32 043 Toekomst pensioenstelsel

Nr. 201 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 februari 2014

Tijdens het Algemeen Overleg Pensioenen van 6 november jongstleden (Kamerstuk 32 043, nr. 194) heb ik uw Kamer toegezegd per brief in te gaan op de problemen die de Vereniging van Gepensioneerden Pensioenfonds Metaal en Techniek (VG-PMT) ervaart bij het verstrekken van informatie over deze vereniging aan de pensioengerechtigden van het Pensioenfonds Metaal en Techniek (PMT).

Ik heb besloten enkele vertegenwoordigers van het bestuur van het pensioenfonds en van de VG-PMT uit te nodigen voor een gezamenlijk gesprek om een beter beeld te krijgen van de situatie. Dit gesprek heeft op 15 januari jl. plaatsgevonden.

Het gesprek vond plaats in een prettige sfeer. Ik heb beide partijen ertoe uitgenodigd hun visie op de problemen weer te geven. Daarbij heb ik uitdrukkelijk aangegeven geen arbiter in deze zaak te zijn, maar via dit gesprek een positieve onderlinge samenwerking te willen bevorderen.

De VG-PMT heeft aangegeven graag een florerende vereniging van pensioengerechtigden te willen zijn met veel leden. Daarvoor is bekendheid van de VG-PMT bij de pensioengerechtigden van groot belang. Verder wil VG-PMT kandidaten kunnen voordragen voor het bestuur van PMT.

Het bestuur van PMT bracht naar voren inmiddels een tiental organisaties van gepensioneerden te hebben uitgenodigd om kandidaten voor te dragen voor het bestuur van PMT. Onder deze organisaties bevindt zich ook de VG-PMT. Daarnaast betreft het organisaties als de ANBO, CSO, FNV senioren en de Koepel van Nederlandse Verenigingen van Gepensioneerden.

Uitgangspunt van PMT is dat al deze organisaties een gelijke kans moeten hebben. Vanuit die achtergrond heeft het bestuur van PMT bezwaar gemaakt tegen de naamvoering van de VG-PMT, omdat deze naam de indruk zou wekken dat de VG-PMT en formele band heeft met PMT. Andere ouderenverenigingen of (mogelijk nieuwe) verenigingen van pensioengerechtigden zouden hiermee te kort worden gedaan.

Tijdens het gesprek zijn de volgende oplossingen voor de ontstane situatie besproken.

• PMT zal op de website bekendheid geven aan de organisaties, die zij heeft aangeschreven om kandidaten voor te dragen voor het bestuur.

Voor de VG-PMT zal daarbij de naam VG-PMT worden gehanteerd.

Daarbij is aangegeven dat de VG-PMT een nieuwe organisatie uit de sector Metaal en Techniek.

• Ook de VG-PMT zal net als andere organisaties en individuele pensioengerechtigden kandidaten voor 28 januari jl. kunnen voordragen voor het bestuur. Daarbij zal niet als eis worden gesteld dat de VG-PMT minstens 250 leden moet hebben.

• De kandidaten die voldoende geschikt worden bevonden, worden vervolgens op de website van PMT geplaatst plus een beschrijving door welke vereniging zij zijn voorgedragen. De verkiezingen vinden plaats met deze personen als kandidaat.

Beide partijen gaven aan positief tegenover deze aanpak te staan. Inmiddels zijn de hierboven benoemde stappen doorlopen. Dat heeft er toe geleid dat de pensioengerechtigden van PMT thans kunnen stemmen voor een door VG-PMT voorgedragen kandidaat.

Deze positieve uitkomst laat onverlet dat mij nieuwe signalen hebben bereikt over een verschil van inzicht tussen VG-PMT en PMT. Ik heb in dat kader aan De Nederlandsche Bank gevraagd erop toe te blijven zien dat evenwichtige procedures worden gehanteerd.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma