31 239 Stimulering duurzame energieproductie

Nr. 223 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 november 2016

Het kabinet spant zich samen met de andere partijen uit het Energieakkoord in om in 2020 14% hernieuwbare energie en in 2023 16% hernieuwbare energie te realiseren. De SDE+ is het belangrijkste instrument dat het kabinet hiervoor inzet. Op 27 september jl. is de najaarsronde van de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE+) met een verplichtingenbudget van € 5 miljard opengesteld. Deze ronde stond tot en met 27 oktober jl. open. Met deze brief informeer ik uw Kamer over de voorlopige resultaten van deze tweede ronde van de SDE+ 2016.

Ik ben verheugd om uw Kamer te melden dat er in de najaarsronde van de SDE+, net als in de voorjaarsronde het geval was, veel aanvragen zijn binnengekomen. Er zijn 4.726 aanvragen ingediend met een budgetclaim van in totaal bijna € 11,5 miljard. De aanvragen worden op dit moment door de Rijkdienst voor Ondernemend Nederland behandeld. De projecten worden zorgvuldig beoordeeld op basis van de eisen van de regeling en getoetst op technische, financiële en economische haalbaarheid. Dit proces zal in ieder geval tot het einde van dit jaar lopen. Dat er veel aanvragen zijn binnengekomen, betekent dat er ruim voldoende projecten zijn om het verplichtingenbudget volledig te beschikken. Het grote aantal aanvragen duidt er op dat ook de komende jaren zicht is op voldoende projecten om de transitie kosteneffectief door te zetten. Dit is een goed teken, omdat we richting 2020 grote stappen willen zetten in het vergroten van het aandeel hernieuwbare energie.

De najaarsronde is in vier fases opengesteld. Door te werken met verschillende fases, wordt met hetzelfde budget meer hernieuwbare energieproductie gerealiseerd. Figuur 1 toont het verloop van het aangevraagde budget per fase.

In de eerste fase (tot een basisbedrag van maximaal 9 cent/kWh) is er voor ruim € 2 miljard aangevraagd voor met name projecten in de categorieën wind op land en thermische conversie van biomassa. In de tweede fase (tot 11 cent/kWh) is het aangevraagd budget opgelopen tot ruim € 7 miljard, in het bijzonder door enkele aanvragen voor bij- en meestook van biomassa in kolencentrales, zon-PV en mest(co)-vergisting. Het aantal aanvragen voor zon-PV projecten dat tot en met de tweede fase is ingediend, is zeer hoog met 2.291 aanvragen. In de derde fase konden projecten tot 13 cent/kWh indienen. In deze fase zijn er vooral veel aanvragen voor zon-PV bijgekomen, het aangevraagd budget kwam hiermee op € 11,4 miljard. De openstelling van de vierde fase (tot 15 cent/kWh) heeft slechts enkele aanvragen opgeleverd.

Omdat de aanvragen nog inhoudelijk beoordeeld moeten worden, is het op dit moment nog niet mogelijk om aan te geven welke aanvragen een positieve beschikking zullen ontvangen. Wel is het zo dat een deel van de aanvragen voor bij- en meestook van biomassa zal worden afgewezen, omdat hiermee de in het Energieakkoord afgesproken grens van 25 PJ productie per jaar zou worden overschreden. Op grond van de afgegeven beschikkingen in de voorjaarsronde voor 10,4 PJ, kan nog maximaal 14,6 PJ worden beschikt.

Figuur 1 Verloop openstelling

Tabel 1 geeft een totaaloverzicht van de aanvragen in de verschillende categorieën. Hierbij zien we, net als in de voorjaarsronde, veel aangevraagd vermogen voor zon-PV. Daarnaast zijn er veel aanvragen ingediend voor de diverse biomassa categorieën en voor windenergie.

Tabel 1 SDE+ najaar 2016 aanvragen

Categorie	Aantal aanvragen	Maximaal aangevraagd vermogen(in MW)
Zon-PV	4431	2.439
Biomassa warmte en WKK	145	357
Windenergie	94	704
Zonthermie	27	30
Biomassa gas	15	158
Waterkracht	6	13
Biomassa bij- en meestook	5	1.185
Geothermie	2	43
AWZI/RWZI	1	2

Ik zal uw Kamer in januari informeren over de resultaten van de behandeling van de aanvragen door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp