Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 oktober 2021
Tijdens het eerste gedeelte van het wetgevingsoverleg over het pakket Belastingplan
2022 heeft de heer Omtzigt mij verzocht een nader advies te vragen voor het wetsvoorstel
Wet Delegatiebepalingen schrijnende gevallen en de onderdelen uit het verzamelwetsvoorstel
Overige fiscale maatregelen 2022 die zien op box 3. In reactie op dit verzoek heb
ik toegezegd in gesprek te gaan met de vice-president van de Raad van State.
Delegatiebepalingen tegemoetkoming schrijnende gevallen (Kamerstuk 35 930)
Het wetsvoorstel Wet Delegatiebepalingen tegemoetkoming schrijnende gevallen was oorspronkelijk
onderdeel van het verzamelwetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2022. Dit wetsvoorstel
is – net als de overige wetsvoorstellen in het pakket Belastingplan 2022 – voor indiening
op Prinsjesdag ter advisering voorgelegd aan de Afdeling Advisering van de Raad van
State (de Afdeling). De Afdeling heeft geadviseerd om deze maatregel als zelfstandig
wetsvoorstel in te dienen. Voorts heeft de Afdeling diverse inhoudelijke zaken meegegeven.
Het kabinet heeft dat advies opgevolgd en er een apart wetsvoorstel van gemaakt. Daarnaast
is het kabinet op de andere onderdelen van het advies ingegaan in het nader rapport.
Onderdelen box 3
Het verzamelwetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2022 is als zelfstandig wetsvoorstel
opgenomen in het pakket Belastingplan 2022 (Kamerstuk 35 928). In dit verzamelwetsvoorstel is een verduidelijking en een tweetal reparaties met
betrekking tot box 3 opgenomen. De Afdeling heeft geadviseerd over het gehele wetsvoorstel
Overige fiscale maatregelen 2022 en is daarbij niet ingegaan op de onderdelen die
zien op box 3. Dit betekent dat daartoe geen aanleiding voor gezien werd. Er is dus
geen sprake van dat voor de onderdelen die zien op box 3 geen advies aan de Afdeling
is gevraagd.
Contact met Raad van State
Naar aanleiding van het verzoek van de heer Omtzigt heb ik contact gehad met de vice-president
van de Raad van State. In dat gesprek is aangegeven dat de Raad van State geen aanleiding
ziet om voor deze wetsvoorstellen een nader advies uit te brengen, gezien reeds over
de desbetreffende wetgeving geadviseerd is.
Daarnaast maak ik, in het kader van de actieve openbaarmaking, van de gelegenheid
gebruik om de nota’s van het Ministerie van Financiën die zien op de nota van wijziging
op het wetsvoorstel Belastingplan 2022 inzake de energierekening openbaar te maken.
Deze nota’s zijn als bijlage bij deze brief gevoegd.
De Staatssecretaris van Financiën,
J.A. Vijlbrief