nr. 8
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 juli 2009
Hierbij bied ik u aan het kaderdocument Grenstoezicht.1 In dit document is op hoofdlijnen een visie op het grenstoezicht uitgewerkt.
In het kaderdocument Grenstoezicht worden maatregelen voor de middellange
en lange termijn voorgesteld. Daarbij wordt gebruik gemaakt van technologie
en geïntegreerde risico-inventarisaties en -analyses.
Sinds het rapport van de Algemene Rekenkamer (AR) in 2005 over «Het
gebruik van grenscontroles bij terrorismebestrijding»2 is fors geïnvesteerd in het grenstoezicht, onder meer door het
uitvoeren van het «plan van aanpak verbetering grenscontroles»3.
Voor de komende jaren is het van belang dat in het grenstoezicht sprake
is van een goede balans tussen enerzijds het controle- en veiligheidsbelang
en anderzijds het economisch belang van Nederland bij een vlotte en klantgerichte
afhandeling van personen- en goederenstromen. Het vinden en behouden van de
juiste balans ziet het kabinet als zijn belangrijkste uitdaging.
Voor een solide en toekomstgerichte inrichting van grenstoezicht zal het
kabinet steeds meer investeren in informatie- en risicogestuurd optreden.
Hiervoor is een belangrijke randvoorwaarde dat alle diensten die betrokken
zijn bij het grenstoezicht, zoals de Koninklijke Marechaussee, Douane, Zeehavenpolitie
en inlichtingendiensten informatie uitwisselen en met elkaar in verband brengen.
Op basis daarvan kan een integrale profielschets van een reiziger en diens
bagage worden opgesteld. Aan de hand van dergelijk «profiling»
kan worden beoordeeld of de desbetreffende persoon extra aandacht behoeft
in het grenstoezichtproces zodat illegale immigratie en (georganiseerde) migratiecriminaliteit,
zoals mensenhandel- en smokkel van minderjarige kinderen beter kunnen worden
bestreden. Profiling maakt differentiatie in passagiersstromen mogelijk.
Door die differentiatie kan de focus in het grenstoezicht worden gelegd
op die passagiers met een verhoogd risico in kader van illegale immigratie
en georganiseerde criminaliteit en tegelijkertijd de grenspassage van passagiers
met een laag risico, de zogenaamde bonafide reizigers, verder worden gefaciliteerd,
hetgeen weer een positieve uitwerking heeft op de aantrekkelijkheid van Nederland
als zakelijke en toeristische bestemming.
Een belangrijke maatregel om de hier boven geschetste ambitie te verwezenlijken
is het inrichten van het programma Vernieuwing Grensmanagement (VGM). Met
het programma wordt ook geanticipeerd op de voorstellen van de Europese Commissie
met betrekking tot het verbeteren van het grenstoezicht in de Europese Unie1. In het bijgevoegde kaderdocument Grenstoezicht treft
u een nadere uitwerking van het programma Vernieuwing Grensmanagement aan.
De minister van Justitie,
E. M. H. Hirsch Ballin
XNoot
1Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
XNoot
2TK 2005–2006, 30 315, nrs. 1–2.
XNoot
3TK 2005–2006, 30 315, nr. 3.
XNoot
1Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees
Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de regio’s
inzake de voorbereiding van de volgende stappen in het grensbeheer in de Europese
Unie.