33 037 Mestbeleid

Nr. 269 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2018

Hierbij informeer ik u, in vervolg op mijn brieven van 23 januari jl. (Kamerstuk 33 037, nr. 252) en van 31 januari jl. (Kamerstuk 33 037, nr. 268), over de laatste stand van zaken rondom de fraude met het Identificatie & Registratiesysteem (I&R) voor runderen in het kader van het fosfaatreductieplan 2017. Hierbij geef ik ook nadere informatie over de omvang hiervan, zoals door uw Kamer verzocht.

Resultaat administratieve controles tot nu toe

Zoals aangegeven in mijn brief van 31 januari jl. hebben nadere administratieve analyses (de zogeheten «cross checks») plaatsgevonden door de NVWA en RVO.nl om de omvang van de fraude scherper in beeld te brengen en bewijsmateriaal te verzamelen. Hierbij is gebruik gemaakt van informatie uit administraties van derden die de NVWA voor dit doel heeft gevorderd. In het administratief onderzoek is niet alleen gekeken naar percentages meerlingen, maar ook naar het voorkomen van vaarzen die ouder zijn dan 27 maanden (gemiddeld kalft een vaars voor deze leeftijd). Voor deze dieren is uit die verstrekte gegevens gecheckt op melkproductie en kalfdata. Wanneer een dier in I&R als vaars staat geregistreerd maar uit andere gegevens blijkt dat het dier wel melk produceert en/of gekalfd heeft, dan is dit een aanwijzing voor fraude in de I&R-registratie. Op basis van dit onderzoek zijn voor een groep bedrijven overtredingen in de I&R-registratie geconstateerd.

Op basis van uitkomsten van de cross checks worden vandaag en morgen ruim 2.100 bedrijven geheel geblokkeerd vanwege het ontbreken van een geboortemelding in relatie tot een melkgevende/afgekalfde vaars en daarbovenop worden dieren individueel geblokkeerd vanwege het niet (volledig) voldoen aan de I&R-voorschriften. Blokkade van het bedrijf betekent dat van het bedrijf geen dieren meer kunnen worden afgevoerd en geen dieren kunnen worden aangevoerd. Wel is toegestaan om melk en dierlijke bijproducten af te voeren. Deze bedrijven ontvangen een besluit waarin de opgelegde maatregelen zijn opgenomen inclusief een dossier met informatie waarop het besluit gebaseerd is. In het besluit wordt ook aangegeven wat een bedrijf moet doen om de (dier- dan wel bedrijfs)blokkade opgeheven te krijgen. Dit komt erop neer dat het bedrijf de registratie in I&R aantoonbaar kloppend moet maken. Dit geldt zowel voor de vaarzen als voor het (op basis van DNA-onderzoek) aantonen van de juiste kalf-moederrelatie wanneer de betrokken meerlingkalveren nog op het bedrijf aanwezig zijn. Op het moment dat de maatregel ingaat zal het besluit voor de ondernemers zichtbaar zijn in hun persoonlijke portaal op MijnRVO.nl. De brief zal ook per post worden verstuurd.

Het uitvoeren van de administratieve controles kost veel tijd. Er wordt dan ook een gefaseerde aanpak gevolgd. Naast de bedrijven respectievelijk dieren die nu worden geblokkeerd, is er nog een substantiële groep bedrijven in beeld waar onregelmatigheden worden vermoed. De komende tijd zal het administratief onderzoek dan ook worden voortgezet, aangevuld met fysieke inspecties (zie hieronder), om nader te bezien of bij nog meer bedrijven sprake is van overtredingen.

Spin off naar vleeskalverbedrijven

De veehouders die geen geboortemeldingen hebben gedaan handelen in strijd met de Regeling I&R. Gelet op de Regeling I&R is het onder meer verboden dieren die niet overeenkomstig deze regeling zijn geïdentificeerd of zijn geregistreerd te verhandelen, te vervoeren, aan te voeren of af te voeren. Op grond van de Europese hygiëne-verordening 854/2004 moeten dieren die niet met redelijke zekerheid kunnen worden geïdentificeerd ongeschikt voor menselijke consumptie worden verklaard. Dit geschiedt onder het regime van de Regeling I&R (artikel 39a, zesde lid). Eventuele meerlingen en reeds afgevoerde kalveren die onderdeel zijn van een geregistreerde meerling en waarbij zeer aannemelijk is dat er een onjuist moederdier is geregistreerd worden daarom op individueel dierniveau geblokkeerd. Dit geldt zowel voor de dieren op het oorsprongsbedrijf als bij afnemers van deze bedrijven. Dat houdt in dat niet het totale bedrijf waar het dier naartoe is gebracht wordt geblokkeerd, maar alleen de dieren waarvan de identiteit niet kan worden vastgesteld vanwege de I&R-overtredingen op het bedrijf van oorsprong. Deze dieren mogen dan niet meer worden afgevoerd, totdat de identiteit (dat wil zeggen het moederdier) is vastgesteld en de I&R-registratie aantoonbaar is hersteld.

