nr. 104
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN, WIJKEN EN INTEGRATIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 mei 2007
In deze brief wordt U, n.a.v. mijn toezegging in het AO van 29 maart
2007 (Kamerstuk 30 800 XI, nr. 99), geïnformeerd over de woningproductie
2006 en krijgt U een overzicht wanneer U nader wordt geïnformeerd.
Sinds 2003 wordt ingezet op een structurele verhoging van de woningproductie
en het aandeel woningen dat in eigenbouw wordt gerealiseerd (Woningbouwafspraken
2005 tot en met 2009). T.b.v. het opvangen van de natuurlijke aanwas van huishoudens,
de herstructurering en het terugdringen van het woningtekort tot gemiddeld
1,5% in 2010, moeten in de periode 2005–2010 landelijk 445 000
woningen worden gerealiseerd (inclusief woningen anders dan door nieuwbouw).
In stedelijke regio’s waarmee de woningbouwafspraken zijn gemaakt, moeten
in die periode ca. 360 000 woningen worden gerealiseerd.
In 2006 bedroeg de landelijke productie, volgens de CBS-cijfers, 79 700
woningen (inclusief woningen anders dan door nieuwbouw). De productie is daarmee
ten opzichte van 2005 met 5 300 woningen gestegen, maar ook met 5 300
woningen achtergebleven bij het streefcijfer zoals opgenomen in de begroting
2006. In de stedelijke regio’s is over 2006 ruim 85% van de voor
2006 geplande woningproductie gereed gemeld.
Het aandeel in eigenbouw gerealiseerde woningen blijft evenals in 2005
sterk achter bij de verwachtingen. De BLS-regeling voor eigenbouw, zoals toegezegd
in het AO van 8 februari 2006, wordt gewijzigd om de stimulerende werking
daarvan te vergroten. Daarbij wordt rekening gehouden met de motie Depla c.s.
van 20 december 2006 (Kamerstukken II, 2006–2007, 30 800 XI,
nr. 48).
De woningbouwafspraken 2005 tot en met 2009 behelzen een uitvoeringsperiode
van 5 jaar. Voor de tussenliggende periode zijn er geen harde prestaties gedefinieerd
ten aanzien van het te realiseren doelbereik. Bij de eindverantwoording in
2010 kunnen conclusies worden getrokken met betrekking tot het alsdan gerealiseerde
doelbereik.
Woningproductie: | Realisatie 2003 | Realisatie
2004 | Realisatie 2005 | Streefwaarde 2006 | Realisa-tie
2006 |
---|
* Stedelijke regio’s | 49 000 | 50 600 | 56 700 | 68 300 | 58 350 |
* Overig Nederland | 15 800 | 21 000 | 17 700 | 16 700 | 21 350 |
Nederland totaal | 64 800 | 71 600 | 74 400 | 85 000 | 79 700 |
Woningproductie corporaties | 13 350 | 14 600 | 17 000 | n.v.t. | 18 950 |
Bron: CBS/Woningmutatiebestand
Het aantal bouwvergunningen is flink gestegen (in 2006 16% meer
dan in 2005). Het aandeel van de corporaties in de woningproductie is in 2006
eveneens behoorlijk toegenomen (bijna 12%).
De VROM-accountmanagers volgen nauwlettend de uitvoering van de woningbouwafspraken
in de stedelijke regio’s, hebben inzicht in de risico’s en knelpunten
en bespreken deze met lokale en regionale partijen om tot oplossingen te komen.
Daarbij worden ook VROM-aanjaagteams ingezet om de ontwikkeling van locaties
te helpen versnellen.
Door middel van de Monitor Nieuwbouw en de Thermometer Woningbouwafspraken
wordt de voortgang in alle stedelijke regio’s gevolgd en waar nodig
worden maatregelen genomen om de uitvoering te stimuleren. Tijdens het jaarlijkse
bestuurlijke evaluatieoverleg (Kamerstukken II, 2006–2007, 27 562
XI, nr. 9) zijn knelpunten en oplossingen voor de woningproductie besproken
met betrekking tot onder andere luchtkwaliteit en bestemmingsplancapaciteit.
In 2007 wordt dit overleg voortgezet.
U wordt nader geïnformeerd volgens onderstaande planning:
Jaar 2007 | Product |
---|
Woningproductiecijfers, regionale uitsplitsing | Antwoord n.a.v. van vraag vaste kamercommissie,
mei 2007 |
Sociale woningbouw in Stad en Ommeland |
Uitkomsten WoON en Socrates (Woningmarktmodel) | Voor de zomer |
Woningbouwprognose 2007–2012 | Voor de zomer |
Monitor Plancapaciteit, regionaal uitgesplitst | Nieuwbouwbrief oktober 2007 |
Bestuurdersconferenties, regionaal uitgesplitst | Nieuwbouwbrief oktober 2007 |
Evaluatie Woningbouwafspraken regionaal uitgesplitst | Nieuwbouwbrief oktober 2007 |
Onderzoek openstaande bouwvergunningen | Nieuwbouwbrief oktober 2007 |
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,
C. P. Vogelaar