33 529 Gaswinning

Nr. 318 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 december 2016

Met de motie Bosman c.s. (Kamerstuk 33 529, nr. 242) heeft uw Kamer de regering verzocht om met een voorstel te komen voor behoud van de waardevermeerderingsregeling in Groningen in de oude vorm of een vergelijkbare regeling. Bij brief van 6 juni 2016 (Kamerstuk 33 529, nr.  256) heb ik uw Kamer geïnformeerd over het beschikbare budget van € 165 miljoen voor de combinatie van verduurzaming bij versterking en bij herstel van schade. Ik heb toen de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) verzocht om in overleg te treden met de regio en mij te adviseren hoe invulling gegeven kan worden aan een nieuwe waardevermeerderingsregeling. Hierbij informeer ik uw Kamer over de uitkomst.

Nadat het kabinet bij voorjaarsnota middelen beschikbaar heeft gesteld voor een nieuwe waardevermeerderingsregeling, heeft de NCG samen met de maatschappelijke en bestuurlijke stuurgroepen verschillende varianten bekeken. Hierop heeft de NCG mij geadviseerd om de nieuwe regeling vergelijkbaar te laten zijn met de oude regeling, omdat dit het beste aansluit bij het doel van de regeling, namelijk het bieden van compensatie voor de overlast van schade door bodembeweging als gevolg van de gaswinning in het Groningenveld. Dit houdt in:

  • Een éénmalige uitkering van € 4.000,– bij minimaal € 1.000,– schade, in te zetten voor energiebesparende of -opwekkende maatregelen;

  • De regeling wordt opengesteld voor schade door bodembeweging als gevolg van de gaswinning in het Groningenveld, ongeacht de locatie;

  • De mogelijkheid van een uitkering van € 4.000,– bij koop, zoals bij de oude regeling het geval was, komt te vervallen zodat alleen compensatie wordt geboden voor de overlast van schade.

Daarnaast heeft de NCG geadviseerd om een aparte regeling in te richten voor verduurzaming bij versterking van gebouwen.

Ik heb besloten het advies van de NCG over te nemen. Hiermee geef ik invulling aan de voornoemde motie Bosman c.s. (Kamerstuk 33 529, nr. 242) Voor de nieuwe waardevermeerderingsregeling is een budget van € 89,1 miljoen beschikbaar. De NCG schat in dat dit toereikend is voor de invulling van de nieuwe regeling. De resterende middelen uit het bij voorjaarnota beschikbaar gestelde budget van € 165 miljoen zijn bestemd voor het scholenprogramma (€ 23,5 miljoen, zie Kamerstuk 33 529, nr. 256), voor overschrijding van het subsidieplafond van de oude provinciale waardevermeerderingsregeling (€ 12,35 miljoen, zie Kamerstuk 33 529, nr. 284) en voor verduurzaming bij versterking van gebouwen (€ 40 miljoen, in aansluiting op het hierboven beschreven advies van de NCG).

De nieuwe waardevermeerderingsregeling wordt opgesteld als rijksregeling. De uitvoering van de nieuwe regeling wordt belegd bij het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN), zoals dat ook met de oude regeling het geval was. De regeling wordt in het eerste kwartaal van 2017 gepubliceerd in de Staatscourant en aansluitend opengesteld voor schadegevallen vanaf 1 januari 2016. Na openstelling van de regeling kunnen bewoners een aanvraag bij SNN indienen. Bewoners met schades van voor die datum, die wel uiterlijk op 31 januari 2016 zijn gemeld, maar waarvan het rapport op 1 juli 2016 nog niet in het bezit van het SNN was omdat het schadeproces nog niet was afgrond, kunnen ook gebruik maken van de nieuwe regeling (Kamerstuk 33 529, nr. 284). Zij dienen na openstelling van de regeling opnieuw een aanvraag te doen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven