35 000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (VI) voor het jaar 2019

Nr. 49 MOTIE VAN HET LID VAN TOORENBURG C.S.

Voorgesteld 22 november 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de discretionaire bevoegdheid van de staatssecretaris ter discussie is gesteld;

constaterende dat intrinsiek is aan ieder rechtssysteem dat moet worden gekeken of de gevolgen van de toepassing van een bepaalde rechtsregel in een individueel geval wel te billijken zijn en de discretionaire bevoegdheid daarom niet kan worden geschrapt;

overwegende dat de beginselen van rechtsgelijkheid en rechtszekerheid vereisen dat de staatssecretaris bij de weging van de omstandigheden van een individueel geval wel inzichtelijk moet maken waarom hij in een bepaald geval wel of niet gebruikmaakt van zijn discretionaire bevoegdheid;

overwegende dat het van belang is om schrijnende omstandigheden zo veel en zo vroeg mogelijk in de asielprocedure mee te wegen;

verzoekt de regering, onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de wijze van toepassing van de discretionaire bevoegdheid door de staatssecretaris en de mogelijkheden tot verbetering daarvan;

verzoekt de regering, verder onafhankelijk onderzoek te laten uitvoeren naar de manier waarop de IND en de rechter schrijnende omstandigheden bij volwassenen en kinderen beter en vroeger kunnen meewegen in de asielprocedure en hoe dit kan worden verankerd in de wet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Toorenburg

Groothuizen

Voordewind

Van Ojik

Kuiken

Jasper van Dijk

Krol

Azarkan

Van der Staaij

Naar boven