31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 758 MOTIE VAN HET LID VAN MEENEN

Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 1 juli 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de commissie-Van Rijn constateert dat universiteiten te hoge reserves c.q. een te hoge solvabiliteit aanhouden en oproept hiervoor een bovengrens te hanteren;

overwegende dat ook de huidige ondergrens van solvabiliteit waarna universiteiten onder verscherpt financieel toezicht komen te staan, hoog is;

overwegende dat universiteiten bij lange na nog niet in financiële problemen komen als de huidige ondergrens wordt onderschreden;

verzoekt de regering, te onderzoeken of de ondergrens van solvabiliteit op een verantwoorde manier kan worden verlaagd,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Meenen

Naar boven