De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het Multidisciplinair Interventie Team (MIT) van toegevoegde waarde
kan zijn om specifieke fenomenen en onderliggende structuren te onderzoeken en bloot
te leggen, maar dat in de opbouwfase de precieze inzet nog moet uitkristalliseren;
overwegende dat het MIT met name meerwaarde kan bieden bij het onderzoeken van fenomenen
en onderliggende structuren en dat operationele interventies primair door of in samenwerking
met de moederorganisaties moeten worden verricht;
overwegende dat vanaf de begroting 2022 fors extra middelen beschikbaar zijn om te
zorgen dat de formatie van alle betrokken organisaties kan worden versterkt, maar
dat de invulling daarvan tijd kost en dat bij inrichting van het MIT voldoende aanpassingstijd
moet worden geboden aan moederorganisaties om de bezetting in de teams op orde te
houden;
overwegende dat de innovatieve werkwijze ook ontwikkeling van de bijbehorende juridische
kaders behoeft en het daarbij zou helpen als er een stimulerend toezichtsorgaan komt
dat zowel toezicht houdt op het werk dat wordt verricht als meedenkt over de ontwikkeling
van het juridisch kader;
verzoekt de regering zo spoedig mogelijk een toezichthouder aan te stellen op de gegevensverwerking
van het MIT die stimulerend toezicht kan houden;
verzoekt de regering zo spoedig mogelijk te komen met een wetsvoorstel waarmee de
innovatieve werkwijze van het MIT met de juiste waarborgen wordt verankerd in de wet
en het primaat voor operationele interventies behouden blijft bij de moederorganisaties;
verzoekt de regering in de opbouwfase voldoende tijd te nemen voor de opbouw van het
MIT zodat de moederorganisaties de mogelijkheid hebben de operationele capaciteit
en bijbehorende expertise op orde te houden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Michon-Derkzen