De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de op 1 januari 2015 in werking tredende Participatiewet bedrijven
in de sociale werkvoorziening kansen biedt om de opgedane kennis en ervaring inzake
de bemiddeling en plaatsing van mensen met een SW-indicatie breder in te zetten;
overwegende dat bedrijven in de sociale werkvoorziening daartoe in aanloop naar genoemde
wet hebben ingezet op verbetering van hun effectiviteit en efficiency;
overwegende dat bedrijven in de sociale werkvoorziening – en dit geldt in versterkte
mate voor regio's waar het percentage SW-dienstbetrekkingen hoger ligt dan gemiddeld
– daarmee een aanzienlijke herstructurering als mensontwikkelbedrijf doorvoeren;
constaterende dat de Tweede Kamer eerder aandacht heeft gevraagd voor regionale verschillen,
hetgeen onder meer heeft geleid tot herschikking van middelen in het kader van de
verdeelmodellen behorend bij de Participatiewet;
van mening dat het wenselijk is het herstructureringsproces te faciliteren in die
regio's waar het aantal mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt groot is in vergelijking
tot de opnamecapaciteit van bedrijfsleven en overheid in het kader van de realisatie
van de bij het sociaal akkoord vorig jaar overeengekomen garantiebanen;
verzoekt de regering, binnen de middelen van de Regeling cofinanciering sectorplannen
30 miljoen euro toe te wijzen overeenkomstig de WSW-verdeelmaatstaf opdat regio's
met meer mensen in de sociale werkvoorziening ook voor meer middelen in aanmerking
komen voor cofinanciering van overeen te komen plannen in het kader van de herstructurering
van bedrijven in de sociale werkvoorziening passend bij hun positie in de Participatiewet,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kerstens
Potters
Schouten
Van Weyenberg
Dijkgraaf