32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid

Nr. 393 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 6 november 2020

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de brief van 3 juli 2020 inzake het tentoonstellen van het Plakkaat van Verlatinghe, Unie van Utrecht en Apologie van Willem van Oranje (Kamerstuk 32 820, nr. 374).

De vragen en opmerkingen zijn op 6 oktober 2020 aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voorgelegd. Bij brief van 2 november 2020 zijn de vragen beantwoord.

De voorzitter van de commissie, Tellegen

Adjunct-griffier van de commissie, Bosnjakovic

Inhoud

I

Vragen en opmerkingen uit de fracties

2

 

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

2

 

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

3

 

Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie

3

II

Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

4

I Vragen en opmerkingen uit de fracties

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de herdruk van de «Nieuwe visie cultuurbeleid». Wel hebben zij echter nog een aantal vragen.

Tentoonstelling

De leden van de VVD-fractie lezen dat het originele Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht enkel tentoongesteld zullen worden bij speciale gelegenheden. Welke gelegenheden worden hiermee bedoeld? Waar zullen de originele stukken verblijven wanneer de replica’s tentoongesteld worden, zo vragen de leden.

Versterking publieksfunctie Nationaal Archief

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen dat de Minister overweegt om de Apologie van Willem van Oranje niet op te nemen in de nieuwe presentatie. De leden merken op dat de Minister eerder had aangegeven dit wel te doen. Kan de Minister aangeven waarom haar standpunt veranderd is, zo vragen de leden.

De leden van de VVD-fractie lezen dat er, volgens de Minister, een voldoende aansprekend en betekenisvol historisch beeld geschetst zal worden bij de presentatie Opstand en Vrijheid. De leden vragen wat hier dan tentoongesteld zal worden. Hoe worden de keuzes gemaakt of iets wel of niet tentoongesteld zal worden? Loopt de tentoonstelling vertraging op door corona, zo vragen de leden.

De leden van de VVD-fractie juichen het toe dat bij de publieksprogrammering van het Nationaal Archief speciale aandacht voor doven-en slechthorenden, prikkelgevoelige mensen en mensen met een taalbarrière zal zijn. Zij lezen ook dat deze speciale aandacht nog in ontwikkeling is. Wanneer verwacht de Minister dat de toegankelijkheid voor deze groepen en de speciale aandacht uitgewerkt zal zijn? Wat voor extra faciliteiten zijn er voor deze personen gemaakt, zo vragen de leden.

De leden van de VVD-fractie lezen dat het Nationaal Archief werkt aan het beter toegankelijk maken van haar gedigitaliseerde archief. De leden juichen dit toe. Wanneer verwacht de Minister dat het grootschalig transcriberen van scans voltooid zal zijn, om zo de toegankelijkheid nog meer te vergroten, zo vragen de leden.

Aandacht voor het ontstaan van de Nederlandse Staat

De leden van de VVD-fractie lezen dat de Minister nog aan het kijken is hoe tijdens de verbouwing en in de nieuwbouw van de Tweede Kamer aandacht besteed kan worden aan het ontstaan van de Nederlandse staat. De leden zouden van de Minister willen weten of, zoals toegezegd, het Plakkaat van Verlatinghe, de Unie van Utrecht en de Apologie van Willem van Oranje met zekerheid worden tentoongesteld.

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Minister over het tentoonstellen van het Plakkaat van Verlatinghe, de Unie van Utrecht en de Apologie van Willem van Oranje. Terecht worden deze drie documenten wel de geboortepapieren van Nederland genoemd. Over de brief hebben deze leden nog enkele vragen.

De leden van de CDA-fractie vragen op welke wijze de versterking van de publieksfunctie van het Nationaal Archief kan worden verbonden met de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer aan de Bezuidenhoutseweg. Als de Tweede Kamer de historische omgeving van Binnenhof en Plein tijdelijk moet verlaten, is het van belang dat zoveel mogelijk wordt geprofiteerd van de nabijheid van de historische collecties van Nationaal Archief en Koninklijke Bibliotheek. Deelt de Minister die wens van deze leden, zo vragen zij.

De leden van de CDA-fractie waarderen de inzet van het Nationaal Archief om meer naar buiten te treden met als doel grotere bekendheid te geven aan het archief en zijn bijzondere collectie. Wel vragen deze leden, hoe deze ambitie zich verhoudt tot het werk achter de schermen: het verwerven, het conserveren en het toegankelijk maken van archieven. Deelt de Minister de zorg van deze leden, dat aandacht voor de etalage niet ten koste mag gaan van aandacht voor het magazijn?

