Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 augustus 2019
De Rechtbank Rotterdam heeft op 12 juli 2019 uitspraak gedaan in een procedure over
de kinderopvangtoeslag.1 Deze uitspraak heeft ook de aandacht van uw Kamer. De termijn voor het indienen van
het hoger beroepschrift door de Belastingdienst/Toeslagen verstrijkt vandaag. Er zijn
Kamervragen over gesteld door de leden Leijten, Azarkan en Omtzigt. Deze Kamervragen
zijn mede gelet op het reces nog niet beantwoord. Daarom hecht ik eraan uw Kamer over
deze procedure alvast te informeren met deze brief.
Door de uitspraak voelt de Belastingdienst/Toeslagen zich voor een dilemma gesteld.
Voorop staat dat de Belastingdienst/Toeslagen wil voldoen aan de uitspraak van de
rechter. De Belastingdienst/Toeslagen gaat niet in beroep tegen de delen van de uitspraak
van de rechtbank, die betrekking hebben op de kinderopvangtoeslag, de vergoeding van
immateriële schadevergoeding en het voorschot op de schadevergoeding. Ook het nieuwe
besluit van de Belastingdienst/Toeslagen om voor een deel van 2016 kinderopvangtoeslag
toe te kennen, blijft in stand.
In de uitspraak van 12 juli 2019 heeft de rechter echter ook geoordeeld dat de Belastingdienst/Toeslagen
het volledige dossier over het onderzoek bij een gastouderbureau moet verstrekken
aan een vraagouder. Voor de Belastingdienst/Toeslagen is het niet duidelijk wat precies
onder het volledige dossier van het onderzoek moet worden verstaan en of alle gegevens
uit dit volledige dossier wel mogen worden verstrekt. Het dossier bevat vertrouwelijke
informatie, zoals privacygevoelige gegevens van anderen. De Belastingdienst/Toeslagen
wil graag voldoen aan het oordeel van de rechter, maar heeft tevens een verantwoordelijkheid
om vertrouwelijk met de gegevens van derden om te gaan en kan ook gebonden worden
door zijn geheimhoudingsplicht.
De enige manier om de zekerheid te verkrijgen dat de Belastingdienst/Toeslagen voldoet
aan de verplichting die op hem rust, maakt, mede met het oog op andere zaken, het
oordeel van de Raad van State nodig. De Belastingdienst/Toeslagen heeft daarom vandaag
tegen uitsluitend het onderdeel van de uitspraak over de verstrekking van het volledige
dossier pro forma hoger beroep ingesteld bij de Raad van State. Gedurende de procedure
zal de Belastingdienst/Toeslagen een gelakte versie van het (volgens de Belastingdienst/Toeslagen)
volledige dossier doen toekomen aan zowel de belanghebbende als de rechter. Zoals
te doen gebruikelijk krijgt de rechter voor zijn beoordeling ook een ongelakte versie
van het (volgens de Belastingdienst/Toeslagen) volledige dossier, opdat uitsluitend
over deze beperkte vraag voor alle toekomstige procedures duidelijkheid kan worden
verkregen.
De Staatssecretaris van Financiën,
M. Snel