32 317 JBZ-Raad

Nr. 484 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 september 2017

Met deze brief bieden wij u, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de geannoteerde agenda aan van de bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 14 september 2017 te Brussel.

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Geannoteerde agenda van de formele bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken, 14 september 2017 te Brussel

I. Binnenlandse Zaken, Immigratie en Asiel

1. Migratie

Naar verwachting zal tijdens de Raad een algemene discussie plaatsvinden naar aanleiding van de meest recente ontwikkelingen op de verschillende migratieroutes door het Middellandse Zeegebied. Daarbij zal ook de voortgang worden besproken in het kader van de uitvoering van de EU-Turkije Verklaring, de voortgang die wordt geboekt in het kader van het Partnerschapsraamwerk en de uitvoering van het Actieplan voor de Centraal Middellandse Zeeroute en Italië dat de Europese Commissie op 4 juli jl. presenteerde. Daarnaast zal het Ests voorzitterschap het verbeteren van de terugkeer van irreguliere migranten, versterking van de hervestiging van vluchtelingen, het opvoeren van het aantal herplaatsingen en het ter beschikking stellen van experts aan de agentschappen willen bespreken in de Raad. Ten slotte stelt het voorzitterschap zich, in het kader van de onderhandelingen van het gemeenschappelijk Europees asielstelsel, te willen richten op het concept van een veilig derde land, zoals verzocht door de Europese Raad van 22 en 23 juni jl.

Nederland blijft de ingezette alomvattende Europese aanpak onverminderd steunen. Het is van belang dat deze aanpak zich richt op de gehele migratieroute. Via verschillende instrumenten draagt de EU bij aan de aanpak van de grondoorzaken van migratie, het versterken van de opvang in de regio, het versterken van grensmanagement, het bestrijden van alle vormen van irreguliere migratie en in het bijzonder mensensmokkel en het verbeteren van de samenwerking met derde landen, onder andere op het gebied van vrijwillig en gedwongen terugkeer. Steun aan lidstaten als Italië en Griekenland maakt wat Nederland betreft integraal onderdeel uit van deze aanpak om zo ook de buitengrenzen van de Europese Unie verder te versterken.

II. Veiligheid en Justitie, Grondrechten en Burgerschap

2. Terrorismebestrijding

In deze sessie komt de aanpak van terrorisme na de recente aanslagen aan de orde. Naar verwachting zal een aantal lidstaten een korte toelichting geven op de recente terroristische aanslagen en zal de Europese Commissie een presentatie geven over de voortgang van de ingezette maatregelen op het gebied van de Veiligheidsunie.

Nederland vraagt in dit kader blijvend aandacht voor het verder versterken van de informatie-uitwisseling op JBZ-terrein in lijn met de afspraken uit de Routekaart voor informatie-uitwisseling en informatievoorziening die onder Nederlands voorzitterschap is opgesteld.

3. Diversen: persoonsgegevens van passagiers EU-Canada

De Commissie zal de Raad informeren over het advies van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 26 juli 2017 ten aanzien van de voorgenomen overeenkomst tussen de Europese Unie en Canada betreffende de doorgifte van persoonsgegevens van passagiers door luchtvaartmaatschappijen. Het betreft hier de PNR-data (Passenger Name Records). De Tweede en Eerste Kamer werden hierover geïnformeerd in een brief van de Minister van Veiligheid en Justitie van 17 augustus 2017 (Kamerstuk 32 317, nr. 483 respectievelijk Kamerstuk 32 317, HX).

De conclusie van het Hof is dat de PNR-overeenkomst niet in de huidige vorm mag worden afgesloten, omdat verschillende bepalingen ervan onverenigbaar zijn met de door de Unie erkende grondrechten (eerbiediging van het privéleven en bescherming van persoonsgegevens). Volgens het Hof is het weliswaar in wezen toegestaan om stelselmatig alle gegevens van passagiers door te geven, te bewaren en te gebruiken, maar verschillende bepalingen van de ontwerpovereenkomst beantwoorden niet aan de vereisten die voortvloeien uit de grondrechten van de Unie.

Verwacht wordt dat de Europese Commissie tijdens de komende JBZ-Raad zal laten weten welke consequenties zij aan het Hof-advies verbindt, ergo of zij opnieuw in onderhandeling zal treden met Canada teneinde te voldoen aan de vereisten die het Hof heeft genoemd.

Naar boven