34 550 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2017

Nr. 135 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 maart 2017

Op 23 februari jongstleden heeft uw Kamer de motie Keijzer en Potters aangenomen1, waarin de regering wordt verzocht een wetsvoorstel voor te bereiden waarin wordt geregeld dat het civielrechtelijk bestuursverbod en het bestuursverbod voor stichtingsbestuurders te laten gelden voor disfunctionerende bestuurders in de ouderenzorg, gehandicaptenzorg, jeugdzorg en ggz.

De Minister heeft naar aanleiding van de bespreking van deze motie tijdens de begrotingsbehandeling een brief aan uw Kamer gestuurd waarin is aangegeven wat er al wordt gedaan om de kwaliteit van het bestuur te verbeteren2. Daarin is eveneens uiteengezet dat zowel het verbod voor stichtingsbestuurders als het civielrechtelijk bestuursverbod al van toepassing is op de in de motie genoemde sectoren.

Ik beschouw deze motie dan ook als uitgevoerd.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Kamerstuk 34 550 XVI, nr. 51

X Noot
2

Kamerstuk 34 550 XVI, nr. 131

Naar boven