33 047 Bestuur en bestuurlijke inrichting

Nr. 4 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 maart 2012

In deze brief beantwoord ik het verzoek van uw Kamer van 1 maart jl. over het zenden voor 1 april 2012 van de voortgang inzake de Bestuurlijke Inrichting. Uw verzoek heeft een brief van mijn hand over dit thema gekruist. Op 2 maart heeft u een voortgangsbericht visienota bestuur en bestuurlijke inrichting ontvangen (Kamerstuk 33 047, nr. 3). Deze brief bevat een stand van zaken omtrent de Randstad, opheffing Wgr-plus en de oprichting van twee vervoerregio’s. Daarnaast ga ik in op de status van een aantal wetsvoorstellen, zoals genoemd in de visienota bestuur. Ten slotte bevat het voortgangsbericht een reactie van het kabinet op het briefadvies van de Raad voor openbaar bestuur over de visienota bestuur en bestuurlijke inrichting.

Met verwijzing naar deze brief, ga ik er van uit dat hiermee aan uw verzoek is voldaan.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. E. Spies

Naar boven