32 317 JBZ-Raad

Nr. 428 MOTIE VAN HET LID VAN OOSTEN C.S.

Voorgesteld 6 juli 2016

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in de afrondende fase brede overeenstemming lijkt te zijn bereikt inzake het Europees Openbaar Ministerie (EOM), aangezien er nog slechts discussie is over technische en minder omstreden punten;

overwegende dat van meet af aan de Tweede Kamer, en nu ook het Nederlandse Openbaar Ministerie, een kritische houding heeft aangenomen ten aanzien van de oprichting van een EOM;

vaststellende dat in weerwil van het bovenstaande Frankrijk en Duitsland recentelijk juist aangegeven hebben het EOM op termijn te willen uitbreiden;

vaststellende dat hetgeen nu voorligt niet voldoet aan de wens van de meerderheid van de Tweede Kamer;

verzoekt de regering, via de daartoe aangewezen Europese kanalen aan te geven dat Nederland niet zal instemmen met de oprichting van een Europees Openbaar Ministerie,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Oosten

Segers

Van Nispen

Van der Staaij

Van Vliet

Thieme

Van Toorenburg

Naar boven