Resultaat fysieke inspecties

Naast de administratieve controles hebben ook meer fysieke inspecties plaatsgevonden. De afgelopen tijd hebben zo’n 150 inspecties plaatsgevonden (inclusief de reeds gemelde inspecties op 22 januari jl.). Omdat het hier gaat om inspecties waarbij niet alleen op fraude wordt gecontroleerd maar ook andere vereisten in het kader van I&R-controles worden meegenomen, betreft het uitgebreide controles die een dag per bedrijf in beslag nemen. Van de geblokkeerde bedrijven is ook een aantal bedrijven reeds in staat geweest om de geconstateerde overtreding te herstellen, waarna de blokkade door de NVWA is opgeheven.

Er zullen de komende periode meer fysieke inspecties uitgevoerd worden. Daarbij zal het enerzijds gaan om inspecties bij bedrijven waarvan uit de administratieve controles is gebleken dat zij op grote schaal overtredingen bij de registratie van I&R hebben begaan. Anderzijds zullen inspecties worden uitgevoerd om het nader administratief onderzoek te staven. Het gaat dan om inspecties bij bedrijven waarbij de administratieve controles nog geen bewijsvoering hebben opgeleverd maar die wel verdacht blijven.

Sanctionering

Er bestaat op dit moment geen mogelijkheid om overtreders via het bestuursrecht te beboeten. Hiervoor ontbreekt een juridische grondslag. Bedrijven die worden bezocht door een NVWA-inspecteur en waar overtredingen worden vastgesteld, kunnen strafrechtelijk worden vervolgd. Voor deze bedrijven wordt na inspectie dan ook een proces verbaal opgemaakt. Over de bedrijven waarnaar nader strafrechtelijk onderzoek wordt verricht, vindt overleg plaats tussen het Openbaar Ministerie en de NVWA.

Het zal qua capaciteit niet mogelijk zijn om fysieke inspecties uit te voeren bij alle bedrijven waarvan uit de administratieve controles is gebleken dat zij de I&R-regelgeving hebben overtreden. Dat betekent niet dat deze bedrijven geen gevolgen van hun overtreding zullen ondervinden. Naast blokkade van het bedrijf zal een nacalculatie in het kader van de Regeling fosfaatreductieplan volgen en mogelijk een korting op de GLB-inkomenssteun. De hoogte van deze korting zal in hoofdzaak afhangen van de omvang van de begane overtredingen.

Risicobeoordeling

Meerlingkalveren van bedrijven die overtredingen hebben begaan in I&R zijn, naast de dieren die nog op melkveebedrijven aanwezig zijn, merendeels terechtgekomen op vleeskalverbedrijven. De NVWA heeft gevraagd om een advies van Bureau Risicobeoordeling & Onderzoek (bureau) over in hoeverre de voedselveiligheid en diergezondheid in het geding is. Uit het advies van bureau kan worden afgeleid dat er geen risico voor de voedselveiligheid is mits het oorsprongsbedrijf waar het kalf is geboren correct in I&R vermeld staat. Hoewel het advies er niet direct op ingaat, kan, gelet op de overwegingen in het advies, worden geconcludeerd dat dit ook voor diergezondheid van toepassing is. Niettemin is het van belang dat afgevoerde kalveren waarvan op basis van de administratieve controles, dan wel fysieke inspecties, is vastgesteld dat de I&R-registratie niet klopt, worden geblokkeerd totdat de registratie aantoonbaar is hersteld. Dit is een voorschrift vanuit de Europese I&R-regelgeving met het oog op de preventie en bestrijding van dierziekten. Een kloppende (integere) I&R-database is ook cruciaal voor het exporteren van dieren en dierlijke producten.

Tot slot

Zoals eerder aangegeven, acht ik iedere vorm van fraude onacceptabel. Het beeld van de schaal waarop overtredingen van de I&R-regelgeving hebben plaatsgevonden dat tot nu toe naar voren komt uit het administratief onderzoek vind ik zorgwekkend. Ik zal daarom later vandaag nogmaals een bestuurlijk overleg voeren met vertegenwoordigers van de sector.

Zoals aangegeven in mijn brief van 31 januari jl. zijn de eerste fraudesignalen opgemerkt door RVO.nl en de NVWA en door mijzelf naar buiten gebracht. Hierop wordt nu onverkort gehandhaafd. Dit biedt op zichzelf vertrouwen in de robuustheid van I&R als systeem, aangezien overtredingen van de I&R-regelgeving niet onopgemerkt hebben kunnen plaatsvinden. Niettemin vind ik het van belang om te bezien of er manieren zijn om het plegen van fraude verder te ontmoedigen. Dan denk ik bijvoorbeeld aan het minder makkelijk en minder aantrekkelijk maken van het doorvoeren van herstelmeldingen in I&R en aan standaardisering van de link met de mestregelgeving zodat manipulatie van gegevens in I&R geen voordeel meer oplevert. Ik werk dit verder uit en ben hier ook over in gesprek met de sector.

Zoals toegezegd zal ik u op de hoogte houden van verdere ontwikkelingen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven