nr. 21
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 september 2009
Op 1 juli stuurde de Commissie voor de Rijksuitgaven namens de Kamer
een vervolgbrief over de uitvoering van de motie Pechtold over het beter controleerbaar
maken van kabinetsdoelstellingen (kenmerk 09-RU-B-009). Hierin stemt de Kamer
in met de voorstellen van het kabinet om de samenhang tussen het zogenaamde «delivery
overzicht» en de departementale jaarverslagen te vergroten. In aanvulling
op het voorstel om de jaarlijkse tussenstappen van de kabinetsdoelen in de
departementale jaarverslagen op te nemen, doet de Kamer een aantal andere
voorstellen ter verbetering van het verantwoordings- en begrotingsproces.
In deze brief reageer ik namens het kabinet op deze aanvullende voorstellen
en daarnaast worden er voorstellen gedaan om te komen tot meer focus in de
komende verantwoordingsdebatten.
Voorstellen verbetering begrotingen en jaarverslagen
• De Kamer stelt voor een heldere en systematische aansluiting te
presenteren van de 74 kabinetsdoelstellingen en de daarvoor beschikbare budgetten.
De experimentdepartementen doen dit al voor zover mogelijk. Het kabinet zal
ook in de overige begrotingen een relatie proberen te leggen tussen de kabinetsdoelstellingen
en de budgetten. Dit zal al met ingang van het jaarverslag 2009 gebeuren.
De administratie is echter ingericht op basis van beleidsartikelen en niet
op basis van de kabinetsdoelstellingen. Dit maakt het lastig om exact de budgetten
voor de kabinetsdoelstellingen aan te geven. De cijfers zullen daarom indicatief
zijn.
• De Kamer stelt voor om de beleidseffecten van de 74 kabinetsdoelen
beter inzichtelijk te maken. Zoals aangekondigd in mijn brief van 18 juni
jl. (Kamerstuk 31 951, nr. 20) zullen de jaarlijkse tussenstappen die
ten grondslag liggen aan het delivery-overzicht expliciet in de departementale
jaarverslagen worden opgenomen. Het kabinet verwacht dat dit bij zal dragen
aan het vergroten van de inzichtelijkheid van de beleidsprestaties. De mate
waarin een doelstelling meetbaar is, verschilt naar gelang de aard van de
doelstelling. De mate waarin de voortgangsinformatie het gewenste inzicht
verleent zal ook per doelstelling verschillen. Dit neemt niet
weg dat het kabinet meent de informatiepositie van de Kamer te kunnen verbeteren
door achteraf ook inzicht te verschaffen in de mate waarin de door het kabinet
gebruikte tussendoelen zijn bereikt.
• In de brief stelt de Kamer voor in begrotingen en jaarverslagen
een groeiparagraaf op te nemen waarin wordt aangegeven welke verbeteringen
ten opzichte van het voorgaande jaar zijn doorgevoerd. De suggestie wordt
gedaan om hier voor de beleidagenda respectievelijk het beleidsverslag te
gebruiken. De beleidsagenda c.q. het beleidsverslag is hiervoor echter niet
de aangewezen plaats, hierin staan de beleidsprioriteiten centraal. In de
leeswijzer zou wel een groeiparagraaf kunnen worden opgenomen. Het kabinet
zal hiertoe richtlijnen in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2010 opnemen. De
groeiparagraaf zal in gaan op gerealiseerde verbeteringen ten opzichte van
het voorgaande jaar. Eén en ander kan met ingang van het jaarverslag
2009 voor het eerst gestalte krijgen.
• Daarnaast vraagt de Kamer om in het jaarverslag de inzet van ICT
en de realisatie van de taakstellingen in het kader van het Project Vernieuwing
Rijksdienst op te nemen. Ik merk op dat deze gegevens al door de minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de Kamer worden verschaft.
Voor een eventuele uitsplitsing van apparaatsuitgaven in departementale jaarverslagen
ontvingen wij van de commissie voor de Rijksuitgaven een aantal wensen waarover
u in een aparte brief antwoord krijgt (brief met kenmerk BZ/2009/583 U).
• Tot slot stelt de Kamer voor in de Miljoenennota een overzicht
op te nemen van de in de afzonderlijke begrotingen aangekondigde beleidsdoorlichtingen.
Het kabinet zal een dergelijk overzicht opnemen in de Miljoenennota 2010.
Scherpere verantwoording
Om te komen tot meer focus in de resterende verantwoordingsdebatten tussen
het (huidige) kabinet en de Kamer, zijn in mijn eerdergenoemde brief (Kamerstuk
31 951, nr. 20) enkele voorstellen gedaan. Vooruitlopend op de uitwerking
van deze voorstellen bevat deze brief alvast de onderwerpen waarvoor het kabinet
kiest voor het verantwoordingsdebat 2009 en 2010. Zodra de onderwerpen van
de Kamer bekend zijn, overlegt het kabinet graag met de Kamer over de nadere
invulling van het proces. Het komt de focus van het debat volgens het kabinet
ten goede als we uiteindelijk gezamenlijk uitkomen op een selectie van twee
onderwerpen per verantwoordingsdebat.
Voor het verantwoordingsdebat van 2009 stelt het kabinet de onderwerpen
duurzaamheid en regeldruk voor. Bij het onderwerp duurzaamheid kiest het kabinet
voor doelstelling 21 uit het kabinetsprogramma: «De overheid wil in
2010 duurzaamheid als zwaarwegend criterium meenemen in al haar aankopen».
Het onderwerp regeldruk is uitgewerkt in doelstellingen 16 «Minder regels,
minder instrumenten, minder loketten» en 69 «Het oplossen van
de 10 meest gevoelde knelpunten bij administratieve lasten».
Uit de brief van 1 juli van de Commissie voor de Rijksuitgaven blijkt
dat de Kamer voor Prinsjesdag niet alleen een voorstel voor twee onderwerpen
voor het verantwoordingsdebat van 2009 zal doen maar ook een voorstel voor
het debat over 2010. Het kabinet denkt voor het verantwoordingsdebat over
2010 aan twee onderwerpen; deze zijn echter onder voorbehoud. Mocht de actualiteit
aanleiding geven tot een andere voorkeur, dan zal de Kamer daarvan ruim van
te voren op de hoogte worden gesteld. Voorlopig wordt voor het verantwoordingsdebat
2010 gedacht aan de onderwerpen krachtwijken/fysieke verloedering
en urgentieprogramma Randstad.
De minister van Financiën,
W. J. Bos