34 120 Beleidsdoorlichting Wonen en Rijksdienst

Nr. 3 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 februari 2015

In de begroting Wonen en Rijksdienst is voor 2015 een beleidsdoorlichting van artikel 1 (woningmarkt) opgenomen. De Minister van Financiën heeft uw Kamer in zijn brief van 19 november 2014 toegezegd dat u voor de in 2015 aan uw Kamer te zenden beleidsdoorlichtingen separaat geïnformeerd zou worden over de opzet en vraagstelling (Kamerstuk 34 000, nr. 52). In deze brief ga ik in op de opzet en vraagstelling van de beleidsdoorlichting van artikel 1 van de begroting Wonen en Rijksdienst.

Bij beleidsdoorlichtingen is de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE) leidend1. Deze regeling schept de kaders om het beleid van de rijksoverheid periodiek te evalueren en geeft hiervoor ook heldere handvatten. De beleidsdoorlichting van artikel 1 heeft conform de RPE tot doel om de doeltreffendheid en doelmatigheid van de middelen uit artikel 1 van de begroting Wonen en Rijksdienst te evalueren.

Ruim 98% van de uitgaven op artikel 1 betreffen de uitgaven huurtoeslag. De focus van de beleidsdoorlichting zal dan ook op deze uitgaven liggen en de bijdrage van de uitgaven huurtoeslag aan de betaalbaarheid van het wonen.

De een na grootste uitgavenpost op artikel 1 betreft de BEW (bevordering eigen woningbezit). De BEW+-regeling is in 2011 uitputtend geëvalueerd en is een aflopende regeling, waarvoor geen nieuwe aanvragen meer mogelijk zijn sinds 2010. De beleidsdoorlichting zal hier dan ook niet uitgebreid op ingaan.

Het Ministerie van Financiën heeft in 2014 in het kader van de regeling agentschappen een separate doorlichting uitgevoerd van de Dienst Huurcommissie; deze zal binnenkort aan de Kamer worden aangeboden. Deze doorlichting kan gezien worden als invulling van de beleidsdoorlichting van artikel 1 voor wat betreft de uitgaven voor de Huurcommissie.

Een budgettair beperkt onderdeel van artikel 1 betreft subsidies en onderzoek en kennisoverdracht. Het onderzoek passend binnen de focus op betaalbaarheid zal betrokken worden in deze beleidsdoorlichting. In 2017 vindt de vijfjaarlijkse evaluatie van de subsidie Platform 31 plaats, conform artikel 4.24 van de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB). Deze subsidie zal in de voorliggende beleidsdoorlichting derhalve buiten beschouwing blijven.

Zoals aangegeven zal de focus van de beleidsdoorlichting zich richten op de middelen huurtoeslag. De hoofdvraag van deze beleidsdoorlichting is «In hoeverre draagt het beleid in artikel 1 bij aan het scheppen van voorwaarden om de betaalbaarheid van het wonen te bereiken?». Bij de beantwoording van deze hoofdvraag zal ingegaan worden op de ontwikkeling van de huurtoeslag wat betreft regelgeving, budget, gemiddelde bijdragen en aantal ontvangers. Ook zal de uitwerking van de huurtoeslag op de netto verschuldigde huur en de huurquoten bezien worden. Bij de uitwerking worden eerder uitgevoerde onderzoeken meegenomen, zoals de jaarlijks gepubliceerde cijfers in de jaarverslagen huurtoeslag. Ook worden de bevindingen van het IBO vereenvoudiging Toeslagen (2009) betrokken en de bevindingen van de in april 2010 gepubliceerde rapporten van de brede heroverwegingen Wonen en Toeslagen. In de beleidsdoorlichting zal met name de periode na publicatie van deze rapporten, 2010 tot en met 2014, worden bezien. Hierbij wordt onder meer gebruik gemaakt van onderzoek naar woonlasten op basis van het WoOn2012 en eerdere jaren. Op enkele punten (algemene ontwikkelingen in budget en aantallen) zullen ontwikkelingen sinds 2006 (invoering huurtoeslag) worden beschouwd. Conform de RPE zullen ook de opties van een 20% reductie in het budget en de gevolgen hiervan op de betaalbaarheid van het wonen worden besproken.

De RPE vraagt om een onafhankelijke beoordeling van de beleidsdoorlichting. Prof. dr. C.L.J. Caminada, hoogleraar Empirische analyse van fiscale en sociale regelgeving, van de Universiteit van Leiden, zal als onafhankelijk deskundige in een vroeg stadium bij de beleidsdoorlichting worden betrokken. De heer Caminada is vooral actief op het terrein van de (empirische) analyse van fiscaal en sociaal overheidsbeleid. Hij was onder andere lid van de Commissie inkomstenbelasting en toeslagen (Commissie-Van Dijkhuizen). De heer Caminada is gevraagd als onafhankelijk deskundige op de onderzoeksopzet en de resultaten van de beleidsdoorlichting te reflecteren. Deze reflectie zal samen met de beleidsdoorlichting aan uw Kamer worden aangeboden.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok


X Noot
1

Regeling van de Minister van Financiën van 15 augustus 2014 houdende regels voor periodiek evaluatieonderzoek.

Naar boven