30 080 Planologische kernbeslissing Ruimte voor de rivier

Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 oktober 2017

Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, de 30^e voortgangsrapportage (VGR30) aan over het programma Ruimte voor de Rivier¹. De rapportage bestrijkt de periode van 1 januari 2017 tot en met 30 juni 2017.

In de verslagperiode is de waterveiligheid behaald voor de maatregel Hoogwatergeul Veessen-Wapenveld. Dit is het project met de grootste waterstanddaling van het programma: inzet van de hoogwatergeul zorgt voor 71 centimeter waterstanddaling. De waterveiligheid hoeft enkel nog bij Huissensche Waarden en Extra Uiterwaardvergraving Millingerwaard behaald te worden, wat naar verwachting komende verslagperiode gebeurt. Ook bij het overgrote deel van de maatregelen is de Ruimtelijke kwaliteit inmiddels gerealiseerd. Daarmee zijn de beide doelstellingen van Ruimte voor de Rivier binnen handbereik.

De afgelopen tien jaar is de PKB Ruimte voor de Rivier, via een planstudiefase tot realisatie gekomen. Er is in deze tijdspanne ruim € 2 miljard aan projecten omgezet om Nederland waterveiliger en het rivierengebied mooier te maken. Dit is gebeurd in goede samenwerking tussen gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat. Dat vind ik een prestatie van formaat. Met de afronding van Ruimte voor de Rivier in zicht, richt het programma de krachten nu op het laatste deel van haar opgave waarbij een zorgvuldige afhechting en overdracht van de maatregelen aan de eindbeheerders centraal staan. Parallel daaraan is op uw verzoek de eindevaluatie van het programma in gang gezet. De uitkomsten hiervan zullen u bij VGR31 worden aangeboden, wat naar verwachting de laatste VGR van het programma zal zijn.

Samenvatting wijzigingen ten opzichte van de 29^e VGR²

Planning

In de verslagperiode zijn geen wijzigingen opgetreden in de beoogde data van behalen waterveiligheid bij de resterende maatregelen.

Financiën

De actuele programmaraming van Ruimte voor de Rivier bedraagt op peildatum 30 juni 2017 € 2.280,4 miljoen en is daarmee gedaald ten opzichte van de vorige verslagperiode. De vrije ruimte bedraagt aan het eind van de verslagperiode € 106,3 miljoen. Van de vrije ruimte wordt € 77,6 miljoen in de tweede helft van 2017 onttrokken aan het programmabudget en toegevoegd aan de vrije investeringsruimte van het Deltafonds (effectuering in de Miljoenennota 2018 en VGR31).

Risico’s

In de verslagperiode is de risicoreservering verhoogd, mede omdat de verwachting is dat enkele langlopende contractuele discussies met opdrachtnemers duurder uitvallen dan initieel verwacht.

Scope

In de verslagperiode zijn geen inhoudelijke scopewijzigingen vastgesteld.

Ontwikkelingen na de verslagperiode

In VGR30 wordt melding gemaakt van het risico van vertraagde start van de werkzaamheden bij Huissensche Waarden. Dit als gevolg van de ingediende beroepen en aangevraagde voorlopige voorziening naar aanleiding van de ruimtelijke vergunningen. Na de verslagperiode is gebleken dat de aangevraagde voorlopige voorziening niet is toegekend, waardoor de opdrachtnemer op 28 augustus 2017 is gestart met de werkzaamheden. De verwachting is dat de werkzaamheden in 2017 worden afgerond.

De VGR30 geeft samen met de voortgangsrapportages Maaswerken (Kamerstuk 18 106, nr. 241) en het Tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2)(Kamerstuk 32 698, nr. 37) inzicht in de voortgang die we maken met de hoogwaterbescherming in heel Nederland.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

---

1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

2 Kamerstuk 30 080, nr. 85