Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 november 2018
Tijdens de begrotingsbehandeling (Handelingen II 2018/19, nr. 15, item 5) heb ik u toegezegd u schriftelijk te informeren over de financiering van de opruimkosten
van drugsdumpingen en de onderbesteding in vorige jaren. Middels deze brief geef ik
tevens invulling aan het verzoek van het lid Futselaar in de Regeling van Werkzaamheden
van 29 mei 2018, (Handelingen II 2017/18, nr. 86, item 19). In afstemming met de Ministeries van IenW, JenV en LNV kan ik u het volgende meedelen.
Het fenomeen drugsdumping komt helaas steeds vaker voor, is voor betrokkenen belastend
en levert schade op en het voedt de onveiligheid in wijken en buitengebieden. Het
Kabinet is zich hiervan zeer bewust.
De aanpak van de bewindspersoon van JenV richt zich op het voorkomen van dumpingen
van drugsafval door het aanpakken van de productie van drugs. Hierbij wordt ingezet
op een integrale aanpak van drugscriminaliteit en georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.
Daarnaast is het in het geval van een drugsafvaldumping van belang dat er zo snel
mogelijk adequaat wordt opgeruimd door de verantwoordelijke instanties om mogelijke
schade voor mens en milieu te beperken. Op regionaal en lokaal niveau wordt geïnvesteerd
in de samenwerking tussen ketenpartners om hier effectief op te treden.
Vanuit de IenW begroting is voor een periode van drie jaar, op grond van een amendement1 bij de begroting in 2015, geld beschikbaar gesteld voor de opruimkosten van drugsafval.
Dit om aan provincies en gemeenten de ruimte te bieden met structurele oplossingen
te komen.
De totale onderbesteding van de afgelopen, tijdelijke co-financieringsregeling bedraagt
€ 1,2 miljoen. Op grond van het Convenant waarin deze regeling is uitgewerkt, dient
het geld geheel ten goede te komen aan het doel waarvoor het op basis van het amendement
beschikbaar is gesteld. Provincies kunnen dus ook in 2018 nog vooruit met de reeds
beschikbaar gestelde middelen in de jaren 2015, 2016 en 2017.
Op verzoek van het Bestuurlijk Omgevingsberaad (BOB) verkent een interbestuurlijke
werkgroep intussen de financiële en juridische mogelijkheden voor een duurzame financieringsoplossing.
Deze werkgroep staat onder leiding van het IPO en is samengesteld uit vertegenwoordigers
van VNG/P-10 gemeenten (het samenwerkingsverband van grote plattelandsgemeenten),
provincies/IPO, het OM, de politie, de UvW en diverse ministeries. Voorjaar 2019 zal
deze werkgroep haar voorstel gereed hebben en voorleggen aan het Bestuurlijk Omgevingsberaad.
Daarna kan uw Kamer nader worden geïnformeerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren