Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 september 2015
Hierbij bied ik u aan, mede namens de Minister van Defensie, de antwoorden op de vragen
gesteld door dhr. Pechtold tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen op 17 september
(Handelingen II 2014/15, nr. 3, Algemene Politieke Beschouwingen) over de Groene Draeck.
Inleiding
De Groene Draeck is in 1957 door de Nederlandse bevolking aan toenmalig kroonprinses
Beatrix geschonken, ter gelegenheid van haar achttiende verjaardag. De Staat heeft
daarbij toegezegd het onderhoud van de Groene Draeck voor haar rekening te nemen.
Het Ministerie van Defensie is verantwoordelijk voor het onderhoud. Dit wordt uitgevoerd
door het Marinebedrijf, een onderdeel van het Ministerie van Defensie. De Groene Draeck
is geen standaard Lemsteraak. Met het bijzondere interieur en exterieur, het hoog
representatief karakter en de ouderdom behoeft zij zeer nauwkeurig en intensief onderhoud.
Huidige situatie
Het bedrag van € 51.000 dat was opgenomen in de begroting van de Koning is gebaseerd
op onderzoek uit 2007 door een extern bureau naar het benodigde onderhoud van de Groene
Draeck. Dit onderzoek is de basis voor de onderhoudskosten die ten laste van de begroting
van de Koning werden gebracht. Uit de begroting van Defensie is € 47.000 overgeheveld
naar de begroting van de Koning, ter dekking van de geraamde kosten. Door tussentijdse
reguliere prijsbijstellingen is dit bedrag toegenomen tot € 51.000 in 2015.
Begroting 2016
Bij de evaluatie van de begroting van de Koning (Kamerstuk 34 000 I, nr. 11) is ook gekeken naar de Groene Draeck. De evaluatiecommissie overwoog dat de Groene
Draeck is verbonden aan de voormalige drager van de kroon en de uitgaven daarvoor
kunnen niet meer dienen te worden beschouwd als functioneel voor de huidige Koning.
Op grond hiervan werd aanbevolen de uitgaven voor het onderhoud niet meer op de begroting
van de Koning te plaatsen maar te ramen en verantwoorden op de begroting van het Ministerie
van Defensie. Deze aanbeveling is overgenomen. Met ingang van 2016 staan de geraamde
uitgaven op de begroting van Defensie.
Bij de uitvoering van het onderhoud is de afgelopen jaren aanvullend onderhoud noodzakelijk
gebleken. Dit heeft in de periode 2011–2015 geleid tot meerkosten van € 223.000. Defensie
levert hiervoor de budgettaire dekking vanuit de eigen begroting, waardoor de Rijksbegroting
als geheel niet omhoog zal gaan.
Naar aanleiding van hierboven genoemde kosten is in 2015 door hetzelfde externe bureau
opnieuw een onderzoek uitgevoerd in samenwerking met Defensie. De conclusie is dat
er structureel € 95.000 nodig is om het gehele onderhoud, standaard en aanvullend,
op een verantwoorde wijze op het vereiste hoge niveau te kunnen uitvoeren.
Standaard onderhoud
Uit recent onderzoek van het externe bureau blijkt dat jaarlijks minimaal € 60.880
(exclusief btw) benodigd is voor standaard onderhoud. Standaard onderhoud omvat de
onderhoudsactiviteiten die ieder jaar worden uitgevoerd. Dit bestaat onder meer uit
schoonmaak-, schuur-, lak- en schilderwerk, werkzaamheden aan romp, boeisel en roef
en transport en winterstalling.
Aanvullend standaard onderhoud
Uit ervaringen van het Marinebedrijf blijkt voorts dat ook aanvullend standaard onderhoud
nodig is. Dit zijn onderhoudsactiviteiten die niet standaard ieder jaar worden uitgevoerd.
Het betreft vaak gebreken die tijdens de initiële inspectie dan wel tijdens de uitvoering
van het standaard onderhoud worden onderkend. Dit is deels planbaar en deels niet
planbaar (correctief onderhoud). Voor verschillende posten die binnen een termijn
van 5 jaar mogelijk vervangen moeten worden (zoals de voortstuwingsinstallatie, de
kuipvloer en het houtsnijwerk) wordt in dit kader € 105.000 geraamd. De werkzaamheden
die voortkomen uit het deel planbaar onderhoud als onderdeel van het aanvullend standaard
onderhoud zijn verspreid over het meerjaren onderhoudsplan. Over correctief onderhoud,
hetgeen naar de aard ervan niet te voorzien is, beschikt Defensie over ervaringsgegevens.
De begroting voor het standaard onderhoud en aanvullend standaard onderhoud komt daarmee
op € 95.000 per jaar. Dekking voor de toename van het geraamde budget is gevonden
binnen de begroting van Defensie.
Tot slot
Met ingang van 2016 bevat de raming voor het onderhoud aan de Groene Draeck een component
voor aanvullend standaard onderhoud. Hiermee wordt tegengegaan dat piekuitgaven boven
het geraamde bedrag uitkomen.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte