Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de vrijstelling van de verboden in de Winkeltijdenwet meer aan
gemeenten over te laten en daartoe die wet te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan,
gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Winkeltijdenwet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 3 komt te luiden:
Artikel 3
1. De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden.
2. De gemeenteraad kan bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in de verordening
aan te wijzen, en met inachtneming van de daarin gestelde regels op daartoe strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste
lid bedoelde verboden te verlenen.
3. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen
voorschriften worden verbonden.
B
De artikelen 4, 5 en 7 vervallen.
C
In artikel 8, eerste lid, aanhef, vervalt «, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen,» .
ARTIKEL II
In artikel 1, onder 4°, van de Wet op de economische delicten wordt in de zinsnede met betrekking tot de Winkeltijdenwet «de
artikelen 2, 3, vijfde lid, 4, derde lid, 5, derde lid, 6, tweede lid, 7, derde lid, en 8, tweede lid;» vervangen door: de
artikelen 2, 3, derde lid, 6, tweede lid, en 8, tweede lid;.
ARTIKEL III
Indien het bij koninklijke boodschap van 6 oktober 2008 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Winkeltijdenwet
met het oog op inkadering van de bevoegdheid om vrijstelling te verlenen of een ontheffingsbevoegdheid toe te kennen in verband
met de toeristische aantrekkingskracht van een gemeente (kamerstukken 31 728), tot wet is of wordt verheven, en eerder in werking is getreden of treedt dan, onderscheidenlijk op dezelfde datum in werking
treedt als deze wet, wordt aan artikel I van deze wet een onderdeel toegevoegd, luidende:
D
In artikel 10 vervallen de aanduiding «1.» voor het eerste lid en het tweede lid.
ARTIKEL IV
Indien het bij koninklijke boodschap van 6 oktober 2008 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Winkeltijdenwet
met het oog op inkadering van de bevoegdheid om vrijstelling te verlenen of een ontheffingsbevoegdheid toe te kennen in verband
met de toeristische aantrekkingskracht van een gemeente (kamerstukken 31 728), tot wet is of wordt verheven en later in werking treedt dan deze wet, vervallen de artikelen I en II van die wet.
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.