Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 januari 2014
Op uw verzoek stuur ik u hierbij dezelfde informatie over de vorming van de Autoriteit
Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) als ik aan de Voorzitter van de
Tweede Kamer heb gestuurd.
In de vrijwel Kamerbreed aangenomen motie van de leden Jan Vos en Leegte heeft de
Tweede Kamer de regering verzocht om de taken en bevoegdheden op het terrein van nucleaire
veiligheid en stralingsbescherming te bundelen in een autoriteit nucleaire veiligheid
en stralingsbescherming en ervoor te zorgen dat deze autoriteit onafhankelijk is (Kamerstukken
II 2012/13, 32 645, nr. 48). Tijdens het dertigledendebat op 6 maart 2013 over Europese kerncentrales (Handelingen
II 2012/13, nr. 58) heb ik een gedegen juridische analyse toegezegd over de oplossing
die Nederland kiest in de verhouding van het Verdrag van het Internationale Atoom
Energie Agentschap (IAEA) inzake nucleaire veiligheid met de op te richten ANVS. Tevens
heb ik toegezegd mijn werk te zullen doen en het uiteindelijke resultaat aan de Kamer
voor te leggen, zodat u daar een opvatting over kunt hebben. In mijn brief van 20 december
2013 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer over de ANVS (Kamerstukken II 2013/14,
32 645, nr. 57) heb ik de Kamer gemeld dat het interdepartementale overleg over de ANVS bijna was
voltooid en dat besluitvorming in de ministerraad in januari 2014 was te verwachten.
Ik heb daarbij toegezegd de Tweede Kamer na de besluitvorming in de ministerraad te
informeren.
Inmiddels ben ik zo ver dat ik u kan informeren over de stand van zaken met betrekking
tot de vorming van een onafhankelijke ANVS.
In het kader van de voorbereiding van de besluitvorming over de organisatievorm en
de positionering van de ANVS is advies gevraagd aan het IAEA. Bij de adviesaanvraag
is de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen (zbo’s) en de Regeling agentschappen voorgelegd.
Tevens is een aantal optionele kenmerken weergegeven, waarmee zbo’s kunnen worden
uitgerust, voor het geval dat nodig mocht zijn om aan de IAEA-vereisten te voldoen.
Het advies van het IAEA1 is bij deze brief gevoegd (zie bijlage).
Mede naar aanleiding van dit advies heeft de ministerraad besloten de ANVS als zbo
te vormen en deze onder de Minister van Infrastructuur en Milieu te positioneren.
De Minister van Economische Zaken zal de daarvoor benodigde wetgeving voorbereiden,
de Minister van Infrastructuur en Milieu zal daartoe een organisatiebesluit voorbereiden.
Wanneer de ontwikkelingen daartoe aanleiding geven, zal ik u verder informeren over
de vorming van de ANVS.
De Minister van Economische Zaken,
H.G.J. Kamp