31 142 Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet

Nr. 49 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 december 2014

Tijdens het Algemeen Overleg van 11 september jl. over verkiezingsaangelegenheden heb ik toegezegd de feitelijkheden in kaart te brengen over het stemmen op zondag1. Hierbij doe ik u de resultaten van deze inventarisatie toekomen. Op mijn verzoek heeft de Kiesraad een uitvraag gedaan onder de andere landen van de Europese Unie, Noorwegen, Zwitserland, Australië, Nieuw-Zeeland en Canada. 20 landen hebben gereageerd.2

U vindt in de bijlage bij deze brief een overzicht van de (in het Engels) gestelde vragen en de antwoorden daarop3. Hieronder treft u bovendien een korte weergave aan van de meest voorname bevindingen.

1. Stemmingsdag

Uit de respons blijkt dat in 17 van de 20 landen in het weekend wordt gestemd.

In 3 landen, te weten Denemarken, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk wordt op doordeweekse dagen gestemd. In Noorwegen bieden enkele gemeenten overigens wel de mogelijkheid om ook op zondag te stemmen. In 4 landen vinden de verkiezingen plaats op een zaterdag, te weten Ierland, Slowakije en Australië, en Nieuw-Zeeland. In Ierland kan op verschillende dagen gestemd worden, zo ook doordeweeks. In de overige dertien landen wordt uitsluitend op een zondag gestemd. Uit de respons blijkt dat de keuze voor een vaste stemmingsdag in het weekend geldt voor alle verkiezingen, zowel Europese verkiezingen, landelijke verkiezingen en gemeenteverkiezingen als verkiezingen voor een middenbestuur.

2. Opkomst

Uit de inventarisatie blijkt dat de opkomst per land en per verkiezing erg verschilt. In België is de opkomst met 90% het hoogst, in Luxemburg ligt de opkomst rond de 85%. In die landen geldt dan ook een opkomstplicht. In Zweden ligt de opkomst bij de landelijke, regionale en gemeentelijke verkiezingen gemiddeld rond de 84%, daar kent men geen opkomstplicht. In een aantal landen, met name landen in Oost-Europa, ligt de opkomst lager, rond de 40%. In onze andere buurlanden ligt de opkomst bij landelijke verkiezingen lager dan in Nederland.

In het VK is de opkomst 65%, in Duitsland 72% en in Frankrijk 57%. In Frankrijk is er voor de presidentsverkiezingen echter een hoge opkomst, te weten 80%.

Net als voor Nederland geldt dat in andere landen landelijke verkiezingen een hogere opkomst kennen dan regionale of gemeentelijke verkiezingen.

Ook is de opkomst voor de Europese verkiezingen veelal lager dan voor andere verkiezingen. Uit de inventarisatie komt naar voren dat in de andere landen geen onderzoek bekend is waarin is onderzocht of de keuze voor de stemmingsdag gevolgen heeft voor de opkomst.

3. Voorzieningen

Uit de respons blijkt dat er in de landen die stemmen op zaterdag of zondag geen groepen kiezers zijn die daar actief bezwaar tegen maken. De reden hiervoor is mogelijk te vinden in dat de dag van de stemming in alle gevallen al decennialang, of nog langer, op zaterdag of zondag plaatsvindt. Alleen in Ierland is in het verleden op religieuze gronden bezwaar gemaakt tegen stemmen op een zaterdag, daar heeft men toen briefstemmen voor mogelijk gemaakt.4

In 6 landen zijn voorzieningen getroffen die het mogelijk maken om op andere manieren te stemmen dan in een stemlokaal op de dag van de stemming.

In Australië, Duitsland, Zwitserland en Ierland, is het mogelijk om in de aanloop naar verkiezingen te stemmen per brief. In Finland en Zweden worden in de weken voorafgaand aan de verkiezingen al enkele stemlokalen geopend.

Deze stemmen worden bewaard en geteld op het moment dat de overige stemmen ook worden geteld. Een aanzienlijk deel van de Finse en Zweedse bevolking maakt daar gebruik van. Ook Zwitserland kent deze mogelijkheid.

4. Stembureauleden

In bijna de helft van de gevallen hanteert men een burgerplicht om in het weekend stembureaulid te zijn. Ook ambtenaren zijn in een aantal gevallen stembureaulid. Uitgezonderd Frankrijk krijgen stembureauleden voor hun werkzaamheden een vergoeding. Niet elk land specificeert het bedrag dat stembureauleden hiervoor krijgen. Op de vraag of ambtenaren of burgers de stembureaus bemannen wordt verschillend gereageerd. In enkele gevallen worden stembureaus bemand door ambtenaren, in de overige gevallen door burgers, in een aantal gevallen aangevuld met ambtenaren. Net als in Nederland wordt in andere landen doorgaans op dezelfde dag gestemd en geteld.

5. Stemlokalen

In de meeste landen maakt men gebruik van publieke gebouwen, waaronder scholen, stadhuis, kerken, gemeenschapsgebouwen, etc als locaties voor de stemlokalen. Ook in landen waar in het weekend wordt gestemd zijn deze locaties dan open. In enkele landen worden ook gebouwen in privaat bezit ingezet als stemlokaal, bijvoorbeeld hotels. Dit is echter de uitzondering.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Kamerstuk 33 829, nr. 5, p. 26

X Noot
2

Australië, België, Bulgarije, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Hongarije, Ierland, Kroatië, Luxemburg, Noorwegen, Nieuw-Zeeland, Oostenrijk, Portugal, Slowakije, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland.

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
4

Het betrof een Joodse minderheid die een religieuze feestdag viert op de dag van de stemming.

Naar boven