34 953 EU-voorstel: Oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen COM (2018) 173

Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juni 2018

Uw Kamer heeft mij per brief van 29 mei jl. in kennis gesteld van haar besluit om een parlementair behandelvoorbehoud te maken op het EU-voorstel inzake Oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen COM (2018) 173 vanwege het politiek belang dat de Kamer aan het voorstel hecht (Kamerstuk 34 953, nr. 1). Tevens heeft uw mij verzocht het BNC-fiche over het voorstel zo spoedig mogelijk naar de Tweede Kamer te sturen met het oog op een algemeen overleg op 20 juni.

Dit fiche kunt u spoedig tegemoet zien.

Het voorstel van de Europese Commissie inzake Oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen kan niet los gezien worden van de passages in het regeerakkoord over de positie van de boer in de keten. Mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat zal ik u op korte termijn, voor het zomerreces maar vanwege de interdepartementale afstemming niet voor 20 juni, informeren hoe we invulling willen gaan geven aan de desbetreffende passages in het regeerakkoord.

Tegen deze achtergrond wil ik uw Kamer in overweging geven om het overleg met de vaste commissie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit dat gepland is op 20 juni a.s., uit te stellen tot na het zomerreces zodat we het Commissievoorstel in samenhang met de uitwerking van de passages in het regeerakkoord kunnen bespreken. Uiteraard zal dit betekenen dat er tot die tijd door mij geen onomkeerbare stappen zullen worden gezet. Mocht dat onverhoopt toch anders zijn dan wordt uw Kamer vanzelfsprekend direct geïnformeerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven