34 193 Evaluatie Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche

Nr. 7 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 december 2018

Met deze brief informeer ik u over de uitkomsten van het onderzoek naar de evaluatie uitstapprogramma’s prostitutie, Deelrapport Landelijke dekking en toekomstige financiële regeling. In het regeerakkoord is structureel geld beschikbaar gesteld voor een landelijk dekkend netwerk van uitstapprogramma’s voor mensen die de prostitutie willen verlaten (bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34). Teneinde te komen tot een evenwichtige verdeling van de beschikbaar gestelde financiële middelen (jaarlijks drie miljoen euro), is de Regeling Uitstapprogramma’s Prostituees II (RUPS II, periode 2014 tot en met 1 juli 2018) geëvalueerd in opdracht van het WODC. De evaluatie bestaat uit twee onderdelen: het nu opgeleverd onderzoek naar de landelijke dekking en de financieringssystematiek en een eindrapport dat in het voorjaar gereed zal zijn en tevens kijkt naar de effecten van de uitstapprogramma’s die onder RUPS II zijn uitgevoerd. Het deelrapport wordt met deze brief meegezonden1.

WODC onderzoek evaluatie uitstapprogramma’s prostitutie

Doel van dit onderzoek is een evaluatie van de landelijke dekkingsgraad en een verkenning van de verdeling en het beheer van de toekomstige structurele gelden voor uitstapprogramma’s. Medewerkers bij gemeenten en medewerkers van RUPS-programma’s hebben meegewerkt aan het onderzoek. De onderzoekers constateren dat vanaf 2014 in grote delen van het land uitstapaanbod beschikbaar is gekomen met behulp van RUPS II-gelden, echter op dit moment is nog geen volledig landelijk dekkend netwerk gerealiseerd. Om tot een landelijk dekkend netwerk te komen is aandacht nodig om in de regio’s waar wel aanbod beschikbaar is, alle delen van de regio voldoende te gaan bedienen en daarbij te zorgen voor voldoende bereik van alle doelgroepen, waaronder ook moeilijker bereikbare doelgroepen zoals mannelijke sekswerkers, illegale sekswerkers, thuiswerkers, transgender sekswerkers en slachtoffers van seksuele uitbuiting. Het stimuleren van organisaties met expertise is belangrijk om ook in nieuwe regio’s uitstapprogramma’s te (helpen) ontwikkelen.

Het verdelen van de beschikbare gelden door middel van een subsidieregeling wordt op dit moment gezien als de meest wenselijke financieringssystematiek. De resultaten van het onderzoek dienen als input voor een dit voorjaar op te stellen structurele regeling waarbij gericht wordt op drie beoogde effecten: een landelijk dekkend netwerk, passende hulp voor de doelgroep en minimale administratieve lasten voor betrokken partijen.

Reactie

Het eindrapport van de evaluatie wordt in het voorjaar van 2019 afgerond. Het eindrapport van de evaluatie levert ook informatie op over de effecten die de uitstapprogramma’s hebben behaald.

Na afronding van de gehele evaluatie informeer ik u over de resultaten van het onderzoek en de wijze waarop de structurele financiële middelen voor uitstapprogramma’s zullen worden verdeeld.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, M.G.J. Harbers


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven