. Tevens is informatie beschikbaar op de internetsite van de RDW.
Het ontwerpbesluit is overeenkomstig artikel 2b van de Wegenverkeerswet 1994 op 6 april 2005 overgelegd aan de beide kamers der Staten-Generaal. Dit heeft niet geleid tot enige reactie.
Met het nieuwe artikel 1a wordt uitvoering gegeven aan het – gewijzigde – artikel 37, eerste lid, onderdeel a, onder 1° van de WVW 1994. Hierin is bepaald dat artikel 36 van de wet (de kentekenplicht voor motorrijtuigen) niet geldt voor bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorieën bromfietsen. In artikel 1a worden deze categorieën vastgesteld, waarbij wordt aangesloten bij artikel 2.4 van het Voertuigreglement waarin deze categorieën zijn uitgezonderd van alle toelatingseisen tot de weg.
Aan artikel 3 van het Kentekenreglement wordt het handelaarskenteken voor bromfietsen toegevoegd. Hiervoor wordt de lettercombinatie HC gebruikt.
In artikel 4 van het Kentekenreglement vervallen het vierde en negende lid. Het vierde lid betreft het HH-kenteken. Dit lid vervalt omdat HH-kentekens niet langer worden verstrekt. Het negende lid komt te vervallen als gevolg van het beëindigen van de zogenoemde BO-regeling. In het algemeen deel van de toelichting is op een en ander reeds ingegaan.
Daarnaast vindt een kleine technische wijziging plaats. In het kader van de implementatie van richtlijn nr. 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 mei 2003 betreffende de typegoedkeuring van landbouw- of bosbouwtrekkers, bij besluit van 1 februari 2005 (Stb. 69), is in het Voertuigreglement de term «landbouwtrekkers» vervangen door de term «landbouw- of bosbouwtrekkers». Daarbij is verzuimd deze term ook in artikel 4, derde lid, van het Kentekenreglement wijzigen. Deze omissie wordt thans hersteld.
Artikel 17 diende eveneens te worden gewijzigd in verband met het vervallen van het HH- en BO-kenteken.
De wijzigingen in artikel 19 van het Kentekenreglement zijn van wetstechnische aard; zij betreffen aanpassing van verwijzingen naar artikel 4.
Artikel 20, achtste lid, van het Kentekenreglement vervalt in verband met het beëindigen van de BO-regeling.
In artikel V, tweede lid, van de wet van 29 maart 1996 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994, houdende regeling van de verzelfstandiging van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (Stb. 257), wordt bepaald dat het tarief voor de aanvraag van een kentekenbewijs mede een bepaald, bij ministeriële regeling vastgesteld bedrag, omvat. Dit geldt tot vijf jaar na het tijdstip van inwerkingtreding van deze bepaling. Aangezien deze termijn inmiddels is verstreken, wordt de nadere uitwerking van de bepaling in artikel 35 van het Kentekenreglement geschrapt.
Deze wijziging houdt eveneens verband met het vervallen van het HH-kenteken.
Aan door de RDW op grond van artikel 62, eerste lid van de WVW 1994, erkende bedrijven wordt de bevoegdheid toegekend onderzoeken, zogenaamde schouwingen, te verrichten waarbij een aantal voertuiggegevens van een brom- of snorfiets worden vastgesteld. Deze gegevens worden beschikbaar gesteld aan de RDW. De RDW besluit vervolgens mede op basis van deze gegevens al dan niet een kentekenbewijs af te geven voor de betreffende brom- of snorfiets.
De begripsomschrijving van «bromfiets» in het Voertuigreglement is aangepast aan de omschrijving zoals die nu in de Wegenverkeerswet 1994 is opgenomen.
De formulering «motorrijtuigen, zijnde fietsen met trapondersteuning» is gewijzigd in verband met het feit dat deze voertuigen in de WVW 1994 niet langer als motorrijtuigen worden beschouwd.
Bromfietsen worden uitgezonderd van de Algemene Periodiek Keuring (APK). Het tegen gaan van het opvoeren van bromfietsen lijkt te pleiten voor een APK-plicht. Maar de APK zal daar geen oplossing voor bieden, omdat iemand niet toegestane onderdelen zoals een te grote carburatuer of onjuiste uitlaat voor de APK eenvoudig kan vervangen door goede onderdelen en onmiddellijk na de APK de bromfiets weer kan opvoeren.
Artikel 5.1.4 van het Voertuigreglement vervalt omdat ook de gele en oranje platen op het voorspatbord van de brom-, resp. snorfiets komen te vervallen. Deze gele en oranje platen dienden om het onderscheid duidelijk te maken tussen een bromfiets en een snorfiets, alsmede om aan te geven dat het niet om een motorfiets gaat (dit laatste in verband met de voorrangsregels). Het verschil tussen bromfiets en snorfiets is nu zichtbaar in de andere kleurstelling van de kentekenplaten. Een direct herkenbaar onderscheid tussen bromfiets en motorfiets is niet meer noodzakelijk, omdat de voorrangsregels voor beide categorieën inmiddels gelijk zijn.
In artikel 5.6.1 van het Voertuigreglement zijn de eisen opgenomen waaraan een bromfiets moet voldoen. Dezelfde eisen worden geëist voor de andere in het voertuigreglement opgenomen voertuigtypen. De bromfiets moet in overeenstemming zijn met de op het voor het voertuig afgegeven kentekenbewijs en in het kentekenregister omtrent het voertuig vermelde gegevens, het identificatienummer moet op een vast voertuigdeel zijn ingeslagen en goed leesbaar zijn, de kentekenplaat is voorzien van het voorgeschreven goedkeuringsmerk, het kenteken moet goed leesbaar zijn en de kentekenplaat mag niet zijn afgeschermd en de kentekenplaat moet zijn voorzien van het in artikel 5 van het Kentekenreglement voorgeschreven goedkeuringsmerk en moet deugdelijk aan de achterzijde van het voertuig zijn bevestigd. Het in artikel 5 van het Kentekenreglement voorgeschreven goedkeuringsmerk is het keurmerk van de kentekenplaatfabrikant.
In het kader van de kentekening van bromfietsen zal op het kentekenbewijs van de bromfiets en in het kentekenregister de maximum constructiesnelheid worden vermeld. De maximum constructiesnelheid kan niet meer bedragen dan 45 km/h en is voorgeschreven in richtlijn nr. 2002/24/EG. In artikel 5.6.8 van het Voertuigreglement is neergelegd dat bromfietsen voortdurend moeten voldoen aan de vermelde maximale constructiesnelheid, vermeerderd met 5 km/h. De maximale constructiesnelheid wordt met 5 km/h vermeerderd, omdat richtlijn nr. 2002/41/EG van de Commissie van 17 mei 2002 tot aanpassing aan de stand der techniek van Richtlijn 91/5/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de door de constructie bepaalde maximumsnelheid, het maximumkoppel en het netto-maximumvermogen van twee- of driewielige motorvoertuigen twee meettoleranties bevat voor het meten van een maximum constructiesnelheid. Ten eerste de tolerantie bij de meting van de door de constructie bepaalde maximumsnelheid tijdens het onderzoek voor de afgifte van een typegoedkeuring van de bromfiets. De door de typegoedkeuringsinstantie bepaalde maximum constructiesnelheid mag ten hoogste 5% afwijken van de door de constructeur opgegeven waarde. Vervolgens mag bij een controle op de overeenstemming van de productie van de typegoedgekeurde bromfiets de maximum constructiesnelheid ten hoogste 5 % afwijken van de door de typegoedkeuringsinstantie gemeten waarde tijdens het onderzoek voor de afgifte van een typegoedkeuring. Voor bromfietsen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 30 km/h geldt in plaats van de laatstgenoemde waarde van 5% een waarde van 10%.
Omdat de tweede afwijking cumulatief met de eerder toegestane afwijking is toegestaan houdt dit voor bromfietsen in totaal een mogelijk verschil in snelheid in van maximaal 3,9 km/h tot 4,6 km/h ten opzichte van de maximum constructiesnelheid zoals die op het kentekenbewijs en -register is vermeld. Voor de eenvoud en de duidelijkheid is gekozen voor een marge van 5 km/h, onafhankelijk van de maximum constructiesnelheid. Hiermee wordt voorkomen dat bromfietsen die geheel conform de eisen zijn toegelaten tijdens een controle van de permanente eisen worden afgekeurd.
De maximum constructiesnelheid is overigens niet te verwarren met de in het RVV 1990 opgenomen maximumsnelheden voor bromfietsen.
Het nieuwe vierde lid van artikel 5.6.11 komt in materiële zin overeen met het vroegere vijfde lid. In dat vijfde lid werd een eis gesteld voor het maximale geluidsniveau van een Europees typegoedgekeurde bromfiets. De zinsnede «een typegoedkeuring als bedoeld in artikel 4, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van richtlijn 92/61/EEG of richtlijn 2002/24/EG» maakte duidelijk dat het een Europese typegoedkeuring betrof. De zinsnede «de in artikel 5.6.1, eerste lid, onderdeel b, onder 2°, bedoelde constructieplaat» maakte duidelijk dat de maximum waarde van het geluidsniveau moest worden afgelezen van de constructieplaat die in het kader van de Europese typegoedkeuring bij de eerste toelating moet zijn aangebracht. Er was geen andere mogelijkheid dan rechtstreeks de constructieplaat te noemen, aangezien deze gegevens niet in het kentekenregister of op het kentekenbewijs geplaatst konden worden. Een nadeel van deze methode was dat er geen geluidswaarde bekend was indien het constructieplaatje in het ongerede was geraakt. Met de invoering van de kentekenregistratie voor bromfietsen wordt het mogelijk om in het kentekenregister of op het kentekenbewijs de in het artikel bedoelde waarden op te nemen. Het vierde en vijfde lid zijn dienovereenkomstig aangepast. Voor de handhavingspraktijk betekent dit een aanzienlijke vereenvoudiging.
Het nieuwe vijfde lid is in materiële zin hetzelfde als het vroegere vierde lid. Het betreft bromfietsen met een nationale typegoedkeuring.
Overigens zijn bedoelde eisen nu in lijn gebracht met die voor motorfietsen, zie artikel 5.4.11 van het Voertuigreglement.
Artikel 5.6.29, derde lid, is gewijzigd, zodat in de Regeling wijze van keuren niet periodiek-keuringsplichtige voertuigen kan worden geregeld op welke wijze het voorschrift opgenomen in artikel 5.6.29, tweede lid, onderdeel g, wordt gekeurd.
Indien de constructie van een voertuig wezenlijk wordt gewijzigd is hoofdstuk zes van het Voertuigreglement van toepassing waarin voor deze situatie technische eisen zijn opgenomen waaraan moet worden voldaan. Met betrekking tot de bromfiets is opgenomen dat de bromfiets zowel moet voldoen aan de eisen voor toelating tot de weg, opgenomen in hoofdstuk 3, afdeling 6, van het Voertuigreglement, en de permanente eisen opgenomen in hoofdstuk 5, afdeling 6, van het Voertuigreglement, voor zover niet anders is bepaald.
Zeer relevant in dit kader is een wijziging van de maximum constructiesnelheid van een bromfiets van 25 km/h naar 45 km/h. Hierbij is met name van belang dat wordt vastgesteld dat de bromfiets wederom voldoet aan richtlijn nr. 97/24/EG. In deze richtlijn zijn emissie-eisen en eisen met als doel het tegengaan van het opvoeren van bromfietsen opgenomen. Omdat ook een bromfiets waarvan de maximum constructiesnelheid wordt gewijzigd aan deze richtlijn moet voldoen, is gewaarborgd dat deze bromfiets wederom aan de eisen voldoet ten aanzien van emissie en het tegengaan van opvoeren. Indien een bromfiets met een maximum constructiesnelheid van 45 km/h constructief zodanig wordt gewijzigd dat slechts een snelheid van 25 km/h kan worden bereikt geldt het bovenstaande eveneens.
De begripsomschrijving van «bromfiets» in het RVV 1990 komt te vervallen, omdat dit begrip is opgenomen in de Wegenverkeerswet 1994. Hiermee is deze begripsomschrijving ook van toepassing is op alle daarop berustende bepalingen. In verband hiermee wordt ook de begripsomschrijving van «motorvoertuig» en «snorfiets» aangepast.
Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een foutieve nummering in artikel 75 van het Besluit personenvervoer 2000 ongedaan te maken. Door het Besluit tot wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 in verband met de invoering van een beperkte vakbekwaamheidseis voor de taxibestuurder en een daarmee samenhangende administratieverplichting (Stb. 322) zijn in artikel 75 abusievelijk twee derde leden van dit artikel ontstaan. Door deze wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 wordt deze omissie hersteld.
Door bovenstaande omissie was één van de artikelleden niet eerder opgenomen in de opsomming van strafbaar gestelde artikelen in artikel 118 van het Besluit personenvervoer 2000. Door herstel van deze omissie wordt nu ook het ontbrekende artikellid opgenomen in deze opsomming.
Door middel van artikel IV zijn alle BO-kentekens ongeldig na de inwerkingtreding van dit besluit.
Door middel van artikel V is een HH-kentekens ongeldig op het moment dat voor een bromfiets een «normaal» kentekenbewijs wordt afgegeven, of uiterlijk op het moment dat de op overgangswetgeving door middel van koninklijk besluit komt te vervallen. Dat is de datum waarop iedere bromfiets behoort te zijn voorzien van een kenteken.
De voor de overgangsperiode noodzakelijke oude bepalingen uit het Voertuigreglement en RVV 1990, blijven van kracht totdat voor een bromfiets een kentekenbewijs wordt afgegeven. Deze overgangstermijn verloopt op het moment dat de overgangswetgeving door middel van een koninklijk besluit komt te vervallen.
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele andere wetten in verband met de invoering van een kentekenregistratiesysteem voor bromfietsen alsmede vaststelling van overgangsbepalingen in verband daarmee (Stb. 281) in werking treedt.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
K. M. H. Peijs
Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 13 september 2005, nr. 177.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2005-406.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.