De leden van de CDA-fractie lezen, dat het Nationaal Archief in 2019 is gestart met het grootschalig transcriberen van scans, waardoor zowel gedrukte stukken als handgeschreven documenten full text kunnen worden doorzocht. Deze leden vragen of de vruchten van dit project ook geplukt kunnen worden om de toegankelijkheid van de historische parlementaire documenten (1814–1995), voorheen Staten-Generaal Digitaal, te verbeteren.

Tot slot vragen de leden van de CDA-fractie wat de stand van zaken is in het gesprek met het Rijksvastgoedbedrijf over de mogelijkheden om tijdens de verbouwing en in de nieuwbouw van de Tweede Kamer «op een mooie en educatieve manier» aandacht te besteden aan het ontstaan van de Nederlandse Staat.

Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de aankondiging dat het Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht vanaf november tentoongesteld worden in het Nationaal Archief. Ook de titel waaronder dit gebeurt, «Opstand en Vrijheid», vinden de voornoemde leden passend.

De leden van de GroenLinks-fractie hechten grote waarde aan het Plakkaat van Verlatinghe. Met dit document nam de Staten-Generaal het heft in handen en zette zij de Spaanse Koning opzij. Feitelijk is het onze onafhankelijkheidsverklaring. Vrijheid en tolerantie zijn centrale waarden in het Plakkaat en ook vandaag de dag staan deze waarden centraal in onze Grondwet en samenleving. Maar deze waarden staan steeds vaker onder druk. Als gevolg van polarisatie, discriminatie en wij-zij denken. Dit baart de leden zorgen. Zij nodigen de Minister uit te reflecteren op de vraag hoe het Plakkaat van Verlatinghe haar historische betekenis alsmede de erin vastgelegde kernwaarden, ook vandaag de dag een rol kan spelen in het samen bouwen van een meer verbonden samenleving. Graag ontvangen zij een reactie van de Minister.

De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat, als gevolg van de coronacrisis, minder mensen dan aanvankelijk gedacht, zullen kunnen genieten van de fysieke tentoonstelling. Welke mogelijkheden ziet de Minister – naast de inspanningen die het Nationaal Archief reeds levert op het gebied van digitale toegang – om de historische, symbolische en maatschappelijke betekenis van het Plakkaat van Verlatinghe onder de aandacht te brengen van een breed publiek. Graag ontvangen zij een reactie van de Minister.

II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Ik dank de leden van uw Kamer voor de vragen en opmerkingen inzake het tentoonstellen van het Plakkaat van Verlatinghe, de Unie van Utrecht en de Apologie van Willem van Oranje. Ik beantwoord de vragen in volgorde van de fracties en geclusterd per onderwerp.

Inbreng van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de herdruk van de «Nieuwe visie cultuurbeleid». Wel hebben zij echter nog een aantal vragen.

Tentoonstelling

De leden van de VVD-fractie lezen dat het originele Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht enkel tentoongesteld zullen worden bij speciale gelegenheden. Welke gelegenheden worden hiermee bedoeld? Waar zullen de originele stukken verblijven wanneer de replica’s tentoongesteld worden, zo vragen de leden.

De documenten waar het om gaat zijn zeer fragiel en kunnen daarom niet permanent tentoongesteld worden. Het is gebruikelijk dat het Nationaal Archief documenten uit de collectie gezien de kwetsbaarheid en lichtbelasting voor een bepaalde periode exposeert. Als richtlijn voor de lichtbelasting houdt het Nationaal Archief aan dat een document per tien jaar maximaal twee jaar tentoongesteld kan worden.

Aangezien het Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht de afgelopen jaren al meerdere malen tentoongesteld zijn, worden de originelen na de opening van de tentoonstelling gedurende een half jaar geëxposeerd. Hierna wordt van beide documenten een facsimile in de vitrine geplaatst. De originele archiefstukken gaan dan naar het depot van het Nationaal Archief. Op deze manier is het verantwoord om bij speciale gelegenheden de originele documenten uit het depot tevoorschijn te halen. Met speciale gelegenheden worden onder andere speciale rondleidingen, evenementen en dagen bedoeld, zoals de Maand van de Geschiedenis, 26 juli (de dag waarop in 1581 het Plakkaat werd ondertekend), maar ook filmverzoeken van geschiedenisprogramma’s.

Versterking publieksfunctie Nationaal Archief

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen dat de Minister overweegt om de Apologie van Willem van Oranje niet op te nemen in de nieuwe presentatie. De leden merken op dat de Minister eerder had aangegeven dit wel te doen. Kan de Minister aangeven waarom haar standpunt veranderd is, zo vragen de leden.

Zoals ik in mijn Kamerbrief van 3 juli 2020 heb aangegeven is het de eigen verantwoordelijkheid van het Nationaal Archief om presentaties vorm te geven en is het archief daarin onafhankelijk binnen de gestelde kaders van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Archiefwet.1

De Apologie van Willen van Oranje maakt geen onderdeel uit van de collectie van het Nationaal Archief. De Apologie betreft daarnaast een ander soort document. De Unie van Utrecht en het Plakkaat van Verlatinghe worden beschouwd als documenten van officiële organen. De Unie van Utrecht is een staatkundig verdrag tussen onafhankelijke gewesten en het Plakkaat van Verlatinghe is een gelegenheidsdocument waarin de Staten-Generaal de Spaanse Koning afzweert. De Apologie van Willem van Oranje is daarentegen een propagandageschrift waarin Willem van Oranje reageert op zijn vogelvrijverklaring door de Koning van Spanje. Ik kan mij vinden in de argumenten van het Nationaal Archief.

De leden van de VVD-fractie lezen dat er, volgens de Minister, een voldoende aansprekend en betekenisvol historisch beeld geschetst zal worden bij de presentatie Opstand en Vrijheid. De leden vragen wat hier dan tentoongesteld zal worden. Hoe worden de keuzes gemaakt of iets wel of niet tentoongesteld zal worden? Loopt de tentoonstelling vertraging op door corona, zo vragen de leden.

Keuzes voor onderwerpen worden gemaakt op basis van kennis van de doelgroepen, op basis van de actuele relevantie en in lijn met het beleid van het Nationaal Archief wat betreft diversiteit en inclusie. De presentatie Opstand en Vrijheid bestaat uit drie aansprekende opstanden. De Nederlandse opstand met het Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht zijn als vast thema permanent opgenomen in de presentatie. Daarnaast worden wisselend twee andere opstanden belicht. In eerste instantie zijn dat de Opstand van Berbice en de Bataafse Revolutie. Deze worden na verloop van tijd gewisseld. Zo is de presentatie dynamisch, relevant en meerstemmig.

Door de coronamaatregelen is de oorspronkelijk geplande opening in september twee maanden uitgesteld. De tentoonstelling opent op 12 november, mits de coronamaatregelen dit toelaten. De productie van de presentatie loopt met de huidige maatregelen geen verdere vertraging op.

De leden van de VVD-fractie juichen het toe dat bij de publieksprogrammering van het Nationaal Archief speciale aandacht voor doven-en slechthorenden, prikkelgevoelige mensen en mensen met een taalbarrière zal zijn. Zij lezen ook dat deze speciale aandacht nog in ontwikkeling is. Wanneer verwacht de Minister dat de toegankelijkheid voor deze groepen en de speciale aandacht uitgewerkt zal zijn? Wat voor extra faciliteiten zijn er voor deze personen gemaakt, zo vragen de leden.

Het Nationaal Archief werkt doorlopend aan de verbetering van de toegankelijkheid van de tentoonstellingen op basis van evaluaties, publieksonderzoek en de laatste inzichten op gebied van inclusie. Op dit moment onderzoekt het Nationaal Archief de mogelijkheden van speciale programmering voor mensen met fysieke beperkingen, zoals rondleidingen en lessen in gebarentaal, en prikkelarme rondleidingen. Het archief verwacht in de loop van 2021 de eerste groepen te kunnen ontvangen, mits de coronamaatregelen dit toelaten.

De leden van de VVD-fractie lezen dat het Nationaal Archief werkt aan het beter toegankelijk maken van haar gedigitaliseerde archief. De leden juichen dit toe. Wanneer verwacht de Minister dat het grootschalig transcriberen van scans voltooid zal zijn, om zo de toegankelijkheid nog meer te vergroten, zo vragen de leden.

