Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 januari 2021
Met deze brief bieden wij u de verslagen over de naleving van de geluidproductieplafonds
langs wegen en spoorwegen in het jaar 2019 aan1, als ook een corrigendum bij het nalevingsverslag spoor 20182.
De nalevingsverslagen weg en spoor zullen ook op de websites van Rijkswaterstaat en
van het Geluidsregister spoor worden geplaatst3. Op deze websites zijn ook de bijlagen, met daarin de geluidproductie op alle referentiepunten
in het jaar 2019 te vinden. Deze bijlagen zijn zeer omvangrijk en worden om die reden
niet meegestuurd. Ook zijn op deze websites de nalevingsverslagen van voorgaande jaren
te vinden.
Tevens bieden wij u een nota van bevindingen aan; deze nota geeft een nadere duiding
van de nalevingsverslagen4. Uit de nota komt het volgende beeld naar voren:
Uit al de ingediende nalevingsverslagen blijkt dat met de systematiek van geluidproductieplafonds
de geluidproductie op een groot deel van het wegennet en spoorwegennet wordt beheerst.
Al de beheerders geven daarmee actief invulling aan de in de wet gedefinieerde zorgplicht
tot naleving van geluidproductieplafonds. Alle locaties van overschrijdingen en dreigende
overschrijdingen worden in de nalevingsverslagen transparant in kaart gebracht en
ook is aangegeven welke vervolgstappen nodig zijn. Locaties waar het geluid toeneemt
worden aangepakt. De nalevingsverslagen beschrijven welke stappen de beheerders hebben
gezet om overschrijdingen aan te pakken en om te voorkomen dat op trajecten met dreigende
overschrijdingen in de toekomst overschrijdingen zullen ontstaan.
Uit het nalevingsverslag wegen van Rijkswaterstaat blijkt verder dat de aanleg van geluidbeperkende maatregelen
ten opzichte van voorgaande jaren is geïntensiveerd5. In 2019 is op circa 240 km rijbaan een stil wegdek voor de naleving van de geluidproductieplafonds
aangelegd. Dit is ruim 2 maal zo veel als in 2018 en ruim 8 maal zo veel als in 2017.
Dit heeft ervoor gezorgd dat het percentage overschrijdingen in 2019 lager is dan
in het nalevingsverslag over 2018 (4,1% ten opzichte van 4,5%). RWS is hiermee goed
op weg om alle toekomstige overschrijdingen te voorkomen of weg te nemen.
Het nalevingsverslag spoorwegen van ProRail6 laat zien dat het percentage overschrijdingen van de plafonds in 2019 gering is,
namelijk 1,1 procent van het aantal referentiepunten (in 2018 was dit 0,9 procent).
Alle locaties van overschrijdingen en dreigende overschrijdingen zijn transparant
in kaart gebracht. Deze locaties worden aangepakt door ProRail om zo de overschrijdingen
weg te nemen of te voorkomen. Uit het verslag blijkt verder dat in 2019 (evenals in
voorafgaande jaren) door ProRail méér gebruik is gemaakt van zgn. «stille technieken»,
zoals geluidschermen, raildempers, voegloze wissels en betonnen dwarsliggers.
Het nalevingsverslag hoofdspoorwegen 2018 bevatte voor een relatief klein deel onjuistheden
met betrekking tot de berekende geluidproducties en de beoordelingen van de naleving
van de geluidproductieplafonds. Dit is rechtgezet middels het uitbrengen van een zgn.
Corrigendum waarmee de genoemde onjuistheden worden hersteld. Omdat de berekende geluidproducties
betrouwbaar dienen te zijn voor het oordeel over de naleving van de geluidproductieplafonds,
verricht de Inspectie Leefomgeving en Transport een audit naar het ontstaan van deze
onjuistheden. De Inspectie maakt verbeterafspraken met ProRail met als doel herhaling
te voorkomen.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer