Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2020
Tijdens het wetgevingsoverleg over het defensiematerieelbegrotingsfonds (Kamerstuk
35 280, nr. 17) heb ik toegezegd u voor de zomer te informeren over de afspraken over de wijze waarop
wordt omgegaan met valutarisico’s op de begroting van Defensie. Met deze brief geef
ik hier, mede namens de Staatssecretaris, invulling aan.
Valutaschommelingen verstoren het begrotings- en verwervingsproces binnen Defensie.
Dit geldt zowel voor mee- en tegenvallers als gevolg van valutaschommelingen. Dit
leidt ertoe dat bijvoorbeeld in het ene jaar bezuinigd moet worden als gevolg van
tegenvallers in de wisselkoersen en een jaar later er juist sprake kan zijn van meevallers
als gevolg van de ontwikkeling van de wisselkoersen. Dit brengt onrust met zich mee
in het planproces van de investeringsportefeuille en draagt niet bij aan een voorspelbare
begrotingsuitvoering en rust in het begrotingsproces.
Om de verstorende werking van valutaschommelingen op de defensiebegroting op te lossen,
heeft het kabinet besloten om een oplossing te vinden voor mee- en tegenvallers als
gevolg van valutaontwikkelingen. Hiermee wordt invulling gegeven aan het regeerakkoord
waarin is opgenomen dat het kabinet komt met voorstellen voor het vergroten van de
voorspelbaarheid en schokbestendigheid van de materieelbegroting, zoals een specifieke
prijsindex of een structurele oplossing voor valutaschommelingen.
Bij de voorjaarsbesluitvorming is de afspraak gemaakt dat mee- en tegenvallers als
gevolg van valutaontwikkelingen als niet-plafondrelevante mutaties worden verwerkt,
deze komen daardoor direct ten gunste of ten laste van het EMU-saldo. Het betreft
uitsluitend mutaties die op artikel 6 van de Defensiebegroting worden geboekt, deze
uitgaven zijn volgend jaar onderdeel van het defensiematerieelbegrotingsfonds.
De gedetailleerde technische en administratieve verwerking van deze afspraak wordt
momenteel in overleg met het Ministerie van Financiën vormgegeven. Daarin komt ook
aan de orde of er al dan niet een risicopremie opgenomen wordt. Over de nadere uitwerking
van deze afspraak wordt u na het zomerreces geïnformeerd.
De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten