Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op
15 februari 2019.
De wens dat het in de maatregel geregelde onderwerp bij de wet wordt geregeld kan
door of namens een van beide Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste
Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk
op 15 maart 2019.
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 februari 2019
Ingevolge het negende lid van artikel 18.3 van de Invoeringswet openbare lichamen
Bonaire, Sint Eustatius en Saba overleg ik uw Kamer bijgaand een wijziging van het
Besluit onderstand BES en de daarbij behorende nota van toelichting1.
De wijziging heeft betrekking op de introductie van een toeslag voor de onderstandsgerechtigde
die de leeftijd heeft bereikt waarop recht op ouderdomspensioen ontstaat op grond
van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES. Deze toeslag is onderdeel van het pakket
aan maatregelen om de bestaanszekerheid van inwoners van Caribisch Nederland te verbeteren
waarover beide Kamers op 29 juni 20182 zijn geïnformeerd.
Onderdeel van voorliggend wijzigingsbesluit is dat de termijn, waarin een AOV-gerechtigde
die recht heeft op onderstand verblijf mag houden buiten de openbare lichamen, wordt
uitgebreid van vier naar dertien weken. Dit hangt samen met het ontbreken van een
arbeidsverplichting voor personen met de pensioengerechtigde leeftijd. De termijn
van dertien weken is bovendien in lijn met de termijn in de Aanvullende Inkomensvoorziening
Ouderen (AIO).
Ik geef de RCN-unit SZW toestemming om vanaf 1 januari 2019 de huidige regelgeving
alleen te handhaven als een AOV-gerechtigde in de onderstand langer dan dertien weken
buiten Caribisch Nederland verblijft. De reden is dat de vier weken termijn momenteel
al van toepassing is op AOV-gerechtigden met een aanvulling vanuit de onderstand en
deze groep met de verhoging van de toeslag zelfstandig wonen per 1 januari 2019 aanzienlijk
groter wordt. De wijziging voldoet aan de voorwaarden om gebruik te maken van de mogelijkheid
om te anticiperen op inwerkingtreding van aangepaste wet- en regelgeving. Het gaat
om een situatie waarin sprake is van in voorbereiding zijnde regelgeving die begunstigend
werkt voor zowel AOV-gerechtigden als de uitvoering. Omdat de betreffende wijziging
naar verwachting uiterlijk 1 juli 2019 inwerking kan treden, is de situatie slechts
van beperkte duur.
Voor uw Kamer bestaat de gelegenheid om binnen vier weken na de datum van de ontvangst
van deze brief wensen en bezwaren bij de voorgestelde wijziging van het Besluit onderstand
BES ter kennis te brengen van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
T. van Ark