34 655 EU-voorstel: verordening herziening coördinatie sociale zekerheidsstelsels COM (2016) 815

Nr. 4 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 februari 2017

Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft geadviseerd het parlementair behandelvoorbehoud, zoals vastgelegd bij het EU-voorstel: verordening herziening coördinatie sociale zekerheidsstelsels COM (2016) 815 (Kamerstuk 34 655, nr. 1) met de volgende afspraken formeel te beëindigen:

  • 1. De Kamer periodiek te informeren, in ieder geval in aanvulling op de geannoteerde agenda van de formele en de informele Raad Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken (onderdeel Werkgelegenheid en Sociaal Beleid) (WSBVC), over de voortgang van de onderhandelingen. Dit betreft zowel de voortgang van de onderhandelingen in de Raad alsook die met het Europees parlement (inclusief triloogfase);

  • 2. De periodieke rapportage gaat nader in op de volgende onderwerpen:

    • a. Werkloosheidsuitkeringen, waarbij

      • i. Inzichtelijk wordt gemaakt wat de financiële gevolgen zijn voor Nederland;

      • ii. Aandacht voor de periode om met behoud van werkloosheidsuitkering in een andere EU lidstaat naar werk te zoeken;

    • b. Uitkering bij langdurige zorg

    • c. Toegang van economische inactieve burgers tot sociale voordelen

    • d. Coördinatie van sociale zekerheid voor gedetacheerde werknemers, waarbij de termijn van de detachering in ogenschouw genomen wordt

    • e. Gezinstoeslagen en inzichtelijk maken wat het woonlandbeginsel in financieel opzicht zal opleveren bij export uitkeringen

    • f. Toepasselijkheid van A1-verklaringen

    • g. Nader te rapporteren over relevante aangenomen moties.

  • 3. De Kamer tijdig te informeren wanneer de Minister voorziet in de onderhandelingen te moeten afwijken van het kabinetsstandpunt zoals weergegeven in het BNC-fiche en/of nadien vastgelegd met de Kamer (bijv. in toezeggingen en moties);

  • 4. De Kamer te informeren wanneer er substantiële nieuwe elementen aan de oorspronkelijke voorstellen lijken te worden toegevoegd tijdens de EU-onderhandelingen;

  • 5. De Kamer tijdig te informeren (dus de Kamer in staat stellende de inzet nog te bespreken voordat de onderhandelingen in een beslissende of afrondende fase zijn) over opties die voorliggen ter besluitvorming in de Raad en onderliggende overlegfora die gevolgen hebben voor belangrijke elementen van de voorgestelde richtlijnen en/of de Nederlandse inzet;

  • 6. De Kamer tijdig te informeren zodra een akkoord aanstaande is, zodat dit in concept kan worden bestudeerd;

  • 7. Zodra de onderhandelingen in de Sociale Raad en met het Europees parlement zijn afgerond een appreciatie naar de Kamer te sturen van het uiteindelijk behaalde resultaat in relatie tot de oorspronkelijke Nederlandse onderhandelingsinzet.

De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en in afschrift aan de Minister van Buitenlandse Zaken vastgelegd1.

Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Azmani


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven