Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 33104 nr. 20 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | 33104 nr. 20 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 oktober 2018
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van OCW, het actieplan studentenhuisvesting 2018–20211, de Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 20182 en een inventarisatie van de samenwerking huisvesting studenten in verschillende steden aan3.
Het actieplan studentenhuisvesting
In de afgelopen maanden is samen met de leden van het Landelijk Studenten Platform (LPS) een nieuw actieplan studentenhuisvesting opgesteld. Op 4 oktober hebben alle partijen van het LPS (de G4, Netwerk Kennissteden Nederland, VSNU, Vereniging Hogescholen, Kences, Vastgoed Belang, de Landelijke studentenvakbond, Nuffic, OCW en BZK) het actieplan ondertekend tijdens de jaarlijkse presentatie van de Landelijke Monitor Studentenhuisvesting.
Met dit actieplan willen wij gezamenlijk de komende drie jaar een lokale samenwerking opbouwen die ervoor zorgt dat er in tien jaar een lokaal evenwicht tussen vraag en aanbod ontstaat. In het actieplan zijn afspraken gemaakt langs drie pijlers:
1. Het verbeteren van de (cijfermatige) inzichten over de (verwachte) vraag naar en het (gewenste) aanbod van studentenhuisvesting;
2. Planvorming en concrete (productie)afspraken tussen lokale partijen;
3. Het versterken van de informatiepositie van studenten.
Vanuit het Rijk dragen we op verschillende manieren bij aan het actieplan. Zo zetten we in op het verbeteren van het inzicht in trends en ontwikkelingen, het verbeteren van voorlichting aan Nederlandse en buitenlandse studenten en door de uitkomsten van het traject Goed Verhuurderschap te benutten voor het bestrijden van excessen in studenten(huisvesting). Het Rijk zal de voortgang actief monitoren en waar nodig lokaal overleg faciliteren.
In het actieplan is verder afgesproken om een externe verkenning te starten waarin wordt gezocht naar gedragen wijzigingsvoorstellen in wet- en regelgeving die sturend kunnen zijn in het vergroten van het aanbod met name in onzelfstandige kamers. Daarbij wordt gekeken naar de rol van de huurtoeslag, WWS voor onzelfstandige woonruimte en extra kosten voor huurders. Op deze manier kijken we naar de prikkels en mogelijkheden om ook op de lange termijn het aanbod van studentenkamers te vergroten.
Met het ondertekenen van het actieplan studentenhuisvesting 2018–2021 geef ik invulling aan de motie van de leden Futselaar en Özdil4 die vraagt om met alle partners in de keten van studentenhuisvesting te komen tot een nieuw convenant en actieplan studentenhuisvesting en dit actieplan vanuit het Rijk te faciliteren.
Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2018
De Landelijke Monitor Studentenhuisvesting schetst ook dit jaar weer een beeld van de omvang, samenstelling en verwachte ontwikkelingen voor de komende acht jaar van de studentenpopulatie en de studentenhuisvesting. Tevens is er aandacht voor betaalbaarheid, woonwensen en internationale studenten.
Inventarisatie samenwerking studentensteden
In mijn brief aan de Tweede Kamer van 7 september 20185 gaf ik aan te willen inventariseren welke samenwerkingsverbanden er in de verschillende studentensteden zijn. Daarbij heb ik ook gekeken welke afwegingen op het gebied van huisvesting lokaal zijn gemaakt richting het nieuwe studiejaar en tot welke concrete acties dat heeft geleid. Het blijkt dat er in alle geïnventariseerde gemeenten een vorm van samenwerking is tussen de gemeente en de onderwijsinstellingen, maar dat deze verschillen in samenstelling, frequentie en vorm. De samenwerking in deze steden heeft geleid tot specifieke oplossingen, voor het tijdelijk huisvesten van studenten. Zo is er in Enschede een portal opgezet voor studenten die de vindbaarheid van woonruimte vergroot, zijn in Amsterdam leegstaande panden tijdelijk ingezet en zijn er in Tilburg afspraken gemaakt over de tijdelijke afname van bedden in augustus, september en oktober. Er zijn drie afwegingen die in de meeste steden een rol hebben gespeeld in het wel of niet tot stand komen van oplossingen voor het woningtekort van studentenhuisvesting:
1. De prioritering tussen verschillende doelgroepen;
2. De financiële haalbaarheid en betaalbaarheid;
3. De samenstelling van de buurt.
Deze inventarisatie biedt een goed inzicht in de samenwerking die er reeds op lokaal niveau is. Voor de looptijd van het actieplan zal ik kijken hoe deze samenwerking zich ontwikkelt en hoe goede voorbeelden tussen steden kunnen worden gedeeld.
Tot slot
Met het actieplan studentenhuisvesting 2018–2021 zijn met betrokken partijen de handen ineen geslagen en zetten we ons gezamenlijk in om studenten op een goede manier van huisvesting te voorzien. Een belangrijk eerste meetmoment uit het actieplan is 1 februari wanneer de conclusies uit het lokale overleg over afspraken over de voorraad en eventuele knelpunten worden gedeeld met het Rijk. Richting uw Kamer zal ik tenminste jaarlijks rapporteren over de voortgang van het actieplan. Daarbij zal ik aandacht besteden aan het beeld van studentenhuisvesting dat lokale partijen vaststellen en tenminste jaarlijks herijken. Tevens wil ik in de voorgangsrapportage ingaan op de ontwikkeling van de lokale samenwerking die er in studentensteden is.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33104-20.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.