31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 627 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 april 2018

In uw brief van 12 april jl. verzoekt u mij namens de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een schriftelijke reactie te doen toekomen op het actieplan Studentenwelzijn. Daarbij verzoekt de vaste commissie mij specifiek in te gaan op de rol van de landelijke overheid in de uitvoering van het actieplan.

Naar aanleiding van de motie van de leden Bruins en Asante1 heb ik op 13 februari jl. een gesprek gevoerd met de koepelorganisaties VSNU en Vereniging Hogescholen, de studentenbonden ISO en LSVb, expertisecentrum Handicap + Studie en de VNG. In dit overleg is besloten tot de vorming van de werkgroep Studentenwelzijn. De werkgroep richt zich hierbij niet enkel op studenten met psychische klachten maar op het brede spectrum van studentenwelzijn. De werkgroep Studentenwelzijn werkt op dit moment aan een gezamenlijke aanpak. Ik hecht aan deze gezamenlijke aanpak omdat studentenwelzijn onze gezamenlijke verantwoordelijkheid is.

Op 24 april heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de initiatiefnemers van het actieplan Studentenwelzijn en mijn ambtenaren. Het actieplan wordt tevens betrokken bij de gezamenlijke aanpak van de Werkgroep Studentenwelzijn.

Ik verwacht uw Kamer vóór het zomerreces van 2018 te kunnen informeren over de gezamenlijke aanpak van de werkgroep Studentenwelzijn. Hierbij zal ik tevens in gaan op de rol van de overheid en het actieplan Studentenwelzijn.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven


X Noot
1

Kamerstuk 34 550 VIII, nr. 116.

Naar boven