35 300 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020

Nr. 23 MOTIE VAN HET LID REMCO DIJKSTRA

Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 25 november 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het project Zuidasdok om meerdere redenen kampt met vertragingen en tegenslagen;

constaterende dat de bijdrage van de stad Amsterdam aan het totale project beperkt is;

overwegende dat de kosten voor de rijksoverheid flink kunnen oplopen en de Minister nog wacht op een advies over wat te doen met het Zuidasdok;

overwegende dat de Minister heeft aangegeven grote zorgen te hebben over het project Zuidasdok en overwegende dat voor de bereikbaarheid op de snelweg en het spoor bij de Zuidas een doelmatige en betaalbare oplossing moet worden gekozen;

verzoekt de Minister, nut en noodzaak van het project Zuidasdok af te wegen, te onderzoeken of het project de ov- en fileknelpunten voor het Rijk wel oplost en voorstellen te doen om het project te versoberen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Remco Dijkstra

Naar boven