Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 maart 2020
De gaswinning uit het Groningenveld gaat dit gasjaar verder omlaag. De gaswinning
kan verlaagd worden van 11,8 miljard Nm3 naar 10,7 miljard Nm3 in een gemiddeld jaar. Als gevolg van de zachte winter is de verwachting dat het
uiteindelijke winningsniveau uitkomt op ongeveer 10 miljard Nm3. Deze uitkomst bevestigt de inzet van het kabinet om voortdurend te blijven zoeken
naar mogelijkheden om de gaswinning te verlagen.
Op 10 september 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 678) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de maatregelen om de gaswinning te verlagen tot
onder het geadviseerde niveau van Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). Eén van de maatregelen
betrof een optimale benutting van de stikstofcapaciteit. Tot op heden werkt de benutting
van de stikstof dusdanig goed dat er meer is ingezet dan door Gasunie Transport Services
(GTS) was verwacht. Hiermee kan een besparing op de Groningenproductie worden gerealiseerd
van 0,6 miljard Nm3. Aanvullend is door de verruiming van het werkgasvolume in gasopslag Norg eenmalig
0,5 miljard Nm3 extra laagcalorisch gas beschikbaar. Gezamenlijk levert dit een besparing op van
1,1 miljard Nm3.
Om deze verlaging te realiseren leg ik aan de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM)
een tijdelijke maatregel op, waarmee de winning uit het Groningenveld met de genoemde
1,1 miljard Nm3 wordt beperkt. Op 20 februari heeft GTS mij een aangepaste graaddagenformule gestuurd,
op basis waarvan wordt bepaald welke hoeveelheid NAM dient te winnen. NAM heeft bevestigd
dat de verlaging van de winning uitvoerbaar is en SodM heeft positief geadviseerd
over dit besluit. De tijdelijke maatregel, de adviezen van GTS en SodM en de bevestiging
van NAM heb ik bijgevoegd bij deze brief1.
Op dit moment werk ik aan een nieuw vaststellingsbesluit waarin ik het winningsniveau
voor komend gasjaar 2020–2021 vastleg. Volgens GTS is volgend gasjaar nog 9,3 miljard
Nm3 nodig in een gemiddeld jaar. Het nemen van een tijdelijke maatregel heeft geen invloed
op het winningsniveau voor komend gasjaar. Voor 1 oktober 2020 zal ik een nieuw vaststellingsbesluit
nemen. Voor de zomer zal ik het ontwerpvaststellingsbesluit met uw Kamer delen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes