De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de afgelopen jaren ervaringen zijn opgedaan met de inzet en inhuur
van lokaal personeel bij Nederlandse missies en dat op basis van de opgedane ervaringen
aanvullende maatregelen zijn genomen als het gaat om de bescherming van het ingezette
lokaal personeel;
constaterende dat een evaluatie van het tot nu toe gevoerde beleid ten aanzien van
de inzet en inhuur van lokaal personeel bij Nederlandse missies tot op heden niet
heeft plaatsgevonden, waardoor een integraal overzicht van de leermomenten en verbeterpunten
ontbreekt;
overwegende dat er op het punt van de bescherming nooit volledige garantie gegeven
kan worden, gezien de operationele omstandigheden waaronder het ingezette lokaal personeel
de werkzaamheden verricht;
overwegende dat er behoefte is aan duidelijkheid over de praktische uitwerking van
het bestaande beleid op het terrein van bescherming van het ingezette lokaal personeel,
inclusief de mogelijkheden tot het aanvragen van asiel;
verzoekt de regering, een evaluatie van het gevoerde beleid ten aanzien van de inzet
en inhuur van lokaal personeel uit te voeren waarin de leermomenten en verbeterpunten,
alsmede de verantwoordelijkheidspositie van Nederland en de risico's voor het ingezette
lokaal personeel, zijn meegenomen en de Kamer te informeren over het wijze waarop
Defensie bij huidige en toekomstige missies de bescherming van het ingezette lokaal
personeel invulling geeft,
en gaat over tot de orde van de dag.