35 570 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2021

Nr. 32 MOTIE VAN DE LEDEN VAN BEUKERING -HUIJBREGTS EN VOORDEWIND

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 23 november 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat veel jeugdzorgaanbieders als rechtsvorm een stichting hebben;

constaterende dat sinds de decentralisatie van de jeugdzorg in 2015 deze stichtingen anders gefinancierd worden en daarom eerder aangemerkt worden als belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting;

constaterende dat dit vanwege de zorgvrijstelling alleen geldt voor aanbieders die naast zorg ook ondersteuning aanbieden bij andere opvoedproblemen in het kader van jeugdbescherming en jeugdhulp;

overwegende dat er geen ongelijk speelveld moet zijn tussen verschillende soorten zorgaanbieders die een stichting zijn;

verzoekt de regering, om samen met jeugdzorgaanbieders te onderzoeken op welke manier jeugdzorginstellingen gecompenseerd kunnen worden voor de vennootschapsbelasting,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Beukering-Huijbregts

Voordewind

Naar boven