34 300 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2016

Nr. 146 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 december 2015

Graag informeer ik uw Kamer over mijn werkbezoek aan Caribisch Nederland, dat van 29 september tot en met 2 oktober jl. plaatsvond1. Het doel was met eigen ogen te aanschouwen hoe het er op de eilanden aan toe gaat met de jeugdzorg en de langdurige zorg en om ervaringen uit te wisselen met betrokkenen zelf.

Dit verslag vormt een samenvatting van de reis naar Saba en Bonaire. In reactie op het verzoek van uw Kamer zal ik voor het kerstreces nader ingaan op de stand van zaken rond de zorg, welzijn en jeugdzorg op de BES-eilanden.

Naast de zorginstellingen heb ik zowel op Saba als op Bonaire gesprekken gevoerd met het Bestuurscollege, met professionals en cliënten. Verder heb ik een ontmoeting gehad met de medewerkers van het Zorgverzekeringskantoor op Bonaire.

De zorgprofessionals op de eilanden, die met grote passie over hun werk vertelden, hebben veel indruk op mij gemaakt. Ik heb een goed beeld gekregen van het werk van de verschillende instellingen. De meeste zorgaanbieders zijn ooit vanuit een vrijwillig initiatief ontstaan, doorgaans vanuit (betrokken) ouders. De afgelopen jaren zijn instellingen gegroeid naar meer professionele organisaties die gebudgetteerd worden vanuit het Zorgverzekeringkantoor (ZVK) of via subsidiering van het Ministerie van VWS.

Wat betreft de jeugdzorg heb ik alle relevante jeugdinstellingen bezocht op Saba en Bonaire: Child Focus (naschoolse opvang), het CJG (Centrum Jeugd en Gezin), het JGCN (Jeugdzorg), SVP CN (verslavingszorg en psychiatrie), Jong Bonaire (Jongerenraad, naschoolse opvang en ontwikkelingscentrum), Rosa di Sharon (tienermoeder opvang) en Stichting Forsa (trainingscentrum voor jongeren met gedragsproblemen).

Over het algemeen is er binnen de jeugdzorg nog veel winst te behalen op het preventieve vlak. Bewustwording over wat schadelijk is voor een kind staat op de eilanden nog vaak in de kinderschoenen. Ouders hebben vaak zelf een jeugd gehad gekenmerkt door armoede en andere problematiek. De nadruk ligt op bewustwording bij de ouders, dat zij om hulp mogen vragen en dat zij vervolgens hulp kunnen ontvangen. Ook vindt er een maatschappelijke discussie plaats over opvoeden en preventie van kindermishandeling. Daarnaast is een verdere professionalisering van de jeugdzorg nodig.

Met betrekking tot de ouderen- en gehandicaptenzorg heb ik het verpleeghuis op Saba en Bonaire bezocht. Daarnaast heb ik de grootste dagbesteding voor ouderen op Bonaire «Cocari» en een kleinere dagopvang «Villa Antonia» bezocht. Op Saba heb ik «The Home» bezocht, het verpleeghuis wat nu ook dagbesteding gaat aanbieden voor voorlopig een 15-tal bewoners uit de wijk. Zij zullen vervoerd worden per bus wat door het Openbaar Lichaam beschikbaar is gesteld. Een mooie samenwerking.

Verder heb ik een bezoek gebracht aan FKPD (Fundashon pa Kwido di Personanan Desabilita), de enige intramurale voorziening voor mensen met een verstandelijke beperking binnen de eilanden. Deze stichting is in 1979 opgericht door een groep betrokken ouders van mensen met een verstandelijke beperking en is nu uitgegroeid tot een professionele organisatie waar 73 cliënten zorg, woontraining en dagbesteding krijgen.

Binnen de langdurige zorg en ondersteuning is er eenzelfde behoefte (als in Europees Nederland) om ouderen en kwetsbare mensen zo lang als mogelijk in hun eigen omgeving te behandelen en ondersteunen. Veel families vangen zorgbehoevenden zelf op.

De verslavingszorg en chronische psychiatrie heeft een verbeterslag gemaakt. De verslavingsproblematiek (alcohol en drugs) op de eilanden is groot. Ik heb de woontraining bezocht en was aangenaam verrast over de resultaten van het project dat pas sinds 2012 loopt. Bij de training staat de individuele hulpvraag centraal, gericht op praktische en sociale vaardigheden en het weer opbouwen van contacten met familie. Gemiddeld duurt de woontraining 1 tot 3 jaar met als doel daarna door te stromen naar zelfstandig wonen.

Tijdens de gesprekken met de bestuurders vroegen zij aandacht voor verbetering van de sociaal economische positie van de bevolking, de samenwerking met VWS en de coördinatie van het jeugdbeleid. De Openbare Lichamen geven aan behoefte te hebben aan ondersteuning. Ook is er behoefte aan een gedegen kennisinfrastructuur. Ik heb aangegeven dat er binnen Nederlandse gemeenten voldoende kennis bestaat die ook prima door de eilandbesturen kan worden benut. Tevens heb ik afgesproken de kennisuitwisseling tussen zorgaanbieders van Nederland en de BES-eilanden verder te bevorderen. Contact met dergelijke gemeenten kan voor de eilanden veel winst opleveren. Volgens het Openbaar Lichaam kan de communicatie tussen zorgaanbieders nog worden verbeterd op Bonaire. Ik heb het Openbaar bestuur geadviseerd om een sociale kaart op te stellen van de betrokken instellingen en in kaart te brengen hoe de communicatiestromen lopen en verbeterd kunnen worden.

Ook het thema huiselijk geweld en kindermishandeling is met bestuurders besproken. Op de korte termijn kunnen we een slag maken met de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling. Op dit moment is er nog geen meldpunt en geen opvang. Er ligt een opdracht vanuit mijn departement aan het JGCN om hier een opzet voor te maken, nadrukkelijk in samenwerking met de Openbare Lichamen van de eilanden en andere relevante stakeholders. Hiervoor zijn binnen het ministerie extra structurele middelen beschikbaar gesteld, in kader van het internationale verdrag van Istanbul.

Tot slot heb ik gesproken met de medewerkers van het Zorgverzekeringskantoor BES, de uitvoeringsdienst van het Ministerie van VWS.

Ik kijk terug op een bezoek waarin ik intensief kennis heb kunnen nemen van de stand van zaken met betrekking tot de zorgverlening en de maatschappelijke ondersteuning op de eilanden. Mijn voornaamste aandachtspunten voor de komende maanden zijn: Het beleggen van de wijkgerichte zorg en het verbeteren van de infrastructuur rond de aanpak en preventie van huiselijk geweld en kindermishandeling. Zoals ik eerder aangaf is het nu zaak om ingezette verbeteringen te borgen en kwaliteit verder uit te breiden.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven