34 439 EU-voorstel: Voorstel voor een richtlijn van het Europees parlement en de Raad voor een wijziging van Richtlijn 96/71/EC van het Europees parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten (Herziening detacheringsrichtlijn) COM (2016) 128

Nr. 3 BRIEF VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 april 2016

Hierbij meld ik u dat de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft geadviseerd het parlementair behandelvoorbehoud, zoals vastgelegd bij het EU-voorstel: Voorstel voor een richtlijn van het Europees parlement en de Raad voor een wijziging van Richtlijn 96/71/EC van het Europees parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten (Herziening detacheringsrichtlijn) COM (2016) 128 (Kamerstuk 34 439, nr. 1) met de volgende afspraken formeel te beëindigen:

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal de Kamer schriftelijk tijdig (dus de Kamer in staat stellende de inzet nog te bespreken voordat de onderhandelingen in een beslissende of afrondende fase zijn) informeren over opties die voorliggen ter besluitvorming in de Raad en onderliggende overlegfora die gevolgen hebben voor belangrijke elementen van de voorgestelde richtlijnen en/of de Nederlandse inzet; de Minister rapporteert daarbij specifiek over:

  • Bezoldiging van gedetacheerde werknemers (harde kern arbeidsvoorwaarden inclusief cao, belasting en loonontwikkeling);

  • Voorschriften inzake uitzendkantoren, inzake gelden nationale context voor uitzendkrachten dezelfde arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden;

  • Krachtenveld;

  • Langetermijndetachering en voorkomen draaideurconstructie;

  • Lengte / duur periode detachering;

  • Gevolgen concurrentiekracht;

  • Handhaving detacheringsrichtlijn.

De Minister zal de Impact Assessment van de Europese Commissie, zodra deze beschikbaar komt aan de Tweede Kamer sturen.

De Minister informeert de Kamer tijdig (dus de Kamer in staat stellende de inzet nog te bespreken voordat de onderhandelingen in een beslissende of afrondende fase zijn) wanneer hij voorziet in de onderhandelingen te moeten afwijken van het kabinetsstandpunt zoals weergegeven in het BNC-fiche en/of nadien vastgelegd met de Kamer (bijvoorbeeld in toezeggingen en moties);

De Minister informeert de Kamer periodiek over de onderhandelingen, in ieder geval in aanvulling op de geannoteerde agenda van de formele en de informele Raad Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken (onderdeel Werkgelegenheid en Sociaal Beleid) (WSBVC), over de voortgang in de onderhandelingen (in de Raadswerkgroep Sociale Vraagstukken en in de Sociale Raad, alsook in het Europees parlement), om goed vinger aan de pols te kunnen houden in het geval de onderhandelingen lang duren.

De vastgestelde afspraken zijn in bijgaande conceptbrief aan de regering vastgelegd1.

Namens de vaste commissie voor Europese Zaken verzoek ik u dit advies en de bijgaande conceptbrief ter besluitvorming aan de Tweede Kamer voor te leggen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Azmani


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven