33 763 Toekomst van de krijgsmacht

Nr. 5 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 oktober 2013

Aanleiding

Op verzoek van de vaste commissie voor Defensie ga ik in deze brief nader in op de verschillende kostenposten van de financiële problematiek bij Defensie. Daarbij zal ik vermelden of deze kostenposten wettelijke verplichtingen betreffen of gevolgen zijn van het sociaal akkoord. Ook ga ik in op de effecten van de Wet Uniformering Loonbegrip (WUL) voor het lopende jaar en de volgende jaren.

In mijn hoofdlijnenbrief van 25 juni jl. (Kamerstuk 32 733, nr. 133) heb ik gemeld dat Defensie bij het opstellen van de nota over de toekomst van de krijgsmacht kampte met een financiële problematiek oplopend naar € 333 miljoen in 2018 (structureel). Ook in mijn brief van 3 juli jl. met een toelichting op de financiële problematiek (Kamerstuk 32 733, nr. 134) en in antwoorden op vragen over deze brief (Kamerstuk 32 733, nr. 137 van 28 augustus jl.) was dit bedrag het uitgangspunt. In september is de taakstelling voor Defensie verhoogd met € 15 miljoen, als gevolg van de bijdrage die Defensie levert aan de rijkstaakstelling van € 700 miljoen. De totale problematiek van Defensie kwam daarmee op € 348 miljoen.

De problematiek bestaat uit de kostenposten die onder de tabel worden toegelicht:

Tabel 1 financiële problematiek in miljoenen euro’s

Nr.	Onderwerp	Oplopend tot structureel
1	Taakstelling Rijksdienst	48
2	Matex en wapensystemen toevoeging	50
3	Vastgoed en energie	50
4	Personele (sociale) lasten	56
5	Overige problematiek	129
	Compensatie WUL 50 M€ Niet uitkeren prijspeilbijstelling 79 M€
6	Aanvullende taakstelling Rijk	15
	Totale problematiek	348

Toelichting kostenposten

1. Taakstelling Rijksdienst uit het regeerakkoord van € 48 miljoen

Dit betreft de taakstelling van € 48 miljoen op apparaatsuitgaven (uit het regeerakkoord Bruggen slaan). Met rijkspartners wordt op tal van gebieden gezocht naar mogelijkheden voor samenwerking, bijvoorbeeld vastgoed, inkoop, personeel en andere facilitaire diensten. Defensie sluit waar mogelijk aan bij de rijksbrede kaders. Deze korting wordt ingeboekt bij de Defensie Materieel Organisatie en het Commando DienstenCentra.

2. Matex en wapensystemen toevoeging € 50 miljoen

Eerder heeft Defensie besloten voor de jaren 2015 en 2016 telkens € 50 miljoen toe te voegen aan de materiële exploitatie om voldoende onderhoud te kunnen uitvoeren. Deze maatregel wordt vanaf 2017 structureel.

3. Vastgoed en energie € 50 miljoen

Deze € 50 miljoen bestaat uit drie componenten. Het gaat allereerst om gestegen energiekosten (€ 11 miljoen) en gestegen kosten voor de instandhouding van het vastgoed (€ 20 miljoen). De gestegen kosten kunnen niet binnen de bestaande budgetten worden opgevangen en zijn daarom opgenomen in de op te lossen financiële problematiek. De derde component is de minderopbrengst van het Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie (€ 19,1 miljoen).

In de eerste halfjaarrapportage over het herbeleggingsplan van 15 mei 2013 (Kamerstuk 32 733, nr. 129) heb ik aangekondigd maatregelen te zullen nemen om de beoogde besparing alsnog te bereiken. Deze maatregelen maken deel uit van de nota In het belang van Nederland.

4. Personele (sociale) lasten € 56 miljoen

De komende jaren stijgen de personele lasten ten gevolge van hogere sociale lasten en pensioenuitgaven. Dit is een gevolg van de wettelijke verhoging van de AOW-leeftijd en de hogere stijging van de pensioenpremies bij de overheid dan in de markt. Deze worden niet volledig gecompenseerd via de loonbijstelling.

5. Overige problematiek € 129 miljoen

De overige problematiek betreft de structurele compensatie van de Wet Uniformering Loonbegrip (WUL), waarvoor € 50 miljoen nodig is, en het niet uitkeren van de prijsbijstelling. Dit vereist een herschikking van € 79 miljoen.

Omdat voor militair personeel een ander stelsel van zorgvoorziening geldt, leidt de WUL tot bovengemiddelde negatieve effecten voor de inkomenspositie van militair personeel. De financiële compensatie om de negatieve effecten van de WUL binnen de marge van 1,5 procent te brengen, kost Defensie € 50 miljoen per jaar. Voor het jaar 2014 vindt compensatie plaats door Financiën uit de algemene middelen. Voor de jaren daarna is de compensatie onderdeel van de problematiek.

6. Bijdrage van € 15 miljoen aan de taakstelling van € 700 miljoen voor het Rijk

Het Ministerie van Defensie draagt € 15 miljoen bij aan de taakstelling voor het Rijk van € 700 miljoen. Defensie dekt dit bedrag in de jaren 2014 tot en met 2016 uit de investeringen. Vanaf 2017 wordt het bedrag in mindering gebracht op de risicoreservering die in de begroting is opgenomen bij de uitvoering van de beleidsbrief 2011.

De nota In het belang van Nederland bevat de maatregelen om de geschetste financiële problematiek aan te pakken (Kamerstuk 33 763, nr. 1). Een en ander is in de begroting voor 2014 verwerkt.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert