32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 23 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 januari 2012

Op 16 januari jl. heb ik uw Kamer, mede namens de staatssecretaris van Financiën en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, mijn eerste reactie op de innovatiecontracten en de human capitalagenda’s aangeboden1. Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 31 januari 2012, schets ik hierbij mijn planning ten behoeve van de definitieve besluitvorming over de innovatiecontracten en de human capitalagenda’s.

Innovatiecontracten

  • Ik heb aan publieke partijen gevraagd om medio februari hun voorgestelde inzet voor 2012 en 2013 aan te geven. Naast de betrokken departementen betreft dit in het bijzonder NWO, KNAW, TNO, DLO en de GTI’s. De ontvangen proposities worden onder mijn regie met de betreffende topsectoren besproken.

  • Uiterlijk 2 april geeft het Kabinet middels een brief duidelijkheid aan Uw Kamer over de inzet op de innovatiecontracten, waarbij ook de inzet van andere publieke financiers per topsector is aangegeven. Uitgangspunt is dat de publieke kennisinstellingen zelf hun inzet bepalen binnen de kaders van de innovatiecontracten.

  • Op 2 april zullen de definitieve innovatiecontracten worden ondertekend door de deelnemende partijen: de betreffende ministers en staatssecretarissen, het boegbeeld (namens de private partijen), de kennisinstellingen en daar waar relevant de regio’s. Deze innovatiecontracten zullen ook aan Uw Kamer worden gezonden.

Human Capital Agenda’s

  • Op 13 februari wordt door de topsectoren een gezamenlijk masterplan bèta en techniek aan het Kabinet aangeboden. Het masterplan bevat de acties die de topsectoren gezamenlijk willen oppakken om verwachte tekorten aan vakkrachten in bèta en techniek terug te dringen.

  • Uiterlijk 2 april volgt een Kabinetsreactie op de human capital agenda’s en het masterplan en wordt Uw Kamer geïnformeerd over welke aanvullende overheidsmaatregelen het Kabinet noodzakelijk acht om tekorten terug te dringen en de juiste randvoorwaarden te creëren voor samenwerking tussen onderwijsinstellingen en bedrijfsleven.

  • Nog dit voorjaar kunnen samenwerkingsverbanden van bedrijven en ROC’s voorstellen indienen voor centra voor innovatief vakmanschap in het mbo.

  • De instellingen in het hoger onderwijs dienen voor 1 mei een voorstel in voor een prestatieafspraak gericht op de komende vier jaar. Daarin maken de instellingen keuzes met betrekking tot profilering en zwaartepuntvorming. De human capital agenda’s zijn medebepalend bij de keuzes die de instellingen hierbij maken. Een onafhankelijke Reviewcommissie adviseert vervolgens in augustus de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen over de prestatieafspraken en de toekenning van een selectief budget aan individuele instellingen.

Gedurende de komende maanden onderhoud ik, net als in de afgelopen periode, intensief contact met alle betrokken partijen. Daartoe overleg ik regelmatig met de topteams, de publieke kennispartners en de betrokken departementen en regio’s. Ik zal in mijn brief van begin april ook ingaan op de uitkomsten van de bestuurlijke overleggen over de landsdelige actieagenda's en over de rol en bijdragen van decentrale overheden aan de innovatiecontracten en human capital agenda's.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, M. J. M. Verhagen


X Noot
1

Tweede Kamer vergaderjaar 2011–2012 stuk 32 637 nr. 21.

Naar boven