32 706 Beveiliging zeevaartroutes tegen piraterij

Nr. 50 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN DEFENSIE, VAN BUITENLANDSE ZAKEN, VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE EN VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 juni 2013

In reactie op uw verzoek van 16 mei jl. verstrekken wij met deze brief nadere informatie inzake Vessel Protection Detachements (VPDs).

Geweldsmonopolie

In de reactie op het rapport van de commissie-De Wijkerslooth (Kamerstuk 32 706, nr.19) heeft het kabinet de conclusies van de commissie ten aanzien van het geweldsmonopolie onderschreven. In onze brief van 26 april jl. (Kamerstuk 32 706, nr. 44) constateren wij dat, onder specifieke omstandigheden, de overheid niet in staat is de zorgplicht voor de veiligheid van koninkrijksgevlagde koopvaardijschepen in het risicogebied nabij Somalië na te komen. Ook het bieden van veiligheid en rechtshandhaving op andere wijze is niet volledig toereikend gebleken. Het kabinet maakt derhalve de keuze om, in aanvulling op de inzet van VPDs, te voorzien in wet- en regelgeving die de bescherming van bepaalde categorieën zeetransporten door gewapende particuliere beveiliging onder strikte, nog nader te definiëren voorwaarden mogelijk maakt. Ten aanzien van de beveiliging van geldtransporten bestaan wel mogelijkheden om toereikende veiligheid en rechtshandhaving te bieden. Over de manier waarop dit gebeurt, is uw Kamer door de minister van Veiligheid en Justitie eerder geïnformeerd, onder meer in de antwoorden die op 14 mei jl. zijn gegeven op mondelinge vragen van lid Van Hijum van uw Kamer over het inzetten van wapens bij geldtransporten (Handelingen II 2012/13, nr. 81).

Voorwaarden

De Nederlandse Vereniging voor Kapiteins ter Koopvaardij (NVKK) heeft haar zorgen geuit over de voorwaarden waaronder de inzet van gewapende particuliere beveiligers op Koninkrijksgevlagde koopvaardijschepen mogelijk zal worden gemaakt. Wij nemen deze zorgen serieus. Zoals vermeld in onze brief van 26 april jl. dient de inzet van gewapende particuliere beveiligers aan boord van koopvaardijschepen aan strikte voorwaarden te voldoen en met voldoende rechtstatelijke waarborgen te worden omkleed. Wij herhalen dat er geen gewapende particuliere beveiligers kunnen worden ingezet voordat er een wettelijke regeling is getroffen.

Het onderzoek naar de voorwaarden waaronder gewapende particuliere beveiligers zullen worden toegestaan, is onderdeel van het wetgevingstraject. In dit kader zal de maritieme sector, waaronder de NVKK en de vakbond voor zeevarenden (Nautilus), worden geconsulteerd.

Relatie beleidsdoorlichting en voorgenomen wetsvoorstel

In de Defensiebegroting voor 2011 is vastgelegd dat Defensie in 2013 de beleidsdoorlichting «Bescherming scheepvaart nabij Somalië» zal uitvoeren. De beleidsdoorlichting heeft betrekking op de instrumenten die Defensie in het kader van piraterijbestrijding heeft ingezet in de periode 2006 tot en met 2012. Dit betreft de inzet in missies van de Navo, de EU, de Combined Maritime Forces en de inzet van VPD’s. Er zal in kaart worden gebracht welke effecten deze inzet heeft gehad op de veiligheid op zee nabij Somalië.

De beleidsdoorlichting wordt uitgevoerd op basis van eerdere evaluaties van het te onderzoeken beleidsterrein (synthese-onderzoek)1. Voor het deel dat betrekking heeft op de inzet van VPDs zullen onder andere de driemaandelijkse evaluaties en de brede evaluatie uit 2012 worden geraadpleegd. Uit deze evaluaties blijkt onder meer dat Defensie niet alle aanvragen voor een VPD kan inwilligen en dat aanvragen zijn afgewezen. Deze informatie ligt ook ten grondslag aan de keuze van dit kabinet om een wetsvoorstel in te dienen om gewapende particuliere beveiliging op Koninkrijksgevlagde koopvaardijschepen mogelijk te maken. Voor een nadere toelichting verwijzen wij naar de brief van 13 mei jl. «Toelichting relatie beleidsdoorlichting bescherming kwetsbare schepen nabij Somalië en het kabinetsstandpunt VPDs» (Kamerstuk 32 706, nr. 46).

De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

De minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

De minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Conform Regeling Rijksbegrotingsvoorschriften 2013.

Naar boven