Het Nationaal Archief is bezig het gedigitaliseerde archief dat via de website wordt aangeboden verder toegankelijk te maken. Een van de projecten op dat gebied is het project De ijsberg zichtbaar maken. In dit project wordt gewerkt met een hulpmiddel dat automatisch (oude) handschriften leert herkennen, waardoor grote hoeveelheden data digitaal doorzocht kunnen worden. Voor de uitvoering is samengewerkt met het programma Transkribus, onderdeel van het door de Europese Unie gesubsidieerde project READ (Recognition and Enrichment of Archival Documents). Het doel is om aan het eind van het project twee miljoen handgeschreven pagina’s online tekstueel doorzoekbaar te maken. De focus ligt daarbij op het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) en de archieven van de notarissen uit de negentiende eeuw. Wanneer het gehele archief getranscribeerd zal zijn is niet te zeggen.

Aandacht voor het ontstaan van de Nederlandse Staat

De leden van de VVD-fractie lezen dat de Minister nog aan het kijken is hoe tijdens de verbouwing en in de nieuwbouw van de Tweede Kamer aandacht besteed kan worden aan het ontstaan van de Nederlandse staat. De leden zouden van de Minister willen weten of, zoals toegezegd, het Plakkaat van Verlatinghe, de Unie van Utrecht en de Apologie van Willem van Oranje met zekerheid worden tentoongesteld.

Ik ben in gesprek met het Rijksvastgoedbedrijf over hoe er in de nieuwbouw en tijdens de verbouwing van de Tweede Kamer aandacht besteed kan worden aan het ontstaan van de Nederlandse staat. Met de Staatssecretaris van BZK bekijk ik hoe hier na de renovatie van het Binnenhof invulling aan gegeven kan worden. Hierbij worden ook de gebruikers van het Binnenhof betrokken.

Inbreng van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Minister over het tentoonstellen van het Plakkaat van Verlatinghe, de Unie van Utrecht en de Apologie van Willem van Oranje. Terecht worden deze drie documenten wel de geboortepapieren van Nederland genoemd. Over de brief hebben deze leden nog enkele vragen.

De leden van de CDA-fractie vragen op welke wijze de versterking van de publieksfunctie van het Nationaal Archief kan worden verbonden met de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer aan de Bezuidenhoutseweg. Als de Tweede Kamer de historische omgeving van Binnenhof en Plein tijdelijk moet verlaten, is het van belang dat zoveel mogelijk wordt geprofiteerd van de nabijheid van de historische collecties van Nationaal Archief en Koninklijke Bibliotheek. Deelt de Minister die wens van deze leden, zo vragen zij.

Ik deel deze wens zeker. Het Nationaal Archief grijpt de verhuizing van de Tweede Kamer naar de Bezuidenhoutseweg en de grote publieksstroom die dat oplevert zeker aan als kapstok om de verworven vrijheden en de betreffende documenten onder de aandacht te brengen. De campagne die het archief voor de opening van de tentoonstelling op 12 november ontwikkelt, wordt op het moment van verhuizing opnieuw ingezet.

De leden van de CDA-fractie waarderen de inzet van het Nationaal Archief om meer naar buiten te treden met als doel grotere bekendheid te geven aan het archief en zijn bijzondere collectie. Wel vragen deze leden, hoe deze ambitie zich verhoudt tot het werk achter de schermen: het verwerven, het conserveren en het toegankelijk maken van archieven. Deelt de Minister de zorg van deze leden, dat aandacht voor de etalage niet ten koste mag gaan van aandacht voor het magazijn?

Deze zorg deel ik niet. Al sinds de invoering van de Archiefwet 1995 is er continue aandacht voor het verwerven, conserveren en toegankelijk maken van archieven. Het Nationaal Archief is voldoende toegerust om zowel aandacht te besteden aan het verwerven en beheren van archieven als aan het toegankelijk maken en presenteren daarvan. De missie van het Nationaal Archief is «om ieders recht op informatie te dienen en inzicht te geven in het verleden van Nederland door: zich in te zetten voor een sterk archiefbestel en door de nationale archiefcollectie te beheren en fysiek en digitaal te presenteren.»

De leden van de CDA-fractie lezen, dat het Nationaal Archief in 2019 is gestart met het grootschalig transcriberen van scans, waardoor zowel gedrukte stukken als handgeschreven documenten full text kunnen worden doorzocht. Deze leden vragen of de vruchten van dit project ook geplukt kunnen worden om de toegankelijkheid van de historische parlementaire documenten (1814–1995), voorheen Staten-Generaal Digitaal, te verbeteren.

De parlementaire stukken van de Staten-Generaal van 1814–1995 zijn via de website officielebekendmakingen.nl goed te doorzoeken. Vanaf 1995 zijn de debatten reeds digitaal beschikbaar. Dit grootschalig digitaliseringsproject was een project van de Koninklijke Bibliotheek.

Tot slot vragen de leden van de CDA-fractie wat de stand van zaken is in het gesprek met het Rijksvastgoedbedrijf over de mogelijkheden om tijdens de verbouwing en in de nieuwbouw van de Tweede Kamer «op een mooie en educatieve manier» aandacht te besteden aan het ontstaan van de Nederlandse Staat.

Ik ben in gesprek met het Rijksvastgoedbedrijf over hoe er in de nieuwbouw en tijdens de verbouwing van de Tweede Kamer aandacht besteed kan worden aan het ontstaan van de Nederlandse staat. Met de Staatssecretaris van BZK bekijk ik hoe hier na de renovatie van het Binnenhof invulling aan gegeven kan worden. Hierbij worden ook de gebruikers van het Binnenhof betrokken.

Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de aankondiging dat het Plakkaat van Verlatinghe en de Unie van Utrecht vanaf november tentoongesteld worden in het Nationaal Archief. Ook de titel waaronder dit gebeurt, «Opstand en Vrijheid», vinden de voornoemde leden passend.

De leden van de GroenLinks-fractie hechten grote waarde aan het Plakkaat van Verlatinghe. Met dit document nam de Staten-Generaal het heft in handen en zette zij de Spaanse Koning opzij. Feitelijk is het onze onafhankelijkheidsverklaring. Vrijheid en tolerantie zijn centrale waarden in het Plakkaat en ook vandaag de dag staan deze waarden centraal in onze Grondwet en samenleving. Maar deze waarden staan steeds vaker onder druk. Als gevolg van polarisatie, discriminatie en wij-zij denken. Dit baart de leden zorgen. Zij nodigen de Minister uit te reflecteren op de vraag hoe het Plakkaat van Verlatinghe haar historische betekenis alsmede de erin vastgelegde kernwaarden, ook vandaag de dag een rol kan spelen in het samen bouwen van een meer verbonden samenleving. Graag ontvangen zij een reactie van de Minister.

Het Plakkaat van Verlatinghe is in de westerse geschiedenis het eerste document waarin het volk besluit zich te ontdoen van de tot dan toe geldende machtsstructuur. Ik onderschrijf dat vrijheid en tolerantie fundamentele waarden zijn die nog altijd centraal staan in onze Grondwet en samenleving. Het Plakkaat, een symbool van deze kernwaarden, kan een belangrijke rol vervullen als het gaat om het samen bouwen aan een meer verbonden samenleving. Bekendheid van het document en onze geschiedenis is daarbij van groot belang. Het Nationaal Archief zet in de presentatie Opstand en Vrijheid het Plakkaat in een bredere historische context en legt daarbij de link naar het huidige maatschappelijke debat.

De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat, als gevolg van de coronacrisis, minder mensen dan aanvankelijk gedacht, zullen kunnen genieten van de fysieke tentoonstelling. Welke mogelijkheden ziet de Minister – naast de inspanningen die het Nationaal Archief reeds levert op het gebied van digitale toegang – om de historische, symbolische en maatschappelijke betekenis van het Plakkaat van Verlatinghe onder de aandacht te brengen van een breed publiek. Graag ontvangen zij een reactie van de Minister.

Ik erken dat als gevolg van de coronamaatregelen inderdaad minder mensen de presentatie fysiek kunnen bezoeken. De programmering bij de presentatie zal door het Nationaal Archief daarom digitaal of hybride worden aangeboden. De campagne rondom Opstand en Vrijheid brengt een breed publiek via sociale media in aanraking met de inhoud van de presentatie.

Het Nationaal Archief ontwikkelt daarnaast een digitaal onderwijsprogramma bij de presentatie. Vanaf november zijn de documenten uit de presentatie in de «Bronnenbox» op de website van het Nationaal Archief op te zoeken en vanaf januari 2021 zal een digitale les beschikbaar zijn, ontwikkeld met en voor leerkrachten en docenten.


X Noot
1

Kamerstuk 32 820, nr. 374.

Naar boven