Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 29924 nr. 126 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 29924 nr. 126 |
Vastgesteld 22 juni 2015
De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Defensie over de brief van 1 mei 2015 inzake het openbaar jaarverslag van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) over het jaar 2014 (Kamerstuk 29 924, nr. 124).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 19 juni 2015. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Ten Broeke
De griffier van de commissie, Van Leiden
1
Kunt u in een tabel een overzicht geven van de geplande en gerealiseerde uitgaven voor de MIVD, per jaar, in de jaren 2000–2020?
De defensiebegroting is er niet op ingericht om de exacte (geplande) uitgaven specifiek voor de MIVD weer te geven. De geplande en gerealiseerde uitgaven die toe te rekenen zijn aan de MIVD over de jaren 2000–2020 zijn verweven in toebedeelde budgetten bij verschillende defensieonderdelen en agentschappen in de begrotings- en verantwoordingsartikelen van Defensie.
2
Is de jihadistische dreiging in Mali veranderd sinds de komst van internationale troepen? Zo ja, op welke wijze?
Ja. Met de komst van internationale troepen zijn de jihadisten van een symmetrisch naar een asymmetrisch optreden overgegaan, waarbij jihadisten de internationale troepen beschouwen als legitiem doelwit. Tot en met 2014 vond het overgrote deel van de aanslagen plaats in de regio’s Kidal, Gao en, in mindere mate, Timboektoe. Daarnaast hebben nieuwe middelen hun intrede gedaan. Zo zijn vanaf eind 2014 in Gao-stad voor het eerst magnetisch bevestigde IED’s ingezet.
3
Kunt u (procentueel) uitdrukken hoeveel capaciteit van de MIVD opgaat aan de «kleine missies».
15
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als fte, door de Nederlandse bijdrage aan de Combined Maritime Forces (CMF) in Bahrein?
28
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan UNTSO in Libanon, Syrië en Israël?
29
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan UNDOF in Syrië en Israël?
34
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan MFO in Egypte, Sinaï?
35
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan EUBAM Rafah in de Gazastrook?
36
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan USCC Gazastrook?
39
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan ACOTA en SSR in Burundi?
43
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan EUTM in Somalië?
45
Kunt u aangeven hoeveel capaciteit de MIVD moet inzetten, zowel financieel als personeel, door de Nederlandse bijdrage aan UNMISS in Zuid Soedan?
Antwoord op vragen 3, 15, 28, 29, 34, 35, 36, 39, 43 en 45:
Ik doe in het openbaar geen mededelingen over de mate waarin MIVD-capaciteit wordt ingezet op specifieke dossiers.
4
Kan de MIVD het flinke aantal kleine missies, waaraan Nederland deelneemt, in voldoende mate en naar wens ondersteunen?
De MIVD moet zijn capaciteiten gericht inzetten. Samen met de afnemers worden prioriteiten gesteld, en, indien de actualiteit daarom vraagt, ook aangepast. Ten behoeve van de veiligheid van uitgezonden defensiemedewerkers, heeft missieondersteuning (waaronder de kleine missies) altijd prioriteit.
5
In welke mate is de kans op terroristische aanslagen in Nederland toegenomen door de missie in Mali (MINUSMA) en de Nederlandse deelname in de strijd tegen IS?
7
Bij hoeveel (en welke) militaire operaties heeft de MIVD berichten ontvangen dat Nederlandse inzet gevolgen had voor de nationale veiligheid?
Antwoord op vragen 5 en 7:
De MIVD heeft niet geconstateerd dat de deelname van Nederland aan MINUSMA heeft geleid tot een toename van de dreiging op het gebied van jihadistisch terrorisme in Nederland. De actieve deelname van Nederlandse F-16»s aan de internationale coalitie tegen ISIS heeft er wel toe geleid dat de dreiging van de kant van jihadistische netwerken en/of individuen tegen Nederland is toegenomen.
6
Voert de MIVD te allen tijden een strategic warning zelfstandig uit of met andere organisaties?
De MIVD voert strategic warning uit in samenwerking met andere organisaties, zowel in bondgenootschappelijk verband (NAVO) als bilateraal met een aantal NAVO-bondgenoten. Voor het tijdig duiden van relevante ontwikkelingen in missiegebieden of potentiele missiegebieden heeft de MIVD een van strategic warning afgeleide methodiek ontwikkeld. Deze (gerubriceerde) rapportages worden onder leiding van de MIVD opgesteld met actieve inbreng van andere organisaties, waaronder de AIVD en de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Buitenlandse Zaken.
8
Heeft de MIVD voldoende middelen om de veranderde internationale veiligheidssituatie te kunnen monitoren?
De vraag naar inlichtingen is structureel groter dan de capaciteit van de dienst. In overleg met de afnemers van inlichtingenproducten wordt periodiek overeengekomen welke onderzoeken de MIVD zal uitvoeren en welke niet. De MIVD is in staat om de met de afnemers afgesproken onderzoeken, waaronder het monitoren van de veiligheidssituatie, uit te voeren.
9
Aan welke nieuwe technische mogelijkheden kan worden gedacht als grondslag voor de modernisering van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (WIV)?
65
Op welke punten in volgens de MIVD de WIV aan modernisering toe?
Antwoord op vragen 9 en 65:
De grondslag voor de modernisering van de WIV ligt in de uitkomsten van het rapport «Evaluatie Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002. Naar een nieuwe balans tussen bevoegdheden en waarborgen» van de commissie-Dessens. Het rapport concludeerde dat niet alleen de technologische ontwikkelingen, maar ook wettelijke en verdragsrechtelijke normen betreffende het werk van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten het laatste decennium een verdere ontwikkeling hebben doorgemaakt. De evaluatiecommissie kwam daarom tot de conclusie dat de Wiv op een aantal belangrijke punten aan modernisering toe is. Specifiek op technisch gebied kwam de commissie Dessens tot de conclusie dat de techniekafhankelijke interceptiebepalingen van de Wiv 2002 op basis van het onderscheid tussen de ether en de kabel, niet meer te rijmen valt met de snel voortschrijdende technologische ontwikkelingen. Zoals opgetekend in de reactie van het kabinet op de evaluatie (Kamerstuk 33 820, nr. 4, d.d. 21 november 2014), is het kabinet dan ook van oordeel dat dit onderscheid achterhaald is, en in de wet dient te vervallen.
10
Wat is de planning voor de modernisering van de WIV?
De (internet)consultatieperiode start medio 2015 en duurt zes weken. Na afloop van de periode voor internetconsulatie zullen de uitgebrachte adviezen en opmerkingen, waar nodig, worden verwerkt. De verwachting is dat hiervoor een periode van zes weken moet worden genomen. De aan de Kamer toegezegde Privacy Impact Assessment door een onafhankelijke partij zal naar verwachting eind 2015 worden afgerond. Daarna zal het voorstel worden gereedgemaakt voor verzending naar de ministerraad. Na aanvaarding in de ministerraad kan het worden aangeboden aan de Afdeling Advisering van de Raad van State, ten behoeve van aanbieding aan uw Kamer. Afhankelijk van de tijd die de Afdeling Advisering nodig heeft voor het uitbrengen van haar advies, zal daarna het nader rapport worden opgesteld ten behoeve van aanbieding aan uw Kamer. De daarvoor benodigde tijd is mede afhankelijk van de aard en inhoud van het advies.
11
Kan worden aangegeven op welke gebieden extra personeel wordt aangesteld? Aan welke functieprofielen wordt gedacht bij uitbreiding voor verwerving, verwerking en analyse van aan terrorisme en extremisme gerelateerde informatie?
In 2015 zal extra personeel worden aangesteld ter versterking van de ICT, de juridische ondersteuning en cybercapaciteiten bij de dienst. In het kader van de door het kabinet aangekondigde versterking van de veiligheidsketen zal een diversiteit aan functionaliteiten worden geworven, zoals analisten en vertalers.
12
Wordt de prioritering van onderzoeken door de MIVD zelf bepaald?
Nee, de MIVD prioriteert onderzoeken in nauwe samenspraak met de afnemers.
13
Is de budgetverhoging voldoende om de veiligheid naar wens te waarborgen?
De recente budgetverhoging ziet op de versterking van de inlichtingencapaciteit voor contra-terrorisme. Het waarborgen van absolute veiligheid (binnen alle domeinen) is onmogelijk, de dienst doet echter naar vermogen onderzoek naar actoren die de veiligheid van Nederland of Nederlandse troepen in het buitenland kunnen bedreigen.
14
Beschikt de MIVD binnen het huidige takenpakket over voldoende gekwalificeerd personeel? Zo nee, waar zitten de tekorten?
Door bezuinigingen is er op onderdelen sprake geweest van personele ondervulling, die nu wordt ingelopen. Het takenpakket van de MIVD is de afgelopen jaren gegroeid, hetgeen een spanningsveld heeft opgeleverd in relatie tot de aanwezige capaciteit. Uw kamer is begin dit jaar geïnformeerd over versterkingen van de MIVD op het gebied van contra-terrorisme (Kamerstuk 29 754, nr. 302).
16
Is de analyse rond de crisis in de Oekraïne gericht geweest op de Russische rol of is er ook gekeken naar andere (buur)landen?
De Russische Federatie heeft doorslaggevende politieke en militaire betrokkenheid bij het conflict in Oost-Oekraine en de annexatie van de Krim. De MIVD heeft zich vooral gericht op de rol van de Russische Federatie en de invloed hiervan op de veiligheidssituatie in Oekraïne, ten aanzien van de NAVO en MH17 repatrieringsmissie. De rol van de overige buurlanden rond de crisis in Oekraïne was verwaarloosbaar.
17
Bestaat er, gezien de situatie in het nabije verleden, niet nog steeds een optimale inlichtingenpositie over de situatie in de Russische Federatie?
Over de inlichtingenpositie van de MIVD kan ik in het openbaar geen uitspraken doen.
18
Wat zijn de consequenties van de verslechterde veiligheidssituatie in Afghanistan voor de Nederlandse deelname aan de Resolute Support missie?
19
Welke gevolgen heeft de verslechterde veiligheidssituatie in Afghanistan voor de Resolute Support missie en de Nederlandse bijdrage daaraan?
Antwoord op vraag 18 en 19.
De veiligheidssituatie in Afghanistan wordt zowel in het operatiegebied als in Nederland continu beschouwd. Daarbij wordt beoordeeld of dit van invloed is op de huidige en eventueel toekomstige deelneming van Nederlandse militairen in Afghanistan. Vooralsnog heeft dit geen directe consequenties voor de Nederlandse deelneming. De verslechterde veiligheidssituatie onderstreept wel de noodzaak tot het voortzetten van het trainen, het adviseren en het assisteren van de Afghaanse veiligheidstroepen en de daaraan verbonden instituties binnen de Resolute Support missie.
20
Kunt u aangeven hoe de veiligheidssituatie in het gebied rond Kunduz in 2014 is geweest?
Hoewel de MIVD in 2014 niet langer specifiek naar de veiligheidssituatie in Kunduz heeft gekeken, was de algehele veiligheidssituatie in 2014 in de provincie Kunduz waarschijnlijk vergelijkbaar met die in medio 2013. Wel is het aantal geweldsincidenten in de provincie gestegen, waarbij het vooral onrustig was in de omliggende districten rond de stad Kunduz.
21
Monitoren de Nederlandse militairen binnen MINUSMA ook activiteiten aangaande internationale criminaliteit, waaronder smokkel van illegale immigranten? Is dat een taak die de militairen naast hun huidige takenpakket zouden kunnen uitvoeren, met als doel een bijdrage te leveren aan het tegengaan van irreguliere migratie richting Europa?
De All Source Information Fusion Unit (ASIFU) in Bamako en de Nederlandse eenheden in Gao (de Intelligence, Surveillance and Reconnaissance (ISR) compagnie, de special forces en het helikopter detachement) richten hun aandacht op de hoofdtaken van MINUSMA, namelijk de bescherming van de burgerbevolking, stabilisering van Mali, ondersteuning van het politieke proces en ondersteuning van het herstel van het gezag van de Malinese overheid in het Noorden. Daarnaast wordt op beperkte schaal informatie verzameld over internationale criminaliteit, waaronder mensensmokkel. Nederland spant zich er momenteel voor in om in het nieuwe mandaat voor MINUSMA, dat eind juni door de VN-Veiligheidsraad zal worden aangenomen, ook een verwijzing op te laten nemen naar het tegengaan van mensensmokkel. Dit kan een handvat bieden om in de missie meer aandacht te besteden aan dit onderwerp, hoewel de mogelijkheden hiertoe met de huidige capaciteit relatief beperkt zijn.
22
Hoe luidde de analyse van de MIVD bij aanvang van de Nederlandse deelname aan MINUSMA?
De MIVD analyse als vertaald in de artikel 100-brief MINUSMA van 1 november 2013 luidde samengevat dat: «– mede dankzij de Franse operatie Serval en MINUSMA – is de situatie in het noorden inmiddels relatief kalm maar fragiel (Kamerstuk 29 521, nr. 213). Daarnaast zijn in het noorden nog steeds separatisten en jihadisten aanwezig. Vanuit deze laatsten gaat met name een dreiging uit. Mali kent verder etnische conflicten tussen en binnen Arabische, Toeareg en Peuhl gemeenschappen. Ook Banditisme en drugshandel blijft een veiligheidsprobleem. Bij dit alles beïnvloeden de ontwikkelingen in Mali en de regio elkaar over en weer. Hierdoor blijft de regionale veiligheidssituatie instabiel».
23
Op welke manier heeft het werk van de Nederlandse militairen de doelstelling van stabiliteit en veiligheid voor de Malinese burgers dichterbij gebracht?
Nederland heeft een wezenlijk aandeel gehad in het opzetten van een moderne en goed geëquipeerde inlichtingenketen, die de missie in staat stelt zijn doelstellingen, waaronder het bevorderen van stabiliteit en veiligheid in Mali, beter uit te voeren. Nederland voorziet MINUSMA van kwalitatief hoogwaardige capaciteiten zoals special forces, de ISR-compagnie en helikopters. Naast het vergaren van inlichtingen zijn deze capaciteiten ook ingezet voor het beschermen van de burgerbevolking, voor medische evacuatie en voor het beveiligen van bezoeken in het kader van de vredesonderhandelingen.
24
Waarom hebben de Franse troepen zich in 2014 (ten dele) teruggetrokken uit de provincie Kidal in Mali? In welke omvang heeft dat gevolgen voor de inzet van de Nederlandse troepen?
MINUSMA heeft zich sinds medio 2014 meer op het noorden gericht, waardoor er meer behoefte is aan inlichtingen over dit gebied. Hierdoor zijn ook de Nederlandse activiteiten in Kidal toegenomen. MINUSMA heeft echter geen taken overgenomen van de Franse operatie in Mali, die immers een ander mandaat heeft dan de VN-missie.
25
Bij hoeveel schietincidenten zijn Nederlandse militairen tijdens de anti-piraterij operaties betrokken geweest?
Nederlandse militairen zijn in 2014 ingezet in twee anti-piraterij operaties: de EUNAVFOR ATALANTA en de EUTM Somalië. In beide operaties zijn in het jaar 2014 geen Nederlandse militairen betrokken geweest bij schietincidenten.
26
Wat zijn volgens de MIVD-analyse mogelijke oplossingen om te komen tot een betere politieke- en veiligheidssituatie in Somalië?
De MIVD levert inlichtingenproducten aan (ondermeer) de ministeries van Defensie en Buitenlandse Zaken, die handelen over de veiligheidssituatie in een gebied. De Somalische autoriteiten en de internationale gemeenschap dragen zorg voor oplossingen om te komen tot een betere politieke situatie en veiligheidssituatie. De Somalische federale regering staat daarbij voor een uitzonderlijk moeilijke taak. De afwezigheid van een centraal gezag gedurende meer dan 20 jaar heeft gevestigde belangen gecreëerd die niet zomaar worden opgegeven. De legitimiteit van de regering moet verder groeien. Een voortdurende politieke en materiële steun – en het uitoefenen van druk op de regering zal noodzakelijk blijven om de gestelde doelen te bereiken.
27
Komen uit de MIVD-analyse ook mogelijke oplossingsscenario's voor de problemen in Irak? Zo ja, welke zijn dit dan?
Het kabinet is van mening dat de strijd tegen ISIS uiteindelijk alleen duurzaam succesvol kan zijn indien een strategie wordt gevolgd die zich ook richt op een structurele oplossing van de problemen in Irak en Syrië. De analyses van de MIVD leveren een belangrijke bijdrage aan het evalueren en signaleren van mogelijke oplossingsrichtingen en bevestigen het belang van een whole of government aanpak van de problemen in Irak en Syrië. Een constructieve rol van de regionale grootmachten en omliggende landen is hierbij essentieel. Nederland werkt daartoe samen met partners binnen en buiten de regio. Het kabinet heeft er binnen de EU met succes op aangedrongen dat een dergelijke strategie, die ook sociaaleconomische elementen bevat, is ontwikkeld. Binnen de coalitie wordt de bredere strategie uitgewerkt in de diverse coalitie werkgroepen.
30
Van welke organisatie gaat voor het Westen en Nederland in het bijzonder momenteel een grotere dreiging uit: ISIS of Al-Qaeda? Graag een toelichting.
Voor uitgebreide informatie over de jihadistische dreiging richting Nederland en het Westen, verwijs ik u naar het meest recente Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (Kamerstuk 29 754 nr. 307, d.d. 7 april 2015).
31
Wat zijn de grootste verschillen tussen de werkwijze en analyses van de AIVD en MIVD?
De AIVD en MIVD zijn beide inlichtingen- en veiligheidsdiensten, werken veelal voor dezelfde afnemers en conform de Wiv2002. De MIVD richt zich op onderwerpen met een militaire relevantie, waarbij de geïntegreerde benadering (3D: Defense, Diplomacy, Development) centraal staat. Er zijn uiteraard organisatorische verschillen, maar in het algemeen zijn de verschillen in werkwijze en analyse niet groot. Er zijn gezamenlijke teams en binnen het vakgebied «analyse» zijn methodieken, standaarden en terminologie afgestemd en geharmoniseerd.
32
Is samenwerking tussen de AIVD en MIVD, zoals beschreven in Syrië en Libanon, niet bij elke/meerdere situatie(s) gewenst?
De mate van samenwerking tussen de AIVD en MIVD is afhankelijk van de specifieke vraagstelling (wat voor soort inlichtingen, welke afnemer, welk aandachtsgebied, thema of expertise, etc.). Doeltreffendheid en efficiencywinst spelen daarbij ook een rol. Doorlopend wordt, naast de reeds bestaande samenwerking binnen gezamenlijke teams/units en andere werkverbanden, bezien of samenwerking synergie oplevert.
33
Wat is de uitkomst van het onderzoek dat in 2014 is verricht door de MIVD voor wat betreft de dreiging van ISIS in de richting van Defensie in Nederland en eenheden van Defensie die deelnemen aan de operaties in de regio? Is die uitkomst voor de eerste maanden van 2015 aan verandering onderhevig? Zo ja, waarom?
Het onderzoek dat in 2014 door de MIVD is verricht naar de mogelijke dreiging die uitgaat van ISIS naar Defensiebelangen in Nederland en in de regio heeft niet geleid tot een aanpassing van het dreigingsniveau voor deze gebieden. Op het actuele dreigingsniveau kan ik in het openbaar niet ingaan.
37
Is de veiligheidssituatie in Libanon aan het verslechteren? Zo ja, draagt het regime van Assad daaraan aktief bij?
De veiligheidssituatie in Libanon kenmerkt zich door een fragiele stabiliteit. Er zijn geen aanwijzingen dat de veiligheidssituatie verslechtert door invloed van het Assad-regime. De van oorsprong Libanese (sjiitische) Hezbollah-beweging vecht in delen van Syrië mee aan de zijde van het bewind. Tot op heden leidt dit in Libanon vooral tot maatschappelijke spanningen, met name onder soennieten. Enkele salafi-jihadistische groeperingen hebben de intentie om aanslagen te plegen in Libanon. Dit is echter nog nauwelijks gelukt als gevolg van verscherpte beveiligingsmaatregelen in Libanon.
38
Wat is de analyse van de MIVD van het feit dat de populariteit van Hamas toeneemt bij strijd met Israël en welke conclusie trekt u uit deze analyse?
Hoewel het conflict tussen Israël en Hamas tot grote verwoestingen leidde op de Gazastrook, nam de populariteit van Hamas met name onder de bevolking van Gaza sterk toe. De meeste inwoners van Gaza beschouwden de partij als overwinnaar van het conflict. Het dreigingsniveau jegens Israël is evenwel afhankelijk van veel factoren. Er is vooralsnog geen sprake van een toegenomen dreiging jegens Israël. De prioriteit van Hamas ligt momenteel bij de wederopbouw van Gaza en het herstel van haar militaire capaciteit.
40
Heeft u de belangrijkste smokkelroutes, zowel van mensen als van wapens voor de milities, in Libië in kaart kunnen brengen?
In voorbereiding op de militaire missie in Mali heeft de MIVD onderzoek gedaan naar regionale smokkelroutes. De MIVD heeft zicht op een deel van de smokkelroutes in Noord-Afrika.
41
Kunt u aangeven uit welke landen/regio’s de wapens van de Libische milities veelal komen?
De wapens komen grotendeels uit Libië zelf, waarschijnlijk voor een aanzienlijk deel uit de wapendepots die zijn opgebouwd tijdens het regime van Qadaffi.
42
Hoe groot is de financiële bijdrage van Nederland aan de Egypte/MFO-missie in 2015?
De financiële bijdrage van Nederland aan de Multinational Force and Observers-missie in 2015 bedraagt 750.000 USD.
44
Met hoeveel fte-personeel draagt Nederland bij aan de USSC-missie? Hoeveel fte-personeel staat er momenteel op stand by voor de EU Border Assistance Mission-Rafah? Hoe lang wordt dit personeel voor deze missie nog op stand by gehouden?
Nederland draagt bij aan de USSC-missie met vijf personen. Sinds 23 april 2015 staat er geen personeel meer stand by voor EUBAM RAFAH. De notice to move is 90 dagen geworden (was 30 dagen). Deze 90 dagen zijn ruim voldoende om personeel aan te wijzen en op te leiden voor de uitvoering van de missie.
46
Heeft de MIVD (gedetailleerde) informatie over de situatie in Guinee-Bissau? Is dit land aktief betrokken (tot en met de regering) bij de doorvoer van hard drugs van Zuid-Amerika naar Europa?
De MIVD heeft geen eigenstandige informatiepositie op Guinee-Bissau.
47
Wordt er met betrekking tot Libië ten behoeve van de inlichtingenvergaring samengewerkt door de militaire inlichtingendiensten van de NAVO-landen? Zo ja, op welke wijze kan die samenwerking worden geïntensiveerd?
De MIVD werkt op het dossier Libië samen met diensten van NAVO-partners. Ook in de toekomst zullen informatie, inzichten en analyses worden uitgewisseld tussen deze diensten.
48
Is Venezuela het enige Zuid-Amerikaanse land waarvan de MIVD analyses maakt?
De AIVD en MIVD hebben een gezamenlijk team dat zich richt op het Caribisch Gebied. In dit verband worden analyses gemaakt over verschillende voor het Koninkrijk relevante ontwikkelingen in deze regio. Over de exacte onderzoeksopdrachten van dit team kan ik in het openbaar geen uitspraken doen.
49
Klopt het dat 11.250 Nederlandse militairen in 2014 een dienstreis naar het buitenland hebben gemaakt? Naar welke landen gingen zij?
Dit getal refereert naar het aantal dienstreizen (militairen en burgerpersoneel Defensie) waarvoor bij de MIVD een request for visit is ingediend. Het overgrote deel van deze reizen heeft als bestemming NAVO- of EU-partnerlanden. Over de exacte bestemmingen kan ik in het openbaar geen uitspraken doen.
50
Hebben aanslagen, zoals die van al-Shabaab in havens van Djibouti, invloed op het havenprogramma van schepen van de Nederlandse Koninklijke Marine? Zo ja, op welke wijze?
Schepen hebben onverminderd behoefte aan havenbezoeken voor herbevoorrading. Havenbezoeken worden altijd zorgvuldig gekozen en gepland, rekening houdend met de lokale situatie en dreiging. Vervolgens houdt de eenheid hier rekening mee met het inrichten van de bewaking en bewegingsvrijheid van de bemanning. Naar behoefte wordt bijvoorbeeld de lokale autoriteiten gevraagd de toegang tot de steiger te bewaken of worden andere additionele maatregelen genomen. Hier is na de aanslag in Djibouti niets aan veranderd.
51
Wat betekent de zin: «De terroristische dreiging tegen Defensie lijkt te worden gevoed door de mate waarin Nederland wordt verbonden aan de strijd tegen het internationale terrorisme.»
Dat betekent dat er een verband lijkt te bestaan tussen deelname van Defensie aan militaire missies (mede) gericht op het bestrijden van internationaal terrorisme en de mate waarin Defensie doelwit is van terroristische dreigingen.
52
Wat is de reden dat Nederlandse militairen binnen UNMISS slechts sporadisch bewapend rondlopen en wanneer dat het geval is slechts met Glocks? Welke gevolgen heeft dit voor de veiligheid voor deze militairen, gezien de situatie in Zuid-Soedan? Wat is de reden dat Nederlandse militairen niet worden uitgerust met zwaardere wapens, terwijl zij zijn ondergebracht in een hotel buiten de VN-basis en niet kunnen rekenen op snelle bijstand van de VN-force protection?
De veiligheid van het Nederlandse UNMISS-personeel wordt door het Ministerie van Defensie en van Veiligheid en Justitie nauwlettend in de gaten gehouden. Regelmatig wordt bezien of de huidige regeling nog voldoet gezien de fragiele veiligheidssituatie in Zuid-Sudan. De Nederlandse bijdrage aan UNMISS bestaat uit stafofficieren, militaire liaison officieren (MLO’s) en Individual Police Officers (IPO’s). Aangezien de Nederlandse functionarissen aan de VN ter beschikking worden gesteld, is het de leiding van UNMISS die in overleg met het hoofdkwartier van de VN in New York besluit of UNMISS-personeel zijn taken al dan niet gewapend uitvoert. In het geval van UNMISS heeft de VN besloten dat MLO’s en IPO’s de taken ongewapend uitvoeren. De VN beschouwt het gewapend uitvoeren van de taken voor deze groepen functionarissen als risico vergrotend, omdat dit in contacten met de bevolking als provocerend kan worden ervaren. De veiligheid van het Nederlandse UNMISS-personeel wordt enerzijds bewaakt door de Force Protection (FP) die wel bewapend is, en in het geval van de IPO’s ook door de Formed Police Units (FPU’s) die conform de VN-regels ook bewapend zijn. IPO’s kunnen beroep op de FPU doen wanneer zij zich tijdens hun werkzaamheden bedreigd voelen.
Daarnaast heeft het UNMISS-personeel recht op zelfverdediging. Daartoe zijn voor de Nederlandse militiaren Glocks ingevlogen toen de veiligheidssituatie in 2013 sterk verslechterde. Voor de IPO's van de politie is het dienstwapen, de Walter P99Q, beschikbaar. Het invliegen van zwaardere wapens zal niet bijdragen tot een veiliger omgeving. De aanwezige wapens zijn uitsluitend ter zelfverdediging van het individu en als laatste redmiddel. De Glock is hiervoor het meest geschikte wapen vanwege zijn omvang, sneltrekholster en stoppend vermogen op korte afstand. Zwaardere wapens zijn geschikt om het aanvallend en/of het verdedigend gevecht te voeren. Daar is geen sprake van bij de MLO’ers, stafofficieren en IPO’s. Voor de Nederlanders geldt de standaard geweldsinstructie voor zelfverdediging. De rules of engatement (ROE) zijn voldoende robuust om voorziene taken uit te voeren. In geval van verhoogde dreiging besluit de senior national representative in overleg met de ministeries van Defensie en Veiligheid & Justitie in Den Haag of de wapens aan de Nederlanders worden uitgereikt. Het hotel waar de Nederlanders verblijven wordt bewaakt door bewakers van een private beveiligingsfirma. De beveiligingsmaatregelen zijn in overleg met de beveiligingsfunctionaris van de lokale Nederlandse ambassade recent aangepast en verscherpt en worden voortdurend gemonitord.
53
Richt de MIVD zich ook op hackersaktiviteiten, die vanuit de Volksrepubliek China worden ontplooid? Zijn deze aktiviteiten een bedreigig voor de Nederlandse Defensie of de Nederlandse defensie-industrie?
De MIVD richt zich op alle actoren die een bedreiging vormen voor het Ministerie van Defensie of de defensie-industrie.
54
Kunt de uitspraak in het jaarverslag van de MIVD «De komende decennia zal China in toenemende mate het NAVO-bondgenootschap en het Nederlandse buitenland- en veiligheidsbeleid beïnvloeden» toelichten? Ligt het in de lijn der verwachting dat de opkomst van China zich in toenemende mate agressief zal manifesteren? Wat betekent in dat opzicht de uitspraak dat China «in toenemende mate een flexibele en opportunistische interpretatie van het non-interventieprincipe zal hanteren»?
De meer nadrukkelijke aanwezigheid van China op het wereldtoneel leidt tot een verandering van de internationale status quo. Nederland en de Westerse wereld zullen in toenemende mate rekening moeten houden met China, wiens regionale en mondiale visies en belangen niet altijd zullen overeenkomen met het Nederlandse en het NAVO buitenland- en veiligheidsbeleid. Naarmate de capaciteiten van China om zijn kernbelangen, zoals territoriale soevereiniteit, te verdedigen toenemen, zal het waarschijnlijk ook actiever optreden. Met name in China’s maritieme periferie, waar China en zijn buurlanden overlappende territoriale claims hebben, zal China assertiever optreden dan voorheen. Als gevolg van China’s groeiende overzeese belangen zal de noodzaak toenemen om deze zeker te stellen. Dit zal op termijn op gespannen voet komen te staan met het officiële Chinese standpunt van non-interventie. Waarschijnlijk zal China zoeken naar mogelijkheden om zijn belangen te behartigen zonder formeel afscheid te nemen van het non-interventieprincipe.
55
Moeten de activiteiten van de MIVD in het Caribisch gebied niet worden geïntensiveerd vanwege de onvoorspelbaarheid van de situatie in Venezuela?
In overleg met de ministeries van Defensie, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Buitenlandse Zaken, wordt de situatie in het Caribisch gebied voortdurend geëvalueerd en zullen, indien de situatie daar aanleiding toe geeft, maatregelen worden genomen.
56
Wat betekent een verslechterende situatie in Venezuela voor de eilanden binnen het Koninkrijk der Nederlanden? Hoe groot is de kans dat Venezuela, in een poging de aandacht af te leiden van de binnenlandse situatie, offensieve handelingen richting die eilanden gaat ondernemen?
De toenemende binnenlandspolitieke spanningen in Venezuela zijn een bron van zorg. Het is op dit moment echter onwaarschijnlijk dat hieruit bedreiging voortkomt voor de soevereiniteit of de territoriale integriteit van her Koninkrijk.
57
Welke internationale voorbeelden zijn er bij u bekend over soms jarenlange ongewenste en onopgemerkte presentie in Nederlandse netwerken?
In open bronnen zijn tal van voorbeelden bekend gesteld over langdurige ongewenste presentie in netwerken. Het onderzoek van de MIVD bij het moederdepartement of bij de defensie-industrie richt zich op het detecteren van de aanwezigheid van ongewenste actoren. Voorbeelden daarvan kan ik in het openbaar niet geven.
58
Is het in 2014 voorgekomen dat verzoeken om mensen met een niet-Nederlandse nationaliteit voor gerubriceerde defensie-opdrachten in te zetten zijn geweigerd? Zo ja, om hoeveel van de 91 verzoeken ging het? Wat waren de belangrijkste redenen om tot weigering over te gaan?
In 2014 zijn in 17 gevallen niet-Nederlander geweigerd voor een vertrouwensfunctie in het kader van een defensieopdracht. De drie belangrijkste redenen zijn:
– het non-disclosure beleid van het betreffende project staat deling van kennis met niet-deelnemende nationaliteiten niet toe;
– het gaat om een nationaliteit waartegen in dit kader bedenkingen bestaan vanwege de nationale veiligheid;
– met het betreffende land bestaat geen General Security Agreement (GSA) of Memorandum of Understanding (MOU) op grond waarvan naslag kan worden uitgevoerd ten behoeve van een screening.
59
Kunt u aangeven welke landen onze defensie-industrie hoofdzakelijk bespioneren?
Onderkende activiteiten gericht tegen de defensie-industrie wijzen hoofdzakelijk op betrokkenheid vanuit de Russische Federatie en China.
60
In hoeverre loopt de Nederlandse defensieindustrie risico's door onnadenkend en onprofessioneel handelen van Nederlandse militairen?
De MIVD inspecteert de defensie-industrie op juiste naleving van de beveiligingseisen (ABDO). Er zijn geen aanwijzingen dat de defensie-industrie risico’s loopt als gevolg van onnadenkend of onzorgvuldig handelen van militairen.
61
Kunt u uitleggen waar de grootste «tenzij» in zit, bij samenwerking met de AIVD?
Samenwerking is niet opportuun als dit om redenen van doelmatigheid, effectiviteit en/of het ontbreken van inhoudelijke raakvlakken niet in de rede ligt.
62
Wat zijn volgens u de belangrijkste beperkingen om te komen tot meer internationale (bondgenootschappelijke) samenwerking?
Een belangrijke beperking om te komen tot internationale samenwerking kan bijvoorbeeld liggen in het gegeven dat in bepaalde dossiers een hoge mate van eigenstandigheid van de (Nederlandse) informatiepositie gewenst is. Ook kan een «weging» van een dienst (quid pro quo-balans, betrouwbaarheid, politieke inbedding) tot gevolg hebben dat niet tot samenwerking wordt besloten.
63
De MIVD neemt namens Nederland deel aan overleg om te komen tot doctrine vorming en standaardisatie op het gebied van inlichtingen. Welke rol is voor de MIVD weggelegd en hoe verloopt zo’n proces?
Doctrinevorming en standaardisatie in NAVO-verband zijn met name belegd bij het JISTARC. De rol van de MIVD hierbij is relatief beperkt. De directeur MIVD heeft zitting in de NAVO Military Intelligence Committee(MIC), de hoogste NAVO-entiteit op het gebied van inlichtingen. In de MIC wordt gesproken over de stroomlijning van het NAVO inlichtingenproces, inclusief doctrines.
64
Beschikt de MIVD over voldoende capaciteiten om de toenemende spionage het hoofd te bieden?
Buitenlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten zijn voortdurend op zoek naar informatie. Daarbij worden steeds vaker nieuwe, geavanceerde mogelijkheden gezocht en vervolgens toegepast. Om deze toenemende spionageactiviteiten op adequate wijze tegen te gaan, zal de MIVD de capaciteit die hiervoor wordt ingezet regelmatig moeten herzien. Dit geldt vooral voor de capaciteit in het digitale domein, waar de spionagedreiging toeneemt. De MIVD werkt momenteel aan de doorontwikkeling van zijn cyberactiviteiten langs de lijn zoals beschreven in de geactualiseerde Defensie Cyberstrategie (Kamerstuk 33 321, nr.5).
66
Wat is de oorzaak van het feit dat In de periode 2011 tot en met 2014 een continue stijging van het aantal veiligheidsonderzoeken zichtbaar wordt?
Door diverse reorganisaties in de afgelopen jaren is sprake van een sterker fluctuerend personeelsverloop dan in het verleden, waardoor – als gevolg van instroom, doorstroom, functiewisseling of functieherwaardering – meer veiligheidsonderzoeken moesten worden uitgevoerd. Verder is in 2009 de termijn voor het doen van hernieuwd onderzoek voor enkele categorieën VGB’s verruimd van vijf naar tien jaar waardoor in die periode minder hernieuwde onderzoeken behoefden te worden uitgevoerd. Na vijf jaar is in 2014 die verruimde termijn bereikt en moeten deze hernieuwde onderzoeken (alsnog) worden uitgevoerd. Tot slot is door automatisering sprake van een verbeterd beheer van veiligheidsonderzoeken. Ook dat heeft geleid tot meer hernieuwde onderzoeken.
67
Op welke wijze en op welke terreinen zou de samenwerking tussen de AIVD en de MIVD de komende jaren kunnen worden geïntensiveerd?
Recentelijk is het Geïntegreerde Aanwijzingsbesluit opgesteld, waarin voor beide diensten de inlichtingen- en veiligheidstaken voor de komende jaren zijn vastgelegd. Daarin zijn tevens nadere samenwerkingsafspraken tussen beide diensten opgenomen, bijvoorbeeld op het gebied van contra-inlichtingen en inlichtingen over het buitenland. Dit is een belangrijke stap die zowel op operationeel als analytisch gebied vergaande samenwerking tussen de diensten tot gevolg heeft. Daarnaast is een kwartiermakersorganisatie ingericht die de vorming van een gezamenlijke Unit Veiligheidsonderzoeken onderzoekt en wordt co-locatie van beide diensten onderzocht.
68
Welke tekortkomingen kent de Contraterrorisme Infobox (CT Infobox) nog? Zo ja, kunnen die worden verholpen?
Zoals opgetekend in het recentelijk aan uw Kamer aangeboden jaarverslag 2014 van de AIVD (Kamerstuk 30 977, nr. 113), heeft het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC) onderzoek gedaan naar het functioneren van de CT Infobox. Het WODC komt tot de conclusie dat de infobox een belangrijk instrument vormt bij de bestrijding van terrorisme en dat hij naar behoren functioneert. De CT Infobox is succesvol gebleken omdat hij de partners informeert en adviseert zonder de afzonderlijke partnerinformatie te compromitteren.
69
Wordt standaard gevolg gegeven aan de notificatieverplichting zoals die in de Wiv is opgenomen? Zo nee, waarom niet?
Ja, de MIVD voert deze verplichting uit en verricht ieder jaar de notificatieonderzoeken. In 2014 heeft dit geleid tot het notificeren van twee personen. In de overige gevallen verviel de verplichting tot onderzoek of moest deze worden uitgesteld. Ingevolge de Wiv2002 wordt de CTIVD op de hoogte gesteld indien het niet mogelijk is een persoon te notificeren.
70
Bent u bereid de vaste commissie voor Defensie vertrouwelijk te informeren, indien enkele van deze feitelijke vragen niet kunnen worden beantwoord in het openbaar?
Het kabinet informeert de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CIVD) over staatsgeheime zaken aangaande de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-29924-126.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.