29 398 Maatregelen verkeersveiligheid

Nr. 324 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 april 2012

Hierbij beantwoord ik de brief van uw Commissie Infrastructuur en Milieu van 28 maart 2012. In deze brief verzoekt uw Commissie IenM mij te reageren op een brief van CNV Vakmensen van 15 maart 2012 met betrekking tot aanpassing van een AMVB inzake de Wet Rijonderricht Motorrijtuigen.

Kwaliteit van rij-onderricht speelt een belangrijke rol in het realiseren van de doelstellingen voor verkeersveiligheid. Daarom zijn de eisen die ik stel aan de examens voor rij-instructeurs wettelijk vastgelegd in de Wet Rijonderricht Motorrijtuigen (WRM). De verplichte bijscholing en praktijktoetsen zijn bij inwerkingtreding van de WRM 2009 ingevoerd als selectiemiddel om de kwaliteit van de rij-instructie te waarborgen.

In het reguliere traject van de bijscholing is sprake van twee praktijkbegeleidingen en eventueel een herkansing. Na inwerkingtreding van de WRM 2009 was er een overgangsregime. Daarbij was het voor de eerste groep die met de praktijkbegeleiding in aanraking kwam verplicht om die één keer te doen met eventueel een herkansing. Uit de cijfers van het Innovam Branchekwalificatie Instituut (IBKI) blijkt dat slechts 1% van de deelnemers uiteindelijk zakt voor dit examen.

Met het oog op de veiligheid van de kandidaat en het overige verkeer mag mijn inziens een rij-instructeur die ongeschikt is gebleken niet nog maanden doorrijden.

Start evaluatie WRM in 2012

Er is door uw Kamer de motie Dijksma-Aptroot (Kamerstuk 33 000 XII/33000 A, nr. 14) aangenomen, die de regering verzoekt de WRM nu alvast te evalueren. Daarom heb ik besloten met de evaluatie van de WRM al in 2012 te beginnen en niet tot 2014 te wachten. De verplichte bijscholing en de maatregel dat de lesbevoegdheid wordt ingetrokken als de praktijkbegeleiding met onvoldoende wordt beoordeeld wordt in de evaluatie meegenomen. Aan de hand van de resultaten van de evaluatie zal ik bezien in hoeverre de wet- en regelgeving gewijzigd moet worden.

Centrale Examen Commissie

Ten behoeve van de borging en verbetering van de WRM is de Centrale Examen Commissie (CEC) WRM in het leven geroepen. De CEC WRM is een klankbordgroep die IBKI adviseert over WRM beleidszaken. Dit, omdat IBKI de afstemming met de branche en experts belangrijk vindt voor de ontwikkeling van de WRM.

Binnen de CEC zijn er twee soorten vertegenwoordigers: (1) afgevaardigden van belangenorganisaties, zowel van rijscholen als van opleidingsinstituten en (2) afgevaardigden van expertorganisaties, zoals de KNMV, Defensie, de Politieacademie en het CBR. Onder de eerste groep afgevaardigden horen ook de FAM en VRB. Alle vertegenwoordigers hebben dezelfde rechten en plichten binnen de CEC.

De stelling in de brief van CNV Vakmensen dat de opleidingsinstituten een besluitvormende positie hebben in de CEC is niet juist. De CEC heeft een adviserende rol.

Betrekken partijen bij evaluatie

Bij de evaluatie van de WRM zal ik de rijschoolbranche expliciet betrekken. Hierbij worden de partijen die reeds deel uit maken van de CEC, zoals ook de FAM en VRB, betrokken. In de brief van CNV Vakmensen word ik verzocht ook vertegenwoordigers van werknemers te benaderen om ook de inbreng van de rij-instructeur bij de evaluatie te waarborgen. Om tot een zo volledig mogelijk beeld te komen zal ik ook deze groep bij de evaluatie betrekken.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Infrastructuur en Milieu, M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven