Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 maart 2015
Met deze brief informeer ik uw Kamer dat ik voor het project N35 Nijverdal – Wierden
een voorkeursalternatief heb vastgesteld. Het project betreft de herinrichting en
verbreding van de N35 Nijverdal-Wierden tot een 2x2 stroomweg met een maximumsnelheid
van 100 kilometer per uur. Het tracédeel Nijverdal – Wierden overlapt aan de westzijde
het Combiplan Nijverdal en gaat aan de oostzijde over in de A35 bij Wierden.
Na uitgebreid onderzoek heb ik in overleg met de Provincie Overijssel, de Regio Twente
en de gemeenten Hellendoorn, Wierden en Rijssen-Holten, gekozen voor de zogenaamde
noordvariant met ongelijkvloerse aansluiting en kruising in Nijverdal. Bij deze variant
wordt de N35 tussen Nijverdal en Wierden in noordelijke richting opgeschoven, zo dicht
mogelijk langs de zuidzijde van de spoorlijn Zwolle-Almelo.
De noordvariant voor de verbreding is opnieuw in beeld gekomen op initiatief van omwonenden
en de regionale overheden. Deze variant was eerder uit beeld verdwenen, omdat deze
variant een waterwingebied doorsnijdt. Een lange doorlooptijd was verwacht om deze
doorsnijding te kunnen compenseren. Intensief en constructief overleg met omwonenden,
belangengroepen, waterbedrijf Vitens en regionale overheden en nader onderzoek hebben
er toe geleid dat in de directe omgeving van de N35 compensatie voor het waterwingebied
is gevonden. Mede hierdoor kan ik nu mijn voorkeur voor de noordvariant bekend maken.
Door herinrichting en verbreding van de N35 Nijverdal-Wierden wordt de verkeersveiligheid
en doorstroming op de belangrijkste regionale oost-westverbinding tussen Zwolle-Kampen
en Twente, sterk verbeterd en daarmee het verkeersnetwerk in de regio robuuster gemaakt.
De MKBA voor het voorkeursalternatief heeft een kosten-batenverhouding van 1,2 bij
een laag economisch en 2,14 bij een hoog economische groeiscenario. Het beschikbare
taakstellende budget voor de realisatie is € 121,5 miljoen. Het Rijk neemt € 50 miljoen
voor haar rekening. De regionale partijen dragen gezamenlijk € 71,5 miljoen bij. Daarnaast
is er door de regio € 1,5 miljoen aan garantstellingen verleend.
De afspraken die ik met de regionale partijen heb gemaakt zijn vastgelegd in een bestuursovereenkomst.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus