De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de Verenigde Staten, de G20, de Europese Commissie, de FAO, en de
speciaal rapporteur van de VN over het recht op voedsel, aangeven dat er mogelijkerwijs
een verband bestaat tussen toenemende speculatie op de grondstoffenmarkten en hogere
grondstoffenprijzen;
overwegende dat de Europese Commissie en de G20 hebben aangegeven dat de grondstoffenderivatenmarkten
transparanter en stabieler moeten worden en hebben afgesproken waar mogelijk een lijn
te trekken bij het hervormen van de financiële sector;
overwegende dat de Verenigde Staten met de Commodity Futures Trading Commission (CFTC)
over instrumenten en verplichtingen beschikken en met een mandaat marktverstorende
speculatie tegen kunnen gaan;
verzoekt de regering, zich in Europees verband in te zetten voor versterking van de
Markets in Financial Instruments Directive (MiFID) en Regulation (MiFIR), zodat deze
op de gebieden van (1) transparantievereisten, (2) sterk en onafhankelijk toezicht
door de relevante Europese instituties en (3) ex-antepositielimieten niet onder doen
voor de reeds bestaande Amerikaanse vereisten, zoals vastgelegd in de Dodd-Frank Wall
Street Reform and Consumer Protection Act;
verzoekt de regering tevens, de Kamer voor aanvang van het zomerreces een brief te
sturen met daarin een verslag van de onderhandelingen met betrekking tot de MiFID
en MiFIR tot dusver, een planning van de verdere onderhandelingen en een analyse van
de mogelijkheid om de gewenste versterkingen aan te brengen,
en gaat over tot de orde van de dag.