Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 oktober 2015
In het Algemeen Overleg van 30 september jl. is door de PVV, D66 en PvdA benadrukt
dat het belangrijk is dat Nederland participeert in een onderzoek met piloten met
diabetes. Het betreft een onderzoek, ingezet door Engeland en Ierland, om het mogelijk
te maken dat vliegers met Insulin-Treated Diabetes Mellitus (ITDM) onder strenge voorwaarden
een medische verklaring verkrijgen en hun beroep kunnen voortzetten. In deze brief
wordt u geïnformeerd over de voorwaarden waaronder aan deze proef kan worden deelgenomen.
Vooropgesteld is dat vliegen met ITDM risico’s voor de vliegveiligheid met zich kan
meebrengen en om die reden in beginsel verboden is. Ik onderken het belang om vliegers
met ITDM in te kunnen zetten waarbij de luchtvaartveiligheid voorop staat. Op basis
van nieuwe Europese regelgeving per 8 april 2015 mag een luchtvaartautoriteit bij
wijze van onderzoek en onder voorwaarden een certificaat afgeven aan vliegers met
ITDM. Een van de voorwaarden is dat een protocol wordt opgesteld waarin extra maatregelen
ten behoeve van de veiligheid worden beschreven. De uitkomsten van het onderzoek zullen
op termijn worden gebruikt voor een eventuele aanpassing van de regelgeving voor de
afgifte medische certificaten aan piloten met ITDM.
De Britse luchtvaartautoriteit (CAA-UK) heeft op basis van deze regelgeving een protocol
opgesteld. Met de daarin beschreven aanpak worden vliegers met ITDM in de gelegenheid
gesteld te kunnen vliegen. De Ierse luchtvaartautoriteit heeft zich bij het onderzoek
aangesloten. Een vlieger met ITDM mag in deze context alleen vliegen in vliegtuigen
van een land dat meedoet aan de proef. De Britse- en Ierse vliegers mogen nu dus alleen
vliegen in Britse- en Ierse toestellen.
De CAA-UK heeft gevraagd of Nederland ook kan bijdragen aan dit onderzoek. Het onderzoek
is gebaat bij een grotere steekproef en ligt er een kans om toekomstige regelgeving
te beïnvloeden.
De ILT heeft de risico’s voor de vliegveiligheid die het meedoen aan de proef met
zich meebrengt onderzocht. De conclusie is dat het meedoen aan het experiment kan
worden gesteund onder de voorwaarde dat ITDM-vliegers geen starts en landingen uitvoeren.
Dit omdat met name dat een kritische fase is tijdens de vlucht waarin soms snel geacteerd
moet worden. Daarnaast geldt de voorwaarde dat de ITDM-vlieger de derde vlieger is.
In overleg met de Britse luchtvaartautoriteit en op basis van hun ervaring zullen
deze voorwaarden nader verkend worden in relatie tot het Britse protocol. Daarnaast
zal met de Britse luchtvaartautoriteit worden overlegd over de wijze waarop aan de
proef kan worden deelgenomen waarbij de uitvoering in belangrijke mate bij de sectorpartijen
en de Britse luchtvaartautoriteit kan worden belegd. Daarbij zal tevens aan de orde
moeten komen hoe met privacygevoelige informatie wordt omgegaan.
Indien er op enig moment aanleiding is om te veronderstellen dat de veiligheid in
het gevaar is zullen de brevetten van de deelnemers geschorst worden. Als deze situatie
zich voor zou doen, zal de ILT met de Britse luchtvaartautoriteit over de voortzetting
van de proef overleg hebben.
U wordt geïnformeerd over de voortgang en resultaten van het onderzoek.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
W.J. Mansveld