De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat het kabinet in zijn regeer- en gedoogakkoord heeft staan dat er 12 000 extra medewerkers aan het werk kunnen
voor de dagelijkse verzorging van onze ouderen en gehandicapten;
overwegende, dat ondanks het feit dat de staatssecretaris aangaf dat «de teller reeds bij aantreden van het kabinet is gaan
lopen», er sindsdien niet één verzorgende extra is bijgekomen;
overwegende, dat onder meer VVD en PVV via het steunen van de motie-Pechtold bij het beleidsprogramma 2007–2011 (31 070, nr. 18) er blijk van hebben gegeven, prijs te stellen op concrete uitwerking van kabinetsdoelstellingen door inzichtelijk te maken
welke instrumenten worden ingezet, van welke nulmeting wordt uitgegaan, welk tijdpad aan de doelstellingen is verbonden en
welke middelen beschikbaar zullen zijn;
overwegende, dat nu onduidelijk is ten opzichte van welk aantal er 12 000 extra medewerkers bovenop het basispad bij moeten
komen, doordat er geen nulmeting voor handen is;
van mening, dat wegens het ontbreken van een helder beginpunt en duidelijke tussendoelen de Tweede Kamer niet in staat is,
haar controlerende taak ten aanzien van dit kabinetsdoel uit te voeren;
verzoekt het kabinet tegelijkertijd met de toegezegde arbeidsmarktbrief met een plan van aanpak te komen, voorzien van jaarlijkse
tussendoelen en de Kamer jaarlijks bij de begroting over de voortgang te rapporteren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voortman
Kuiken
Wiegman-van Meppelen Scheppink
Dijkstra
Van Gerven
Uitslag