33 400 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën

G MOTIE VAN HET LID REUTEN C.S.

Voorgesteld 20 november 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat terughoudendheid bij het verhogen van het hoogste inkomstenbelastingtarief veelal ingegeven lijkt te zijn door de gedragsveronderstelling dat een substantieel gedeelte van degenen die deze verhoging treft, op langere termijn minder zal gaan werken,

overwegende, dat deze kwestie van belang is voor de structuur van de inkomstenbelastingen in samenhang met andere belastingen in en dit kader ook voor de begrotingspolitiek,

roept de regering op, zich te laten informeren over de vraag welk onderzoek er bestaat dat – uitgaande van in beginsel falsificeerbare hypotheses – de genoemde gedragsrelatie bevestigt, en in welke mate van statistische betrouwbaarheid, en om zich voorts te laten informeren over het eventueel bestaan van empirisch onderzoek dat de genoemde gedragsrelatie empirisch weerlegt, waarbij een en ander niet zou moeten gaan om economisch laboratoriumonderzoek, doch om de empirische «open» werkelijkheid,

roept de regering op, om de Kamer van het resultaat van genoemde informatievergaring in kennis te stellen, zo mogelijk te voorzien van een appreciatie van de regering

en gaat over tot de orde van de dag.

Reuten

Koffeman

Postema

Vos

Nagel

Ester

Naar boven